Natuurjournaal 14 mei 2025

De ringelrups is in mei volop te zien. Deze rups, die bekend staat om zijn opvallende uiterlijk, leeft in bossen en boomgaarden, maar je kan hem ook in de tuin tegenkomen. Soms is het even schrikken als je zo'n joekel tegenkomt, gelukkig zijn ze verder niet schadelijk voor mensen. Ze eten allerlei bladeren waaronder die van fruitbomen, eiken, meidoorns en rozen. De rupsen leven bij elkaar in spinsels, waarop ze ook zonnen. In juni verpoppen de rupsen. De nachtvlinder, die overigens ook ‘ringelrups’ heet, is een stuk minder opvallend.

De bleekvlekwespbij is een van de vele wilde bijen die je in mei kunt tegenkomen. Dit kleine insect is oranjebruin gekleurd. In mei zijn de vrouwtjes druk bezig met het leggen van eieren in de door hen gegraven holletjes in de grond. Ze leven dan ook in de buurt van kaal zand: nabij zandverstuivingen, of zandpaden in heidevelden of bosgebied. Dit kleine bijtje parasiteert op andere wilde bijen. Ze gedragen zich als een koekoek, ze breken in een nest van de gastheer in en leggen daar een eitje. De larve van de wespbij doet zich vervolgens tegoed aan het stuifmeel van de gastheer, die dus geen voedsel meer heeft en doodgaat.

Tekst: Ineke Radstaat, Nature Today
Beeld: Frits Bink, Saxifraga