bruine winterjuffer primair

Nog bijna dagelijks libellen

De Vlinderstichting
14-JAN-2016 - De afgelopen weken stonden de in de winter actieve vlinders volop in de belangstelling, maar over libellen hoorde je maar weinig. Toch zijn er bijna dagelijks waarnemingen van libellen doorgegeven via de portalen Waarneming en Telmee. Ook deze week nog zijn juffertjes gemeld.

Bruine winterjufferHet gaat hier om twee soorten, de bruine en de noordse winterjuffer. Beide overwinteren als libel en zijn de enige die dat in Nederland doen. Alle andere soorten zitten als larf onder water of overleven de winter als ei. Dat de winterjuffers ook deze week worden gezien nu het veel kouder is dan eind december komt doordat ze ook in rust nog wel worden gevonden. Ze zitten in heidepollen, of in gras en als je er oog voor hebt kun je ze daar, ook als ze stil in overwintering zitten, nog wel ontdekken.

De bruine winterjuffer is inmiddels een algemeen voorkomende libel. Een jaar of 25 geleden gold deze nog als zeldzame soort en kwam maar mondjesmaat voor, met name in Noord-Brabant. Nu is hij in een groot deel van het land te vinden, hoewel veel minder tot niet in de kleigebieden in Groningen, Friesland, Noord- en Zuid-Holland en Zeeland.

De noordse winterjuffer is nog steeds een zeldzame soort, waarvan maar een paar bekende voortplantingsplekken bekend zijn, onder andere in het Kuinderbos en in de Weeribben. In het najaar zwerven noordse winterjuffers vanuit de voortplantingsgebieden soms vele kilometers naar plaatsen om te overwinteren. Ze zijn dan te vinden op heideveldjes en in ruigten in Zuidoost-Friesland, westelijke Drenthe en in het aangrenzende Overijssel en Flevoland.

Verspreidingskaartje en vliegtijd bruine winterjuffer (links) en noordse winterjuffer (rechts)

Noordse winterjufferNa de overwintering vliegt de voorjaarsgeneratie van de winterjuffers vanaf begin april tot eind juni, met een piek eind april en begin mei. Op zonnige dagen kunnen actieve imago’s echter nog vroeger in het voorjaar worden waargenomen, of zelfs in de winter. De voorjaarsgeneratie plant zich voort en is dan ook hoofdzakelijk aan de waterkant aan te treffen. Eieren worden in tandem afgezet, meestal in drijvend plantmateriaal. Vaak zijn dit dode stengels en bladeren van riet, lisdodde of snavelzegge. De eitjes komen snel uit en de larven ontwikkelen zich snel. De najaarsgeneratie, die in de loop van juli tevoorschijn komt, heeft na het uitsluipen geen binding meer met het water en kan ver van de voortplantingshabitat worden aangetroffen. Imago’s zijn dan jagend of rustend aan te treffen op beschutte plaatsen, bijvoorbeeld in bosranden, maar, zeker bruine winterjuffer, ook in tuinen.

 

 


Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting (leadfoto: bruine winterjuffer)
Kaarten en grafieken: Libellennet.nl