Hoe behouden we de vlinders van de habitatrichtlijn?

De Vlinderstichting
6-JAN-2011 - In Europa zijn 29 soorten dagvlinders opgenomen in de habitatrichtlijn. Dat betekent dat deze soorten beschermd moeten worden. De Vlinderstichting heeft deze week, samen met Butterfly Conservation Europe, een notitie uitgebracht over hoe we deze soorten het best kunnen behouden.

Bericht uitgegeven door De Vlinderstichting op [publicatiedatum]

In Europa zijn 29 soorten dagvlinders opgenomen in de habitatrichtlijn. Dat betekent dat deze soorten beschermd moeten worden. De Vlinderstichting heeft deze week, samen met Butterfly Conservation Europe, een notitie uitgebracht over hoe we deze soorten het best kunnen behouden.

Moerasparelmoervlinder, een soort van de habitatrichtlijn (foto: Kars Veling)Binnen Europa is de Habitatrichtlijn een van de belangrijkste instrumenten voor het beschermen van de natuur. De bijlagen van de Habitatrichtlijn bevatten lijsten met soorten waarvoor gebieden voor bescherming moeten worden aangewezen of waarvoor algemene bescherming nodig is. Ondanks deze krachtige bescherming op papier gaat er nog veel mis, soms bewust, soms door onwetendheid. Zo is er in Nederland leefgebied van het donker pimpernelblauwtje vernield bij de aanleg van pijplijnen. De Vlinderstichting heeft samen met Butterfly Conservation Europe, de Europese organisatie voor het beschermen van vlinders, een (Engelstalig) document opgesteld waarin kort en krachtig staat beschreven wat er wel en wat er niet moet gebeuren om de 29 soorten dagvlinders van de Habitatrichtlijn te behouden.
 

Donker pimpernelblauwtje (foto: Kars Veling)Voor het al genoemde donker pimpernelblauwtje bijvoorbeeld worden do's en don'ts gegeven, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen onze omgeving in Noordwest-Europa en de vliegplaatsen in meer zuidelijk en oostelijk gelegen landen. De aanbevelingen hebben onder andere betrekking op de beste manier om de graslanden, waar de soort voorkomt, te maaien. De vrouwtjes leggen namelijk de eitjes op de bloemknoppen van de grote pimpernel. Als graslanden worden gemaaid net voordat de plant in bloei komt, zijn er geen eiafzetplekken als de vlinders vliegen. Als men maait als net alle eitjes op de knoppen zitten gaan deze allemaal naar de knoppen. Andere tips gaan over het laten staan van delen van de begroeiing om goede leefomstandigheden te bieden aan de mieren die samenleven met de rupsen van de vlinder. In Zuid- en Zuidoost-Europa is juist het teveel verruigen van terreinen een probleem voor het donker pimpernelblauwtje. Verlaten graslanden veranderen binnen tien jaar in bos en daarmee zijn ze niet meer geschikt als leefgebied. De habitatrichtlijnsoorten zijn allemaal van die fijnproevers die hoge eisen stellen aan hun leefomgeving.

De notitie is nu, aan de start van het nieuwe jaar, verspreid in Europa. We hopen dat dit document zal leiden tot een betere bescherming van onze Europese (en Nederlandse) vlinders. U kunt het hier downloaden.

Tekst: Chris van Swaay en Kars Veling, De Vlinderstichting
Foto's: Kars Veling, De Vlinderstichting