Stekelige pootjes krijgen voet aan de grond

13-FEB-2012 - Na meer dan 40 jaar afwezigheid werd de zeer zeldzame Stekelpootroofvlieg recent weer in België aangetroffen. Tot 1970 was de soort slechts bekend van drie vondsten. In 2010 werd een enkel exemplaar waargenomen in de provincie Limburg. In 2011 volgden meer waarnemingen, zowel in Limburg als Antwerpen. Een interessante ontwikkeling die natuurliefhebbers op de voet volgen.

Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]

Na meer dan 40 jaar afwezigheid werd de zeer zeldzame Stekelpootroofvlieg recent opnieuw in België aangetroffen. Tot 1970 was de soort slechts bekend van drie vondsten. In 2010 werd een enkel exemplaar waargenomen in de provincie Limburg. In 2011 volgden meer waarnemingen, zowel in Limburg als Antwerpen. Een interessante ontwikkeling die natuurliefhebbers op de voet volgen.

Roofvliegen zijn stevig gebouwde vliegen die bij ons tot 3 cm lang kunnen zijn. Beide geslachten leven volledig van de jacht op andere geleedpotigen. Ze kenmerken zich door hun stevige, stekelige poten, een korte stevige steeksnuit en grote facetogen die elkaar niet raken. Vanaf een uitkijkpost zoals boomstammen, boomblaadjes of paaltjes, maar ook wel vanaf de grond, jagen ze op prooien die meestal in de vlucht gevangen worden. Met hun steeksnuit injecteren ze hun slachtoffers met verlammende en verterende enzymen om ze vervolgens leeg te zuigen. Hoewel ze mensen soms als uitkijkpost kiezen, doen ze ons geheel geen kwaad. Omdat het echte predatoren zijn, zijn ze relatief schaars. Voor België worden 46 soorten opgegeven maar daarvan zijn er veel zeldzaam tot zeer zeldzaam of zelfs verdwenen.

Het vrouwtje van de Stekelpootroofvlieg. Foto: Reinoud Van den Broek

De Stekelpootroofvlieg (Machimus arthriticus) is een middelgrote, bruine roofvlieg die vliegt in juni en juli. Ze heeft geheel zwarte dijen met aan de onderzijde van het eerste potenpaar een rij kenmerkende stevige maar korte borstels. De schenen hebben een rode basis die geleidelijk overgaat naar een zwarte top. De pootborstels zijn overwegend licht gekleurd. De middenknobbel op het gezicht is vrij fors, de baard bestaat aan de bovenzijde uit zwarte borstels en aan de onderzijde uit hoofdzakelijk geelwitte borstels.

Het dier is vrij lastig van andere bruine, middelgrote roofvliegen te onderscheiden, met name van de meer algemene Zandroofvlieg (Philonicus albiceps). Deze lijkt qua kleur, formaat en habitat op de Stekelpootroofvlieg maar onderscheidt zich onder andere door de geheel zwarte poten en de kleine middenknobbel. De Stekelpootroofvlieg lijkt zanderige schrale graslanden met een opslag van kruiden te prefereren. Ze wordt opvallend vaak aangetroffen op verwaarloosde akkers en in zogenaamde 'nieuwe natuur', meestal voormalige landbouwgronden niet ver van bos verwijderd. De roofvlieg wordt vaak zittend op de kale bodem aangetroffen. Daarnaast vind je ze ook regelmatig terug op schermbloemen waar ze jagen op andere vliegen. Eitjes worden afgezet op plantaardig materiaal vlak boven de bodem.

Invasie uit het noorden

Het lijkt erop dat de soort vanuit het noorden is afgezakt. In Nederland was de soort na 1960 alleen nog bekend uit de provincie Gelderland maar sinds enkele jaren is ze haar verspreidingsgebied aan het uitbreiden, zowel naar het noorden als het zuiden. Ze is er nu reeds waargenomen in zes provincies. In 2007 werd de soort voor het eerst sinds 100 jaar weer gemeld rond Weert in de provincie Limburg en in 2010 ook op verschillende plekken rond Tilburg in Noord-Brabant, een provincie waar de soort nooit eerder was waargenomen. Het beest lijkt zich als pionier te gedragen en wellicht hangt zijn uitbreiding samen met de toenemende oppervlakte aan natuurgebieden en voormalig intensieve landbouwgronden die nu een meer extensief agrarisch natuurbeheer krijgen.

Mysterieus dier met ongewisse toekomst

Omdat het dier zo zeldzaam is, ook in de omliggende landen, is er weinig over de habitatkeuze en gedrag bekend. Het toegenomen aantal waarnemingen heeft daar enige verandering in gebracht en het wordt nu mogelijk om gerichter naar het dier uit te kijken. Het lijkt er sterk op dat de soort pootjes aan de grond heeft gekregen in België en dat het geen incidentele waarnemingen betreft. Toch kan niet zomaar worden aangenomen dat dit zo blijft. De meeste waarnemingen in 2011 kwamen namelijk uit de Balimgronden te Lommel, een heidegebied dat bedreigd wordt door omvorming naar industrieterrein. Gelukkig is de soort intussen ook op meer plaatsen verschenen, zoals in Zonhoven en in het Turnhouts Vennengebied, waar het natuurbeheer uitermate geschikt lijkt voor de soort. De toekomst zal moeten uitwijzen of deze interessante soort zich zal handhaven in ons land. De evolutie van de verspreiding van de Stekelpootroofvlieg kan gevolgd worden op waarnemingen.be.

Tekst en foto: Reinoud van den Broek

Bron: Van den Broek, R. 2011. De opmars van de roofvlieg Machimus arthriticus (Zeller, 1840) (Asilidae) in Nederland en België. Vliegenmepper 20 nr. 2 Sectie Diptera NEV. Amsterdam.