Ingegraven slangster

Weer een Ingegraven slangster in de Oosterschelde aangetroffen

Stichting ANEMOON
27-AUG-2017 - Ingegraven slangsterren zijn opmerkelijke vertegenwoordigers van de stam van de stekelhuidigen. Op de Noordzee zijn ze vaker aangetroffen, maar in de Zeeuwse Delta vormen ze een zeer zeldzame soort. In juli is er bij Plompe Toren in de Oosterschelde weer een exemplaar aangetroffen. Zoals de naam al voorspelt, is het een soort die zeer lastig door sportduikers waar te nemen is.

De Ingegraven slangster (Acrocnida brachiata) is een bijzondere zeester. Net als de meeste soorten zeesterren heeft hij vijf armen. Deze zijn echter in vergelijking met de centrale schijf uitzonderlijk veel langer dan bij de andere Nederlandse soorten zeesterren. De diameter van de schijf is net iets meer dan een centimeter. De zeer flexibele armen zijn tot circa 20 centimeter lang.

Voor de foto is deze Ingegraven slangster even uitgegraven en later weer met slib bedekt. Hij graaft zichzelf binnen enkele minuten weer in

De Ingegraven slangster heeft een karakteristiek gedrag waarmee hij zich onderscheidt van de andere soorten zeesterren. De oplettende lezer zal het vast al wel geraden hebben: de soort graaft zich in de zeebodem in, tot ongeveer 15 centimeter diep. Alleen de punten van de armen steken een paar centimeter boven de slibbodem uit. Om de soort waar te nemen moet je daar dus specifiek op letten. In een gebiedje van ongeveer 200 vierkante centimeter zeebodem steken de vijf 3 tot 5 centimeter korte armpuntjes in een onregelmatige cirkel uit het slib. De Oosterscheldebodem is momenteel op veel plaatsen nagenoeg volledig bedekt met Brokkelsterren. Dat is bij plompe Toren ook het geval. En dat maakt het waarnemen van de Ingegraven slangster nog lastiger.

Alleen de laatste 3 tot 5 centimeter van de armen steekt uit het slib omhoog. De rest van de Ingegraven slangster zit tot 15 centimeter diep in het slib

Na enkele individuele waarnemingen in 2005, 2009 en 2012 is er in juli door sportduikende waarnemers van Stichting ANEMOON weer één enkele Ingegraven slangster in de Oosterschelde gevonden. Al deze waarnemingen zijn in de westelijke Oosterschelde gedaan, zowel aan de noord- als aan de zuidzijde van de Oosterschelde. De eerdere waarnemingen betroffen heel ondiep aangetroffen dieren: 1 tot 5 meter diep. Dit laatste dier is op 11 meter diepte aangetroffen.

Het is een typische West-Europese soort die onder andere bekend is van getijdezones en ondiepe gebieden rondom de Britse eilanden, het Nederlandse en Belgische Noordzeekustgebied, de westelijke Doggersbank, Helgoland, Zweden, de Franse Atlantische kust en slechts enkele plaatsen in de noordelijke Middellandse zee. De wetenschappelijke naam van de soort is recent gewijzigd van Amphiura brachiata in Acrocnida brachiata.

Tekst en foto’s: Peter H van Bragt, Stichting ANEMOON