Overvliegende kieviten

Kieviten ruien in nazomer voordat de trek begint

Vogelbescherming Nederland
27-AUG-2013 - In de Wijde Wormer (NH) zie je ze bijvoorbeeld. Maar ook elders, in Friesland, Noordwest-Overijssel of langs de grote rivieren: grote wolken kieviten boven de weilanden. Dit zijn kieviten die hun verenkleed ruien; de echte najaarstrek begint later. Toch zijn veel van die kieviten al buitenlandse vogels, die na de broedtijd direct de Nederlandse graslanden opzoeken.

Bericht uitgegeven door Vogelbescherming Nederland op dinsdag 27 augustus 2013

In de Wijde Wormer (NH) zie je ze bijvoorbeeld. Maar ook elders, in Friesland, Noordwest-Overijssel of langs de grote rivieren: grote wolken kieviten boven de weilanden. Dit zijn kieviten die hun verenkleed ruien; de echte najaarstrek begint later. Toch zijn veel van die kieviten al buitenlandse vogels, die na de broedtijd direct de Nederlandse graslanden opzoeken.

Nederland is een enorm belangrijk land voor de kievit. De aantallen broedende kieviten zijn in vergelijking met de omliggende landen erg groot. Sovon Vogelonderzoek Nederland berekende dat er rond het jaar 2000 maar liefst 200 tot 300.000 paar in ons land broedden. De soort is sindsdien overigens sterk achteruitgegaan. In het buitenland is dat ook zo en in veel van de ons omringende landen staat de kievit op de rode lijst van bedreigde broedvogels.

Overvliegende kieviten (foto: Koos Dansen)

Maar ook buiten de broedtijd speelt ons land een belangrijke rol in de levenscyclus van de kievit. Direct na de broedtijd, vanaf eind mei, vliegen veel kieviten vanuit Centraal-Europa westwaarts en noordwestwaarts naar Nederland; kieviten uit Baltische landen trekken in die periode zuidwestwaarts, ook naar ons land. Niet alle kieviten uit die streken doen dat; een deel blijft in het broedgebied tot de najaarstrek begint.

De groepen kieviten die er nu zijn bestaan uit jonge en volwassen vogels. De jongen hebben nog een vers verenkleed. Maar de volwassen vogels ruien nu hun veren; ook die van de vleugels. Die pennen worden niet allemaal tegelijk geruit, zoals eenden doen, maar geleidelijk. Daardoor kunnen ze ondanks de soms grote gaten in de vleugel, nog altijd goed vliegen. De meeste zijn nu wel klaar met de vleugelrui. Ruien kost energie en daarom ruien kieviten op plaatsen met veel voedsel. Dat zijn vooral vochtige en oude graslanden met veel regenwormen, zoals te vinden in veenweidegebieden en uiterwaarden. Oude graslanden (ouder dan 25 jaar) herbergen veel meer regenwormen dan jonge, gescheurde en opnieuw ingezaaide graslanden.

De beste ruigebieden voor kieviten liggen langs de grote rivieren, in Noordwest-Overijssel, Friesland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. Minstens een kwart van de Europese populatie kieviten is in de nazomer en herfst afhankelijk van de Nederlandse graslanden. Waarschijnlijk is dit aandeel nog groter omdat er ook nog een aanzienlijke ‘turn over’ is: niet alle kieviten die ons land aandoen zijn tegelijk aanwezig.

De echte najaarstrek start volgende maand, in september. Dan komen nog meer kieviten naar Nederland; in november kan het aantal oplopen tot de piek van wel 600.000 tot 700.000. Vele proberen hier de winter door te brengen, maar als de vorst invalt, trekken deze alsnog weg.

Kieviten kunnen ook buiten de broedtijd niet zonder Rijke Weides! Teken daarom de petitie op www.redderijkeweide.nl.

Tekst: Ruud van Beusekom, Vogelbescherming Nederland
Foto: Koos Dansen