Bruine herfstuil - primair

Wat komt er op mijn stroop?

De Vlinderstichting
25-SEP-2023 - De herfst is een prima nachtvlindertijd. Als je nu en de komende weken op zoek gaat naar nachtvlinders, door te stropen, dan kun je flink wat uilen en andere motten te zien krijgen. Er is een aantal algemene soorten die alleen of met name in september en oktober vliegen. Ook worden de eerste winteruilen al actief.

Soms zitten er tien of meer motten op een smeerplekje, zoals hier vierkantvlekuilen. Maar er zijn ook avonden dat er nul of slechts een enkele op dertig bomen te vinden isVoor de dagvlinders is het seizoen zo’n beetje over. Er zijn zeker nog wel vlinders als kleine vuurvlinder, icarusblauwtje en oranje luzernevlinder, en ook de vlinderoverwinteraars als dagpauwoog en kleine vos komen nog wel eens tevoorschijn om nog even op zoek te gaan naar nectar. Maar nieuwe soorten verschijnen er niet meer. Bij nachtvlinders is dat anders. In september en oktober zijn er heel wat soorten die voor het eerst verschijnen. Een hele goede manier om die te zien te krijgen, is door te stropen of te smeren. Dat houdt in dat je een zoete, flink geurende stof op bomen smeert. Dat gaat om plekjes van 5x10 centimeter. De geur verspreidt zich en vanuit de omgeving worden nachtvlinders naar die plek gelokt. Stropen kun je het hele jaar door, maar het is vooral effectief als er verder niet veel te halen is. Als er veel bloeiende planten zijn, zoals in het voorjaar en de voorzomer, dan zie je niet veel vlinders op je stroop. Maar nu, in het najaar, is dat een erg succesvolle activiteit.

Wat herfstuilen. V.l.n.r. Boven: bruine herfstuil & grijze herfstuil; onder: variabele herfstuil & zwartstipvlinder

Wat gouduilenNu komen de herfstuilen tevoorschijn. Zij zijn vooral in september en oktober actief, en afhankelijk van de omstandigheden nog tot ver in november. De bruine herfstuil is een van de meest wijdverbreide en die kun je overal in Nederland wel vinden. Andere herfstuilen die je nu kunt zien, zijn de variabele herfstuil en de grijze herfstuil, maar deze zijn minder verspreid in Nederland te vinden. De variabele is vooral op kleigronden aanwezig en die vind je bijvoorbeeld in het rivierengebied, maar ook in Groningen en in Limburg. De grijze herfstuil is meer een soort van de hogere zandgronden. Ook de zwartstipvlinder kunnen we de komende tijd op onze smeer verwachten. Een ander groep uilen die juist nu actief is en wordt, zijn de gouduilen. De essengouduil is een van de eerste. Die is nu al zo’n beetje uitgevlogen, maar wilgengouduil, iepengouduil en populierengouduil zijn er ook in oktober nog volop. Een van de opvallendste is de felgekeurde wilgengouduil. Prachtig heldergeel met bruine tekening. De wilgengouduil is overal te vinden waar de waardplanten aanwezig zijn. Wilgen en populieren zijn hun waardplant en die komen overal voor.

Meer informatie

Ze blijven niet plakken!
We krijgen regelmatig verontruste reacties als we aandacht besteden aan het stropen van nachtvlinders. Mensen denken dat de vlinders aan de stroop blijven plakken en we ze zo goed kunnen bekijken, maar dat is niet zo. De vlinders zitten naast of op de smeerplek, maar blijven er nooit aan kleven. Ze weten precies hoe ze erop moeten zitten zonder problemen te krijgen. Ondertussen zitten ze met hun lange roltong in de zoetigheid en krijgen flink wat brandstof binnen waarmee ze meer kunnen vliegen. Na een half uur tot een uur zijn ze meestal weer verdwenen.

Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting