Schelpdierbank met zeekreeft

Onderzoek naar ontstaan wilde platte oesterbank

ARK Rewilding Nederland
25-JUN-2016 - In het najaar van 2015 werd de vondst van een platte oesterbank gedaan. Wilde platte oesterbanken waren uitgestorven in Nederland, voor zover bekend. Hoe kon die oesterbank daar ontstaan? En is het mogelijk om dit principe te herhalen op andere plekken en zo de terugkeer van schelpdierbanken een handje te helpen?

In het najaar van 2015 werd bij onderzoek in het kader van het Droomfondsproject ‘Herstel Schelpdierbanken’ de bijzondere vondst van een platte oesterbank gedaan. Van wilde platte oesterbanken werd immers gedacht dat ze in Nederland uitgestorven waren. Hoe kon die oesterbank daar ontstaan? En, zodra we dat weten, is het mogelijk om dit principe te herhalen op andere plekken en zo de terugkeer van schelpdierbanken een handje te helpen? Om die vragen te beantwoorden voert Imares in opdracht van ARK Natuurontwikkeling en het Wereld Natuur Fonds onderzoek uit.

Larvenonderzoek

Het ontstaan van oesters en oesterbanken, begint met oesterlarven. Het larvenonderzoek naar de gevonden platte oesterbank richt zich op drie vragen: Produceert de gevonden platte oesterbank (inmiddels) zelf oesterlarven en houdt hij daarmee zichzelf in stand? Zijn vanuit de Grevelingen via de Brouwerssluis oesterlarven de Voordelta ingestroomd die het ontstaan van de oesterbank op deze plek verklaren? Komen in de Voordelta zelf oesterlarven voor? Het onderzoek vindt plaats in de lente en zomer van 2016, de periode waarin oesters paaien (zich voortplanten).

 Schelpdierbanken

Belang van het herstel van schelpdierbanken

In maart 2016 begonnen ARK Natuurontwikkeling en het Wereld Natuur Fonds aan een proef om mosselbanken en oesterriffen in de Voordelta te laten terugkeren. Voor de kust van de Zuid-Hollandse eilanden zijn daartoe op twee plekken schelpdieren op de bodem geplaatst. De kennis die met deze en volgende proeven wordt opgedaan, draagt bij aan het herstel van schelpdierbanken. In 2018 moet er genoeg kennis en ervaring zijn opgedaan om in de Voordelta en elders in de Noordzee mosselbanken en oesterriffen te herstellen.

Schelpdierbanken zijn van wezenlijk belang voor een florerend onderwaterleven. Schelpdieren filteren het zeewater en vormen een rust- en paaigebied voor vissen als schol, kabeljauw en zeebaars. Die trekken weer haaien, roggen,  bruinvissen en zeehonden aan. De harde ondergrond vormt een plek waar bijvoorbeeld de dodemansduim, een zacht koraal, zich op kan vestigen. Haaien, roggen, kleinere vissen en ook sepia (een inktvis) kunnen er hun eieren op af zetten. Daarnaast komen allerlei vogels af op de vele kleine visjes en garnalen die op en rond schelpdierbanken leven. Vroeger was een vijfde van de Noordzeebodem bedekt met schelpdierbanken, maar door visserij, ziektes en vervuiling zijn die vrijwel verdwenen.

Droomfondsproject Haringvliet

Het project Herstel Schelpdierbanken is onderdeel van het Droomfondsproject Haringvliet. Daarbij werken zes organisaties, waaronder WNF en ARK, met steun van de Nationale Postcode Loterij, samen om het stroomgebied van het afgesloten Haringvliet weer tot leven wekken. Pal onder Rotterdam ontwikkelen zij op de grens van rivier en zee een uniek natuurgebied en toeristische trekpleister waar iconische dieren als de zeearend, steur, bruinvis en witsnuitdolfijn zich kunnen vestigen.

Tekst: Karel van den Wijngaard, ARK NatuurontwikkelingFoto: Cor Kuyvenhoven
Tekening: Jeroen Helmer, ARK Natuurontwikkeling