Kleine vos wint tuinvlindertelling

De Vlinderstichting
8-AUG-2011 - Tijdens de tuinvlindertelling die afgelopen weekend (6 en 7 augustus) werd gehouden, is de kleine vos het meest gezien. Het klein koolwitje werd tweede, op de voet gevolgd door de atalanta.

Bericht uitgegeven door De Vlinderstichting op [publicatiedatum]

Tijdens de tuinvlindertelling die afgelopen weekend (6 en 7 augustus) werd gehouden, is de kleine vos het meest gezien. Het klein koolwitje werd tweede, op de voet gevolgd door de atalanta.

De kleine vos is verreweg het meest geteld in de Nederlandse tuinen (foto: Kars Veling)De weersomstandigheden waren niet optimaal voor vlinders, maar zowel zaterdag als zondag waren er wel zonnige momenten waarop vlinders actief waren. Toch zijn er veel minder vlinders geteld dan in de twee voorgaande jaren. Werden er in 2009 gemiddeld nog meer dan twintig vlinders per tuin gezien, in de tussenstand van dit jaar is dat de helft. Ook het gemiddeld aantal soorten per tuin was fors minder, 5,9 in 2009, 5,8 in 2010 en slechts 4,4 in dit jaar. De situatie in Vlaanderen, waar de telling ook is uitgevoerd, bleek vergelijkbaar met de Nederlandse. Ook hier werden ongeveer tien vlinders per tuin doorgegeven. De sombere en natte julimaand kan de oorzaak zijn van het lage aantal vlinders dat is gezien. De meest gemelde vlinder in Nederland was, net als in 2010, de kleine vos. In Vlaanderen is deze veel minder algemeen en staat hij in de voorlopige toptien slechts op de tiende plek.

Klein koolwitje is nog volop in de strijd met atalanta om de tweede plaats (foto: Kars Veling)Het klein koolwitje heeft de tweede plaats te pakken en komt daarmee een aantal plaatsen hoger dan in 2009 en 2010. Ook het klein geaderd witje is een stijger. In beide voorgaande jaren stond deze vlinder op de zestiende plek en in 2011 is hij met stip gestegen naar de zesde positie. Opvallende dalers zijn dagpauwoog en gamma-uil. Hoewel de dagpauwoog in het voorjaar redelijk veel is gezien blijkt hij in het afgelopen weekend toch maar weinig te zijn waargenomen. Hij is terug te vinden op de zevende positie, terwijl hij in de voorgaande jaren de derde plek in handen had. Het is nog onduidelijk wat de oorzaak is van deze achteruitgang, maar het kan te maken hebben met het droge voorjaar, waardoor de waardplant waar de rupsen op leven onvoldoende van kwaliteit was. De gegevens in dit bericht zijn nog voorlopig, want de hele week kunt u de tellingen van het afgelopen weekend nog doorgeven. Dat kan nog wel voor wat verschuivingen zorgen, want met name klein koolwitje en atalanta zijn bijna evenveel gezien. De strijd om de tweede plek is dan ook nog open.

Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting