Oeverzwaluw

Twee zwaluwen nader bekeken

Sovon Vogelonderzoek Nederland
29-JUN-2010 - Het broedseizoen van 2010 is nog in volle gang. Van 2009 zijn van de meeste broedvogels de cijfers inmiddels bij SOVON berekend en bekend. Tijd om de balans op te maken voor twee bekende zwaluwen: de oeverzwaluw en huiszwaluw. Beide soorten worden door een groot aantal SOVON-tellers jaarlijks geteld en de resultaten van 2009 zijn voor beide soorten heel verschillend. De oeverzwaluw zit in de min, de huiszwaluw was in 2009 stabiel.

Bericht uitgegeven door SOVON Vogelonderzoek Nederland op dinsdag 29 juni 2010

Het broedseizoen van 2010 is nog in volle gang. Van 2009 zijn van de meeste broedvogels de cijfers inmiddels bij SOVON berekend en bekend. Tijd om de balans op te maken voor twee bekende zwaluwen: de oeverzwaluw en huiszwaluw. Beide soorten worden door een groot aantal SOVON-tellers jaarlijks geteld en de resultaten van 2009 zijn voor beide soorten heel verschillend. De oeverzwaluw zit in de min, de huiszwaluw was in 2009 stabiel.

Afname houdt aan bij oeverzwaluw
De afgelopen jaren deed de oeverzwaluw het niet zo goed. Ook in 2009 konden we met een landelijk verlies van bijna 18% niet rekenen op een positieve trendwending. Na het succesvolle broedseizoen van 2004 is er geen positief resultaat meer te vermelden. In elke provincie zijn zowel in 2008 als 2009 oeverzwaluw-kolonies geteld. Steekproeven geven aan dat de stand in tien provincies verder achteruitging. 

Oeverzwaluw (foto: IVN Vecht & Plassengebied)

Gesticht en verlaten in 2009
Vanwege het pionierende karakter van oeverzwaluwen zijn de verschillen tussen twee jaren vaak enorm, veel groter dan bij huiszwaluwen het geval is. Zo werden in 2009 66 kolonies verlaten, waarvan er 9 meer dan 100 paren telden, de grootste zelfs 623. Daarentegen werden 41 nieuwe kolonies gesticht, waarvan er 8 meer dan 100 nestgangen telden en de grootste 402.

Koud voorjaar en de kredietcrisis
Wat de precieze redenen zijn van de verliezen in de afgelopen jaren is giswerk. Het lijdt geen twijfel dat de neerslag in de Sahel een overheersende rol speelt, maar factoren in het broedgebied zijn eveneens van betekenis. Een koude of natte zomer bij ons heeft ongetwijfeld een effect op het voedselaanbod en daarmee op de conditie van de oudervogels en hun jongen. Ook de beschikbaarheid van nestplaatsen speelt mee. Juist opportunisten als de oeverzwaluw zijn goed in staat om snel keuzes te maken en te profiteren van geschikte broedlocaties. Die kunnen ook buiten Nederland liggen. Wel lijkt het zo te zijn dat ook de kredietcrisis zijn effect heeft op de populatie. Kolonies in min of meer natuurlijke situaties deden het beter dan die op bouwlocaties. Omdat er minder gebouwd wordt, zijn er minder bouwlocaties met gronddepots.

En wat gebeurt er in 2010?
Het is spannend wat er in 2010 gaat gebeuren. Uit meteorologische gegevens is gebleken dat het naar verhouding een natte winter was in de Sahel, hetgeen de overleving van oeverzwaluwen zou moeten bevorderen. Nu maar hopen dat het koude voorjaar van 2010 geen voorbode is van een koude en natte zomer.

Huiszwaluwen stabiel in 2009
Ten opzichte van 2008 veranderde er niet veel in de Nederlandse populatie huiszwaluwen. Om tot deze conclusie te komen is gebruik gemaakt van 1384 kolonies die in 2008-2009 zijn geteld. Samen waren ze in 2008 goed voor maar liefst 34.662 nesten en in 2009 voor 34.582. Het verschil is spectaculair klein, een zeer geringe afname met minder dan één procent. Ondanks deze op landelijke schaal stabiele situatie bestaan er op regionaal niveau wel interessante verschillen.

Huiszwaluw (foto: IVN Vecht & Plassengebied)

Dalers en stijgers
In Drenthe werd landelijk gezien het grootste verlies aan huiszwaluwen vastgesteld. Het zuiden van Limburg zat ook in de mineur met een afname met 7% (steekproef 60 kolonies). Ondanks het gemiddeld slechte nieuws uit deze provincies was er ook positief nieuws. In het noorden van Zuid-Holland werden met een toename van bijna 9% (52 kolonies) duidelijk betere resultaten behaald dan in Drenthe en Zuid-Limburg. In het Waddengebied kennen we niet zoveel kolonies als we in andere regio’s gewend zijn. Daarom is het met enige terughoudendheid dat we melden dat, op basis van een kleine steekproef (23 kolonies), de aantallen in het Waddengebied zich met een stijging van bijna 17% het meest positief van heel Nederland ontwikkelden.

Tekst: Joost van Bruggen en Harvey van Diek, SOVON Vogelonderzoek Nederland
Foto's: IVN Vecht & Plassengebied