Is de zijdeplant te bestrijden?
Provincie GelderlandDe zijdeplant is een invasieve exoot: een plant die oorspronkelijk niet in ons land voorkomt en zich heel snel verspreidt. Daardoor kan hij inheemse soorten verdringen. Het melksap is bovendien giftig voor zoogdieren zoals schapen, runderen en mensen en kan huidirritatie veroorzaken.
De zijdeplant komt oorspronkelijk uit Noord-Amerika en is al in 1629 in Europa geïntroduceerd, vooral als sierplant. Hij kan anderhalve meter hoog worden en heeft trossen van kleine roze-witte bloemen. Aan de buitenkant van de zaden zitten zijdeachtige witte draden, vandaar: zijdeplant.
Razendsnelle verspreider
De zijdeplant maakt veel zaden die ver verspreiden, maar het venijn zit in de wortelstokken. Die zitten stevig tot meer dan een meter diep in de grond. Via ondergrondse uitlopers breidt de plant gestaag uit. Kleine wortelfragmenten kunnen weer uitgroeien tot een nieuwe plant.
Kortom: is ie er eenmaal, dan kom je er nog niet zo makkelijk vanaf. Je kunt de plant maaien, maar dan maakt hij nieuwe uitlopers. Als je blijft maaien raakt de plant wel steeds verder uitgeput.
Experiment: uitgraven op drie locaties
Tijdens een inventarisatie van de provincie Gelderland zijn zes locaties met zijdeplanten gevonden: drie in stedelijk gebied - onder andere in particuliere tuinen - en drie in het buitengebied. De provincie vroeg daarop Natuur en Ruimte invasieve exoten B.V. om de plant op drie locaties in het buitengebied te bestrijden: in Heerde (meer dan 125 planten), Hoevelaken (meer dan 200 planten) en Scherpenzeel (25 planten). Natuur en Ruimte heeft de wortelstokken zes keer uitgegraven tot dertig centimeter onder het maaiveld: een keer in het najaar van 2019, drie keer in 2020 en twee keer in 2021.
Resultaat: minder stengels, minder biomassa
Het bleek moeilijk om hele wortelstokken uit te steken: stukjes breken makkelijk af om nieuwe planten te vormen. Daardoor nam het aantal planten in eerste instantie juist toe. Maar in november 2020, na twee keer bestrijden in dat groeiseizoen, was op geen enkele locatie meer een plant te vinden. Kennelijk lopen de planten na verwijdering in september niet meer uit. Alleen in Scherpenzeel was dit resultaat blijvend: op de andere locaties groeiden in de zomer en het najaar van 2021 toch weer zijdeplanten. Wel was de hergroei veel minder dan een jaar eerder: het aantal stengels nam af met 69 tot 78 procent en de biomassa met 85 tot 88 procent.
Conclusie: bestrijden in zomer en najaar helpt
Met het uitsteken van de zijdeplant drie keer per jaar lukt het meestal niet om de plant volledig te verwijderen, wel om hem uit te putten. De groei komt vrij laat in het voorjaar op gang en stopt na september, dus bestrijding kan het beste in juni, augustus en oktober plaatsvinden.
De Unielijst en het Gelderse plan van aanpak
De zijdeplant staat sinds 2017 op de Unielijst van de Europese Unie, een lijst van invasieve exoten. Het is verboden om soorten op de Unielijst te bezitten, kweken of verhandelen. Lidstaten zijn verplicht actie te ondernemen als een soort ten tonele verschijnt. In Nederland staan provincies daarvoor aan de lat.
Provincie Gelderland heeft samen met terreinbeheerders, weg- en spoorbeheerders, overheden en de Fauna Beheereenheid een plan van aanpak opgesteld voor invasieve exoten (2018) (pdf; 0,4 MB). In dit plan legt de provincie de focus op plekken waar exoten een gevaar vormen voor de biodiversiteit (Natura 2000-gebieden en het Gelders Natuurnetwerk). Met het plan stimuleert ze partijen om samen te werken: planten en dieren houden zich immers ook niet aan grenzen. Omdat de zijdeplant nog maar op enkele plaatsen in Gelderland voorkomt, is de inzet de plant volledig uit te roeien. De provincie zal eventuele hergroei van de zijdeplant de komende jaren dus aanpakken.
Tekst: Provincie Gelderland
Foto's: Natuur en Ruimte invasieve exoten B.V.