Otter

Sporen van de otter herkennen

15-MRT-2014 - Op steeds meer plekken in Nederland duiken otters op. En overal waar ze komen laten ze bijzondere sporen achter. Een perfect moment dus om zelf op zoek te gaan naar ottersporen!

Bericht uitgegeven op [publicatiedatum]

Op steeds meer plekken in Nederland duiken otters op. En overal waar ze komen laten ze bijzondere sporen achter. Een perfect moment dus om zelf op zoek te gaan naar ottersporen!

Bij sporen denk je al snel aan voetafdrukken. Maar voetsporen van otters zijn vaak moeilijk te vinden en makkelijk te verwarren met andere dieren. Gelukkig laten otters nog veel meer sporen achter die goed te herkennen zijn. Rob Koelman van de Zoogdiervereniging weet precies hoe ze eruit zien en waar je ze kunt vinden.

Otter (foto: Vroege Vogels)

Zelf meedoen
Om erachter te komen hoe het gaat met de otters in Nederland, houdt de Zoogdiervereniging tellingen en daar kun jij bij helpen. Otters zijn echter bijzonder schuw en je ziet ze maar zelden in het wild. Ottersporen zijn daarom een goed startpunt voor onderzoek naar otters. Heb je sporen gevonden, maak dan een goede foto en stuur hem naar ons op. Vind je het leuk om een gebied nauwkeuriger in de gaten te houden, kijk dan voor meer informatie op de website van de Zoogdiervereniging.

Om dit object in te laden dien je marketing-cookies te accepteren.
Sporen van de otter (film: Vroege Vogels)

Poepgeur
Het best herkenbare spoor is de spraint, oftewel de poep. De spraints zijn ongeveer 10 tot 15 millimeter dik en 2 tot 10 centimeter lang. Verse spraints zijn teerachtig zwart tot groen en slijmerig. Oude spraints krijgen een steeds lichtere kleur: asgrijs, geelgroen of grijswit.

De spraints hebben een zeer karakteristieke geur: visachtig, maar ook omschreven als koeienstalgeur, zoete of levertraanachtige geur. Uit de poep kunnen botjes en vissengraten steken.

Omdat de spraints worden gebruikt voor de communicatie, worden ze vaak op opvallende plekken in het landschap gelegd. Denk bijvoorbeeld aan molshopen, graspollen en stenen. Ze sprainten graag op het land tussen twee wateren én op richels onder bruggen. Gek genoeg houden otters er niet van om onder een brug door te zwemmen. Liever gebruiken ze de richels en laten daar dan vaak een spraint achter.

Spraint met graten (foto: Vroege Vogels)

Krabhoop
Een goed te herkennen otterspoor is de krabhoop. Dat is een bij elkaar geveegde hoop zand of vegetatie waarop een spraint wordt gelegd en soms zelfs ook geplast. De krabhoop is goed te herkennen aan de krabsporen rondom de hoop.

Bovenop de kraphoop wordt een spraint gelegd (foto: Vroege Vogels)

Ottergeil
Otters laten soms ook ottergeil achter. Een soort geleiachtige substantie die door mannetjes en vrouwtjes wordt afgezet. Ottergeil wordt net als spraints op opvallende plekken gelegd zoals steigers, stenen, graspolen, zandige oevers en op richels onder bruggen.

Ottergeil (foto: Vroege Vogels)

Otterwissel
De otterwissel is een vaste, uitgesleten looproute die een otter vaak gebruikt. Otters leven in een relatief groot gebied en steken daarbij veel land over om van het ene water naar het andere te komen. Omdat ze altijd zoeken naar de kortste weg ontstaan deze vaste looppaden.

Ottertunnel door het riet (foto: Vroege Vogels)

Prenten
Een ander otterspoor is de pootafdruk of prent. Deze is te herkennen aan vijf relatief kleine tenen die door zwemvliezen zijn verbonden. Deskundigen stellen echter dat de prenten erg makkelijk te verwarren zijn met andere dieren, waaronder honden.

Otterprent (foto: Vroege Vogels)

Bron: Vroege Vogels