Slanke waaierslak: een typische wintergast in de Oosterschelde

Genieten van winterse landschappen onder de golven

Stichting ANEMOON
22-DEC-2013 - Wie deze kerstdagen typische winterlandschappen wil gaan bewonderen moet vooral een duik in het Grevelingenmeer of de Oosterschelde gaan maken. Boven de golven is er geen witte kerst te verwachten en de schaatsen hoeven nog niet uit het vet. Maar onder water kun je al volop genieten van de winterfauna die zo karakteristiek is voor onze kust. De zomergasten zijn vertrokken en typische winterzeedieren hebben hun plaats ingenomen. Je kunt nu onder water volop genieten van hun aanwezigheid, ook al is het zeewater slechts ongeveer 5° Celsius.

Bericht uitgegeven door Stichting ANEMOON [land] op [publicatiedatum]

Wie deze kerstdagen typische winterlandschappen wil gaan bewonderen moet vooral een duik in het Grevelingenmeer of de Oosterschelde gaan maken. Boven de golven is er geen witte kerst te verwachten en de schaatsen hoeven nog niet uit het vet. Maar onder water kun je al volop genieten van de winterfauna die zo karakteristiek is voor onze kust. De zomergasten zijn vertrokken en typische winterzeedieren hebben hun plaats ingenomen. Je kunt nu onder water volop genieten van hun aanwezigheid, ook al is het zeewater slechts ongeveer 5° Celsius.

De Nederlandse kust en met name de Zeeuwse Delta kent een voor West-Europese begrippen unieke dynamiek in de zeewatertemperatuur. Afgeschermd door de Britse eilanden profiteren wij minder van de warme Golfstroom dan de rest van de Europese kust. Maar ook de ondiepe kustzone zorgt er voor dat de zeewatertemperatuur hier sterk kan variëren in zomer en winter. Het gevolg daarvan is dat het zeewater hier 's zomers relatief warm is maar ’s winters ook erg koud kan worden. De biodiversiteit van onze mariene flora en fauna past zich hier per seizoen op aan. Nu kunnen we veel wintergasten aantreffen die dit seizoen ook nog eens gebruiken om zich hier voort te planten. Zowel in het najaar als in het voorjaar als de zeewatertemperatuur ongeveer tussen de 4 en 12 graden Celsius ligt ontwikkelt de mariene onderwaternatuur zich zeer uitbundig. Meerdere soorten hydropoliepen groeien nu uit tot grote volwassen kolonies. Ook veel soorten sponzen benutten deze periode om te groeien.

Slanke waaierslak, een typische wintergast in de Oosterschelde (foto: Peter H van Bragt)

Vooral in de zeenaaktslakkenfauna zien we grote verschillen tussen de zomer- en de winterfauna. Al ongeveer een maand kunnen sportduikers genieten van grote aantallen Slanke waaierslakken, Zilverblauwe knotsslakken, Boompjesslakken die zich nu voeden met de uitgroeiende Pennenschaft hydropoliep en de Rosse sterslak die zich massaal voedt met zeepokken om in de winter, net als de vorige soorten, aan hun voortplanting te kunnen beginnen. In de zomer zijn deze soorten in veel mindere mate aanwezig of zelfs geheel afwezig.

De Zilverblauwe knotsslak doet zijn Nederlandse naam geen eer aan (foto: Peter H van Bragt)

Een andere winterse ontwikkeling in de dynamische weekdierfauna is het vertrek van onze inktvissen: de Zeekat, pijlinktvissen en Dwerginktvis, die we 's zomers hier in grote aantallen kunnen aantreffen zijn uit de Delta weggetrokken om elders te kunnen genieten van net iets warmer water. Maar de Wulken zijn juist massaal naar de ondiepere kustzones getrokken en de eerste eikapsels met de embryo’s van de volgende generatie zijn recent al door sportduikers in de centrale Oosterschelde aangetroffen. Als de watertemperatuur niet veel verder zakt ontwikkelen deze embryo’s zich in enkele weken en kruipen ze uit hun eikapsels. Wordt het zeewater echter veel kouder dan vertraagt de embryonale ontwikkeling en kan het nog wel een maand of langer duren voor ze de koude zee in kruipen.

Wulken hebben al massaal hun eerste eikapsels afgezet in de Oosterschelde (foto: Peter H van Bragt)

In de zeevissenpopulaties zien we ook grote veranderingen. Diklipharder en zeebaarzen zijn de Delta al lang uitgetrokken. Veel vissen trekken naar dieper water om daar in een soort winterpauze het warmere voorjaar af te wachten. Dus zal een sportduiker tijdens zijn of haar duik in de Oosterschelde nu niet veel vissen aantreffen. Maar voor de Slakdolf en Zeedonderpad is dit bij uitstek het seizoen om zich in het koude zeewater en ondiepe kustzones voort te planten.

De Slakdolf is zich nu volop aan het voortplanten in de Oosterschelde (foto: Peter H van Bragt)

In het koude zeewater zijn predatoren minder actief en is het voor onder andere de Zeedonderpad relatief eenvoudig om het einest te beschermen. Het wachten is nu nog op de eerste waarneming van de Snotolf die vanaf de Noordzee op weg is naar de Delta om ook hier in de winter in de ondiepere kustzone aan het paringsritueel te beginnen.

Het eerste einest van de Gewone zeedonderpad is al in het Grevelingenmeer aangetroffen (foto: Peter H van Bragt)

Wordt het zeewater over een langere periode nog kouder dan hebben deze wintergasten daar ook last van. Als de Friezen een Elfstedentocht krijgen dan zakt de zeewatertemperatuur hier naar nul tot één graad Celsius en dat is toch wel erg laag in vergelijking met de Noordwest-Europese kust waar deze zeedieren ook voorkomen, maar het ’s winters niet veel kouder wordt dan vier tot zeven graden. Maar gezien de temperatuurverwachtingen voor de komende week zal dat voorlopig nog niet gaan gebeuren.

Tekst en foto’s: Peter H van Bragt, Stichting ANEMOON