Ladderboktor

Nieuwe doodhoutkevers voelen zich thuis in het Harderbos, het ‘oerbos van de toekomst’

EIS Kenniscentrum Insecten, Natuurmonumenten
1-DEC-2025 - Doodhoutbiodiversiteit is van groot belang voor een gezond bos. Het Harderbos is nog jong, maar oogt al als een volwassen bos. Tijdens onderzoek naar doodhoutkevers in dit ‘oerbos van de toekomst’ zijn veel soorten gevonden. Zo zijn er tientallen nieuwe kevers voor Flevoland en zelfs twee nieuwe soorten voor Nederland gevonden. Dat belooft een mooie toekomst voor de polderbossen van Flevoland.

Dit jaar heeft EIS Kenniscentrum Insecten in opdracht van Natuurmonumenten onderzoek uitgevoerd naar doodhoutbiodiversiteit in het Harderbos in Flevoland. Er zijn in Nederland meer dan 760 kevers strikt afhankelijk van rottend hout of schimmels in dode bomen. Deze kevers spelen een onmisbare rol in de nutriëntencyclus van de bossen door hun bijdrage aan de afbraak van dood hout. Bovendien vormen ze een belangrijke voedselbron voor vogels en andere dieren in bossen.

Van productie- naar natuurbos

Het Harderbos ligt in oostelijk Flevoland en is vanaf begin jaren 1960 aangeplant na de drooglegging in 1957. Op de vruchtbare zeeklei is het Harderbos zeer snel uitgegroeid tot een volwassen ogend bos. Aanvankelijk is het bos aangeplant en beheerd als productiebos, maar sinds de jaren 1990 wordt het bos vanuit ecologisch perspectief beheerd. Sinds enkele jaren wordt er ook geen hout meer geoogst. Het bos is in beheer bij Natuurmonumenten. Sturing in het beheer vindt plaats op basis van structuur, leeftijdsopbouw en soortensamenstelling van het bos. Taurossen en Exmoorponies dragen in sterke mate bij aan de structuur.

Vanuit Nederland en omliggende landen is bekend dat bosouderdom en diversiteit aan doodhouthabitats sterk bijdragen aan de biodiversiteit. In de Flevopolder is de situatie uniek, omdat de flinke groeisnelheid ook resulteert in snelle beschikbaarheid van grote hoeveelheden dood hout.

Keverval in jong beukenbos in het Harderbos met liggend dood hout

Evaluatie doodhoutkevers

Dit voorjaar is onderzocht welke soorten doodhoutkevers voorkomen in het Harderbos. De resultaten worden vergeleken met die uit het nabijgelegen Reve-Abbertbos, een multifunctioneel bos van Staatsbosbeheer waar reguliere houtoogst plaatsvindt. In beide bossen zijn verschillende bostypen bemonsterd: beuken-, populieren- en sparrenbos. Nooit eerder is er gericht uitgebreid onderzoek gedaan naar doodhoutkevers in het Harderbos of in andere polderbossen in Flevoland. Het onderzoek biedt dus een eerste inkijk in de ontwikkeling van de doodhoutbiodiversiteit op de voormalige zeebodem.

In totaal zijn tijdens dit onderzoek 160 soorten kevers gevonden, in beide bossen samen. Hiervan zijn er 85 strikt afhankelijk van dood hout. Alhoewel in het Harderbos een groter aantal soorten gevonden werd dan in het Reve-Abbertbos, is het verschil in soortenrijkdom in het regulier beheerde bos en het natuurtechnisch beheerde bos nu niet groot. Mogelijk wordt dit verschil groter naarmate het Harderbos ouder wordt, maar de ontwikkeling is ook afhankelijk van de afstand tot nabijgelegen oude bossen, waar de soorten vandaan moeten komen. De dominante boomsoort op de vangplek bepaalde sterk welke keversoorten er in het bos voorkwamen, omdat veel soorten doodhoutkevers sterke voorkeuren hebben voor een bepaalde houtsoort. Sparren- en beukenbossen in het Harderbos (31 en 34 soorten) waren gemiddeld iets rijker aan soorten dan de populierenbossen (28 soorten). Maar de verschillen zijn klein en bovenal hebben deze drie boomsoorten een erg verschillende doodhoutfauna. Een verscheidenheid aan bomen en bostypen vult elkaar dus aan.

De somberkever (Synchita undata)Salpingidae (Salpingus planirostris)

Flevoland tientallen keversoorten rijker

Er zijn tijdens dit onderzoek maar liefst veertig soorten kevers gevonden die niet eerder in de provincie Flevoland waren aangetroffen. 33 van deze soorten zijn doodhoutkevers. Enkele opvallende voorbeelden zijn de platte schorskever (Pediacus dermestoides), de boktor (Saperda scalaris) en de pas recent uit Nederland bekende somberkever (Synchita undata), die van schimmels onder schors leeft. Er zijn zelfs twee doodhoutkeversoorten in het bos aangetroffen die nog niet eerder uit Nederland bekend of gemeld waren. Het gaat om een spiegelkever en een kortschildkever, die beide op andere insecten jagen achter schors van dode bomen.

De ambitie is dat het Harderbos een ‘oerbos van de toekomst' mag worden. Er zijn nu vooral keversoorten van jong dood hout aangetroffen, maar met de nieuwe keversoorten voor Nederland en de provincie is het een mooi resultaat. De verwachting is dat als de leeftijd van het bos toeneemt, ook soorten van ouder bos zich gaan vestigen. Het zal waarschijnlijk nog even duren voordat zich in het bos een insectenfauna heeft ontwikkeld die hoort bij echt oude bossen, maar na amper 65 jaar is het bos al zeer rijk aan doodhoutbewonende soorten. Dit geeft een goed perspectief voor de toekomst. EIS en Natuurmonumenten willen dit onderzoek eens per decennium herhalen om inzicht te krijgen in de verandering van de aanwezige keversoorten. Waarschijnlijk zal dan ook het verschil met multifunctionele bossen groter worden.

Meer informtie

Tekst: Rick Buesink; Jinze Noordijk, EIS Kenniscentrum Insecten; Daan Vreugdehil & Tim Kreetz, Natuurmonumenten
Beeld: Rick Buesink (leadfoto: ladderboktor (Saperda scalaris))