Natuurjournaal 3 juli 2023

Karpers zijn nu druk bezig met paaien. Dat doen ze in de voorzomer en de zomer, als het tenminste een beetje warm is. Karpers houden van warm water, ze zijn dan ook oorspronkelijk geen Nederlandse soort. Eigenlijk komen ze uit de gebieden rond de Zwarte Zee en de Kaspische zee, maar ze zijn al eeuwen geleden door Europa verspreid als geliefde vis voor op tafel. In koude jaren kan de paai van karpers in Nederland mislukken, maar nu hebben ze geluk met het warme weer van de afgelopen maand. In de zomer komen ze vaak naar de oppervlakte, zeker als daar iets te eten te vinden is. Soms kan je de grote vissen met vele bij elkaar zien.

Karpers kun je in allerlei plassen en vijvers tegenkomen, ook in typische buitenwijkwatertjes. Als je daar aan de waterkant staat, is de kans groot dat je tussen de oeverplanten ook de roomwitte pluizige pluimen van moerasspirea ziet staan. De oeverplant staat tot in augustus in bloei, en dan zijn de grappige spiraalvormige vruchten te zien. Met de zoete, amandelachtige geur lokt moerasspirea bestuivers. In de bloemen is echter geen nectar te vinden, maar wel veel stuifmeel dat ook door veel insecten wordt gegeten.

Tekst: Nienke Lameris, NatureToday.nl
Foto's: Bart Vastenhouw, Saxifraga; Ed Stikvoort, Saxifraga