Tjiftjaf

Wat piept daar in het struikgewas?

Sovon Vogelonderzoek Nederland
23-AUG-2011 - U zult het de laatste weken zeker hebben gehoord. Overal klinkt er gepiep uit de struiken. Het klinkt een beetje als een ‘hiep’, ‘wieHUU’ of ‘whiIET’. U heeft zich vast al afgevraagd welke vogel dat toch is, want door het dichte bladerdek is hij niet gemakkelijk te vinden.

Bericht uitgegeven door SOVON Vogelonderzoek Nederland op [publicatiedatum]

U zult het de laatste weken zeker hebben gehoord. Overal klinkt er gepiep uit de struiken. Het klinkt een beetje als een ‘hiep’, ‘wieHUU’ of ‘whiIET’. U heeft zich vast al afgevraagd welke vogel dat toch is, want door het dichte bladerdek is hij niet gemakkelijk te vinden.

Tjiftjaf (foto: Harvey van Diek)Deze hoge korte piepgeluidjes zijn afkomstig van tjiftjaffen en daar zijn er heel veel van in ons land, vooral nu. Uit de Atlasgegevens van 2002 werd de landelijke broedpopulatie geschat op zo´n 550.000 tot 600.000 broedparen, dus ruim een miljoen individuen. Nu het broedseizoen is afgelopen komen er nog vele tienduizenden jonge tjiffen bij. En al die oudervogels en jonge vogels proppen zich helemaal vol om binnenkort naar zuidelijk Europa en nog verder naar Afrika te verkassen. Een klein, maar toenemend percentage overwintert in ons land.

Jonge tjiffen zijn meer dan andere vogels vocaal en laten zeer regelmatig een kort hoog contactroepje horen. Het laat zich het best omschrijven als een oplopend ’hiIIEP’ geluidje. In het struikgewas en tussen de bladeren zijn ze op zoek naar alles wat eetbaar is aan insecten en dergelijke. Net als bij veel andere (kleine) vogelsoorten is het overlevingspercentage van jonge tjiftjaffen niet zo heel groot en haalt slechts een klein deel het tweede levensjaar. Dat verklaart ook meteen waarom er zoveel tjiffen geboren moeten worden.

Tekst en foto: Harvey van Diek, SOVON Vogelonderzoek Nederland