klimopbij

De bloeitijd van Klimop is begonnen en dat is top

FLORON
6-SEP-2022 - De bloeitijd van Klimop is begonnen. Heel fijn voor veel insecten, want tot diep in het najaar – als er bijna niks meer bloeit – kunnen zij nectar vinden op deze plant. Ook veel vogels en zoogdieren vinden veilige schuil- en nestgelegenheden in Klimop. Reden te meer deze alledaagse plant eens in het zonnetje te zetten.

Drukte van belang

Tot ver in oktober kan je Atalanta's zien op KlimopDe alledaagse Klimop (Hedera helix) zou weleens een van de meest onderschatte planten in Nederland kunnen zijn, zeker nu de bloeitijd van deze klimplant van start is gegaan. De kleine groene bloemen vallen bijna niet op, maar als je ernaast gaat staan op een zonnige dag, dan hoor je het zoemen van al het insectenleven. Allerlei soorten vlinders, nachtvlinders, bijen, zweefvliegen en andere insecten; het is een drukke bedoening bij Klimop. Voor insecten is de Klimop niet alleen 'the place to be' om nectar bij te tanken, ook het stuifmeel vindt gretig aftrek. De zeldzame Klimopzijdebij is zelfs helemaal gespecialiseerd op Klimop en voedt haar larven uitsluitend met stuifmeel van Klimop. Ook veel vogels en zoogdieren zijn blij met Klimop. Zij vinden er jaarrond beschutting bij regen en gevaar, en in het voorjaar bouwen veel vogels er hun nest. Nog een leuke eigenschap van Klimop: in tegenstelling tot veel andere planten bloeit de soort in het najaar en heeft besjes in het voorjaar. Ideaal voor veel hongerige lijsters en duiven die in het vroege voorjaar goed hun best moeten doen om voldoende voedsel te vinden. Klimop is al met al een enorm biodiverse plant! Gelukkig komt deze plant in vrijwel heel Nederland voor en zijn ook veel tuinen ermee verrijkt.

Schadelijk?

De stengels van Klimop groeien omhoog langs de stammen van bomen en tegen muren, maar kunnen ook net zo goed over de (bos)bodem kruipen. De plant heeft houtige stengels die met zogenaamde wortelvoetjes hechten aan de boomstam of de muur. Over het algemeen kan dit geen kwaad. Klimop parasiteert niet op de boom en sloopt de muur ook niet; hij gebruikt ze slechts om tegenop te klimmen om zo meer zonlicht op te kunnen vangen. Alleen oude met kalkmortel gemetselde muren en muren met loszittend pleisterwerk kunnen beschadigen als je Klimop van deze muren trekt. Wel blijft het uitkijken dat de stengels niet tussen de dakpannen gaan groeien of door spleten en scheuren naar binnen groeien. De stengels groeien naar verloop van tijd in de dikte en kunnen dan wel schade veroorzaken. Mits goed beheerd is Klimop tegen een muur alleen maar gunstig. Met Klimop begroeide muren worden bij regen minder nat en door hun isolerende werking houden ze in de winter de warmte binnen en in de zomer buiten.

Er wordt wel beweerd dat door het gewicht van Klimop het risico op tak- of stambreuk bij oude bomen  wordt vergroot. Dat is niet helemaal waar; een gezonde boom kan Klimop prima dragen. In stedelijk gebied worden de stammen van tot hoog in de boomkroon groeiende exemplaren van Klimop geregeld preventief doorgezaagd. In zijn algemeenheid is dat niet nodig en al helemaal niet in een bosrijke omgeving waar bomen elkaar uit de wind houden. Bovendien kunnen dode verdroogde restanten van de afgezaagde Klimop dan naar beneden vallen. Klimop parasiteert niet op bomen, concurreert niet om water en nutriënten en bomen worden ook niet langzaam door Klimop gewurgd. Als je erover nadenkt zou het ook wel erg onverstandig zijn van Klimop om zijn eigen gastheer om zeep te helpen, als daarmee zijn toegang tot het broodnodige zonlicht verloren gaat.

Determinatie

Klimop, kruipend over de bosbodemAlhoewel de vorm van de bladeren aan één en dezelfde plant erg variabel kan zijn, is Klimop goed aan de karakteristieke bladvorm te herkennen. Het blad is soms drielobbig, maar meestal vijflobbig en 3 tot 6 centimeter breed. De bladsteel is meestal kort met 3 tot 5,5 centimeter. Opvallend zijn de nerven die meestal duidelijk wit contrasteren met het donkergroene blad.

Klimop kan wel verward worden met de Atlantische klimop (Helix hibernica). Het blad van Atlantische klimop is echter altijd vijflobbig en met 6 tot 9 centimeter breed een stuk groter dan bij Klimop. Ook de bladsteel is met 5 tot 12 centimeter een stuk langer. De nerven zijn groen en minder contrasterend met de rest van het blad. Een ander onderscheid zie je als ze over de grond 'kruipen'. Beide soorten vormen een dicht tapijt, maar die van Klimop is slechts enkele centimeters hoog; bij Atlantische klimop is die algauw tot 20 centimeter hoog. Twijfel je over welke Klimop je in het veld bent tegengekomen? Kijk dan eens op deze determinatiehulp.

Evengoed is het laatste woord hierover nog niet gezegd. In Noord-Amerika en in Hongarije zijn kruisingen tussen Klimop en Atlantische klimop aangetoond. Verder zijn er bij tuincentra verschillende andere soorten Klimop en talloze variëteiten te koop. De Atlantische klimop heeft zich naar alle waarschijnlijkheid vanuit tuinen over Nederland verspreid. Met een andere veel aangeplante soort, de Kaukasische klimop (Hedera colchica), gaat het mogelijk ook die kant op. Wie weet wat er bij ons nog allemaal meer gaat verwilderen. Meer ogen in het veld zijn daarom gewenst.

Tekst: Leonie Tijsma & Ruud Beringen, FLORON
Foto's: Kars Veling (leadfoto: Klimop met Klimopbij); Ruud Beringen