2-JUL-2025 - Het is de grootste stuifzwam van Nederland en je ziet hem niet snel over het hoofd. Er gaat zelfs een verhaal rond dat er ooit een dood schaap is gemeld, dat na controle een Reuzenbovist bleek te zijn! Hij verschijnt van juli tot eind september, dus als je komende tijd een voetbal of schaap in de wei denkt te zien liggen, kijk nog eens goed of het niet een paddenstoel is!

Deze paddenstoel heet niet voor niets Reuzenbovist – Calvatia gigantea. De genusnaam Calvatia is afgeleid van het Latijnse woord Calva, dat 'kaal' betekent. De soortnaam gigantea betekent 'reusachtig'. De Reuzenbovist behoort tot de buikzwammen, en die heten zo omdat de sporen binnenin het vruchtlichaam worden gevormd. Het vruchtlichaam bestaat uit een grote gladde, witte – later vaal bruine – bol met een doorsnede van wel 50 tot 80 centimeter! In het buitenland zijn exemplaren bekend van meer dan anderhalve meter groot. Door deze enorme afmetingen is de paddenstoel met geen enkele andere soort te verwarren. Het vruchtvlees is in een jong stadium stevig en wit van kleur. Bij het rijpen wordt de binnenkant omgezet in een bruine poederige massa die de sporen bevat. Uiteindelijk verkleurt de paddenstoel, verliest hij zijn stevigheid en scheurt hij open. Bij iedere aanraking of regendruppel verspreidt hij zijn sporen. In een nog later stadium heeft de Reuzenbovist een slimme manier om zijn sporen nog wat verder te verspreiden. Hij maakt zich los van de grond zodat hij met de wind weggeblazen kan worden. Zo rolt de Reuzenbovist als in een cowboyfilm over de prairie en laat hij onderweg zijn sporen vrij. In een jong stadium kunnen ze meer dan 10 kilo wegen. Als de sporen eenmaal rijp zijn en er geen vocht meer vastgehouden wordt, weegt hij hooguit nog een paar gram.

Reuzenbovist

Onder de indruk

In de vorige eeuw was men al behoorlijk onder de indruk van de Reuzenbovist. Vaak kwam een vondst in de regionale krant. In een krant uit 1926 stonden twee broertjes van 5 en 6 jaar oud naast een Reuzenbovist van 60 centimeter groot en 14 kilo zwaar, die ze in een weiland hadden gevonden. Zo duiken er af en toe prachtige krantenartikelen op die laten zien dat men vroeger net zo verwonderd naar de Reuzenbovist keek als nu.

Krantenknipsel van 11 november 1926 over de vondst van een Reuzenbovist

Groeiplaats

Belangrijk voor de Reuzenbovist is dat er voldoende organisch materiaal in de bodem aanwezig is. Hij wordt gevonden in onder andere sterk bemeste gras- en hooilanden, wegbermen, boomgaarden, moestuinen, parken en plantsoenen. Vaak op recent verstoorde grond. Hij heeft niet echt een voorkeur voor droge of natte gebieden, en hij komt daardoor voor op zowel klei- als zandgrond. Omdat wij graag overal in zitten te wroeten en de weilanden vaak bemesten doet de soort het uitstekend in ons land.

De Reuzenbovist is een algemeen voorkomende soort en verschijnt meestal in de zomer of vroege herfst. De vruchtlichamen blijven nog heel lang intact als een bruine bol. Die kun je zelfs tot het in het volgende voorjaar aantreffen. Momenteel komen de eerste waarnemingen binnen. Dus mocht je de komende tijd iets groots, ronds en wits tegenkomen, kijk eens of het de Reuzenbovist is.

Reuzenbovist

Tekst: Ronald Morsink
Beeld: Rita Boonman, Marleen Alma, Stichting Historie Stedum, Willem van Westbroek Jr.