Heerlijkheid Beek - Kastanjedal

Bijzonder bronnenbos gered van erosie

Bosgroepen
30-OKT-2019 - In het Kastanjedal (bij het Gelderse Beek-Ubbergen) nam Geldersch Landschap & Kasteelen, in samenwerking met de Bosgroepen, afgelopen jaar ingrijpende herstelmaatregelen. Het dal herbergt een bijzonder bronnenbos dat steeds verder verdroogde door erosie en insnijding van de beek. Ingrijpen was hard nodig, maar vanwege de hoge grondwaterdruk en steile hellingen had dat wel wat voeten in aarde.

De meeste mensen kennen het Kastanjedal van de Kabouterboom: de dikste kastanje van Nederland met een leeftijd van ongeveer 450 jaar. Naast deze unieke boom komen in het bronnenbos, in het dal aan de voet van de kastanjeboom, bijzondere plantensoorten voor zoals reuzenpaardenstaart, paarbladig goudveil en slanke sleutelbloem.

Historie bronnenbos

Erosie en insnijding door hoge stroomsnelheidDe geschiedenis van het gebied heeft een deel van de herstelmaatregelen in het dal bepaald. In de late middeleeuwen groef men hier een ‘spreng’ vanwege de hoge grondwaterdruk. Het water kwam goed van pas voor de wasserijen in Beek-Ubbergen. Om te voorkomen dat het water te snel stroomde, legde men stuwtjes aan. Dit zorgde voor ideale situaties voor veenvorming en daarmee voor het ontstaan van het bronnenbos, een bos dat jaarrond gevoed wordt door grondwater.

Erosieproblemen

De afgelopen jaren sneed de beek zich steeds dieper in. De beek lag ondertussen ruim een meter dieper dan hij lag ten tijde van de wasserij-industrie. Het veen, dat jaarrond natte omstandigheden nodig heeft, verdroogde daardoor. Een ideale situatie voor bramen en brandnetels om te gaan woekeren, maar ongunstig voor de bijzondere plantensoorten. Daarnaast kalfde het pad naast de Kabouterboom door erosie steeds verder af, waardoor het pad steeds smaller werd en de helling naar het dal met het bronnenbos steeds steiler.

De beek voor de herstelmaatregelen (links) en na de herstelmaatregelen (rechts)

Erosie is hier deels een natuurlijk proces vanwege de grote grondwaterdruk, de steile hellingen en de hoge stroomsnelheid in de beek. Door klimaatverandering neemt het aantal piekbuien toe en dit stimuleert de erosie. De stuwtjes werden niet onderhouden en kwamen in verval, waardoor de beek nog sneller water kon afvoeren. Dit speelde vooral in de laatste decennia: we weten dat de gebiedsbeheerder, de heer Merkus, in de jaren ’60-’70 nog met zijn dienstauto over het pad kon rijden, terwijl het pad de laatste jaren nog maar zo’n twee meter breed was.

Voorkomen...

Ingrijpen was dus nodig om de verdroging te stoppen en de Kabouterboom en het wandelpad te redden. De eerste stap was om verdere erosie zoveel mogelijk te voorkomen. Waar regenwater voorheen vanaf de omliggende paden de kortste weg naar het Kastanjedal nam, wordt het nu via goten afgeleid naar het omliggende bos. Ook zijn de watervangers (gaten langs het pad) opgeschoond (zie foto).

...en genezen

Het plaatsen van de damwandEen behoorlijke uitdaging was het herstellen van de diep ingesneden beek en het afgekalfde pad langs de Kabouterboom. De beekbodem is van boven naar beneden verondiept met zand, met een rupsdumper die over rijplaten door de beek reed. Takjes en steentjes in de beek, belangrijk voor fauna, zijn opgepakt en na de verondieping teruggeplaatst. Hetzelfde geldt voor de kwetsbare oevervegetatie. De bronkop is niet aangepakt, zodat de meest kwetsbare soorten zich daar konden terugtrekken. Vanuit daar kunnen ze het brongebied weer herbevolken, is de gedachte.

Tot slot moest het pad langs de Kabouterboom worden verbreed. Hiervoor is een betonnen damwand geplaatst. Gaten in de betonplaten moeten er voor zorgen dat de damwand de enorme grondwaterdruk niet belemmert. Het ruwe beton van de damwandplaten overgroeit gemakkelijk met mossen. Het gebied tussen de wand en de Kabouterboom is opgevuld met zand. Geotextiel aan de binnenkant van de damwand houdt wegspoelen van het zand tegen.

Wandelpad voor herstelmaatregelen (links) en na herstelmaatregelen (rechts), met watergeleidende goten

En nu?

Voorzichtig begint de bijzondere macrofauna (onder andere bronplatworm, vlokreeften, kokerjuffers, kevers en muggenlarven) het aangepakte traject ook te verkennen. Ook de flora langs de beek grijpt haar kans. Op de kale bodems vestigen zich opnieuw soorten als paarbladig goudveil en slanke sleutelbloem. De erosie is nooit volledig te stoppen. Zand zal blijven wegspoelen en eens in de zoveel tijd zal het pad van boven af moeten worden aangevuld. Maar het is weer veilig wandelen langs de Kabouterboom, het hoogtepunt van de ‘kabouterroute’ in het dal. Hopelijk kunnen nog vele generaties van de dikste en oudste kastanje van Nederland en de omgeving van het bijzondere bronnenbos genieten.

In het vakblad Natuur Bos Landschap staat deze maand een artikel met meer details over het hoe GLK, in samenwerking met de Bosgroepen, de maatregelen eind 2018 uitvoerde in het Kastanjedal.
In het onderzoek werkten we samen met Ko van Huissteden (Kytalyk Geoscience), geoloog en expert op gebied van erosieproblematiek. Daarnaast verzorgde onderzoekscentrum B-WARE de analyses van bodem- en watermonsters.

Tekst: Ariët Kieskamp, Bosgroepen en Ab van Dijk, Geldersch Landschap en Kasteelen
Foto's: Ton Rothengatter (namens Geldersch Landschap en Kasteelen) (leadfoto: de nieuwe damwand met de Kabouterboom linksboven in beeld); Ariët Kieskamp, Bosgroepen; Harm Smeenge, Bosgroepen