Ringslang Wikipedia GNU Free Documentation license

Alle slangen wakker!

Stichting RAVON
17-MEI-2008 - Het is bekend dat reptielen een winterslaap houden. Dat de verschillende soorten niet allemaal tegelijk weer te voorschijn komen, is veel minder bekend. Inmiddels zijn echter alle slangensoorten wakker. Met heel veel geluk kunt u nu zelfs de zeldzame gladde slang zien!

Bericht uitgegeven door RAVON op 17 mei 2008

Het is bekend dat reptielen een winterslaap houden. Dat de verschillende soorten niet allemaal tegelijk weer te voorschijn komen, is veel minder bekend. Inmiddels zijn echter alle slangensoorten wakker. Met heel veel geluk kunt u nu zelfs de zeldzame gladde slang zien!

Slangen zijn koudbloedig. Ze kunnen slechts door middel van zonnewarmte hun lichaamstemperatuur op peil houden. Wij doen dat door goed te eten. Bij reptielen volstaat dat niet. Voor slangen zijn onze winters te koud om actief te kunnen zijn. Daarom gaan ze vanaf oktober tot het voorjaar in winterslaap. Een bekend fenomeen. Minder mensen weten dat de drie in Nederland voorkomende slangen niet gelijktijdig hun slaapje uit hebben.

Het ontwaken uit de winterslaap wordt sterk door de temperatuur gestuurd. Bij de eerste aardige, lenteachtige dagen in februari of begin maart worden als eerste de adders weer actief. Zie hiervoor ook het NatuurBericht 'Adders zonnend bij winterverblijf', uitgegeven op 29 maart 2008. De adders worden rond half maart gevolgd door de eerste ringslangen. Als allerlaatste wordt de zeldzame gladde slang weer wakker. Deze soort wordt zelden voor de laatste week van april gezien. Pas in mei worden behoorlijke aantallen gladde slangen waargenomen. Een echte langslaper dus. Sinds kort zijn dus alle drie de Nederlandse slangensoorten weer actief.

Grappig bij het ontwaken is dat als eerste de mannetjes uit de winterslaap komen. Zij worden pas enkele weken later gevolgd door de vrouwtjes en onvolwassen dieren. De mannetjes hebben namelijk een grote behoefte aan zonnewarmte, om het rijpen van de zaadcellen te kunnen voltooien.

Nu alle slangen wakker zijn hebt u kans er zelf eens een te zien. Met name heidegebieden en hoogvenen zijn goede gebieden om naar ze uit te kijken. De ringslang komt ook in laagveen- en poldergebieden voor, evenals op landgoederen, zoals op de Utrechtse Heuvelrug en aan de randen van de Veluwe.

Tekst: Jeroen van Delft, Stichting RAVON
Foto's: Baldhur (ringslang, GFD Licentie), Jelger Herder (adder) en Piet Spaans (gladde slang, GFD Licentie).