Vijf soorten steenmeel

Helpt steenmeel de heide te herstellen?

Stichting Bargerveen
20-DEC-2014 - Op de Strabrechtse Heide bij Heeze is een praktijkproef gestart met steenmeel om bodemmineralen aan te vullen die door verzuring zijn verloren. De komende jaren wordt onderzocht of bodemkwaliteit, planten én dieren van deze maatregel profiteren. Beheerders en onderzoekers hopen hiermee de sleutel te vinden voor herstel van de bodemverzuring uit het verleden en daarmee tot behoud van de soortenrijkdom van het heidelandschap.

Bericht uitgegeven door Stichting Bargerveen [land] op [publicatiedatum]

Op de Strabrechtse Heide bij Heeze is een praktijkproef gestart met steenmeel om bodemmineralen aan te vullen die door verzuring zijn verloren. De komende jaren wordt onderzocht of bodemkwaliteit, planten én dieren van deze maatregel profiteren. Beheerders en onderzoekers hopen hiermee de sleutel te vinden voor herstel van de bodemverzuring uit het verleden en daarmee tot behoud van de soortenrijkdom van het heidelandschap.

Wat is steenmeel?
Steenmeel is een verzamelterm voor zeer fijn gemalen gesteente. Dit materiaal wordt vaak als restproduct van commerciële mijnbouw verkregen en is zeer rijk aan mineralen. De mineralen in Nederlandse zandbodems hebben op geologische tijdschaal dezelfde herkomst, namelijk van gesteenten uit de Alpen, Eifel en Scandinavië.

Vijf soorten steenmeel (foto: Maaike Weijters)

Proef
In een praktijkproef zijn op vijf locaties op de Strabrechtse Heide verschillende soorten steenmeel uitgespreid over bestaande heidevegetaties. De komende jaren wordt gekeken hoe de bodemchemie wordt beïnvloed en of toediening van steenmeel leidt tot een betere zuurbuffering en voedingsbalans in de bodem. Daarnaast wordt onderzocht of een verbetering van de voedselkwaliteit van planten optreedt en of ook diersoorten positief reageren. Deze door de provincie Noord-Brabant gefinancierde proef wordt uitgevoerd door geologen, biogeochemici en dierecologen werkzaam bij BodemBergsma, Onderzoekscentrum B-WARE en Stichting Bargerveen in nauwe samenwerking met Staatsbosbeheer, de beheerder van het gebied.

Verzuring
Veldkrekel (foto: Theo Geuens)De Nederlandse zandgronden zijn arm tot zeer arm aan mineralen en van nature gevoelig voor verzuring. Als gevolg van jarenlange ‘zure regen’ is de kwaliteit van natuurgebieden op zandgronden sterk aangetast. Natuurlijk herstel van de versnelde bodemverzuring verloopt in heidelandschappen zeer moeizaam. Zuurbufferende stoffen zoals calcium en magnesium worden in de bodem aangevuld door de verwering van mineralen. Als gevolg van verzuring zijn deze mineralen veel sneller verweerd. De elementen die daarbij vrij komen zijn vervolgens naar diepere bodemlagen en het grondwater uitgespoeld. Op de Strabrechtse heide hebben metingen uitgewezen dat het gehalte aan basenleverende mineralen in de bovenste bodemlaag sterk is gedaald.

Biodiversiteitsverlies
Proefvlakken op de Strabrechtse Heide (foto: Maaike Weijters)Karakteristieke plantensoorten als Valkruid, Rozenkransje, Hondsviooltje en Kruipbrem groeien niet goed onder verzuurde omstandigheden. Veel van deze soorten komen nog slechts op een handjevol plekken in Nederland voor. Voor herbivore diersoorten is zowel het verdwijnen van voedselplanten als een afname van de voedselkwaliteit van deze planten een probleem. Deze aantasting heeft waarschijnlijk ook haar weerslag op insecteneters hoger in de voedselketen. Voor een duurzaam behoud van soorten van het heidelandschap is grootschalig herstel van de bodemmineralen en daarmee de buffering dan ook een sleutelfactor. Bij voorkeur vindt het herstel van buffering plaats zonder vooraf de heidebodem af te plaggen, een zeer ingrijpende maatregel die tot voor kort veelvuldig werd toegepast. Of toevoeging van steenmeel hiervoor de oplossing is zal de komende jaren blijken. 

Tekst: Joost Vogels & Marijn Nijssen, Stichting Bargerveen
Foto’s: Theo Geuens; Maaike Weijters, B-Ware