rivierprik

Prikken floreren in de Niers

Stichting RAVON
2-APR-2014 - Goed nieuws uit de natuur. In het grensoverschrijdende stroomgebied van de Niers (Limburg NL, Duitsland) floreert een gezonde populatie prikken. Het is een van de weinige plekken in ons land waar zowel beek- als rivierprik voorkomt. De populatie blijkt een flinke omvang te hebben en opvallend genoeg….ze doen het stiekem met elkaar!

Bericht uitgegeven door Stichting RAVON [land] op [publicatiedatum] 

Goed nieuws uit de natuur. In het grensoverschrijdende stroomgebied van de Niers (Limburg NL, Duitsland) floreert een gezonde populatie prikken. Het is een van de weinige plekken in ons land waar zowel beek- als rivierprik voorkomt. De populatie blijkt een flinke omvang te hebben en opvallend genoeg….ze doen het stiekem met elkaar!

Rivierprikken kijken in de Niers (foto: Frank Spikmans)Prikken zijn een evolutionaire bijzonderheid met een eigenaardige levenswijze. Ze bestaan al 500 miljoen jaar en zwommen dus al rond toen de huidige continenten nog aan elkaar vastzaten en Pangea vormden. De drie Nederlandse priksoorten (beekprik, rivierprik en zeeprik) zijn tamelijk zeldzaam. Het aantal bekende paaiplaatsen van de rivierprik (Lampetra fluviatilis) is zelfs op één hand te tellen. Het stroomgebied van de Niers is er één van. De verspreiding, voortplanting, paai- en larvenhabitats, dichtheid en genetische vitaliteit van beek- en rivierprik in het grensoverschrijdende Niersstroomgebied is uitgebreid beschreven in het deze week verschenen artikel 'Prikken in het Niersstroomgebiedin' het tijdschrift RAVON 52

Stiekem meepaaien
Vrijwilligers van RAVON tellen al sinds 2007 het aantal paaiende prikken in het voorjaar. Er worden vooral veel rivierprikken gezien. Deze bouwen nestkuilen waarin de eitjes worden afgezet. Een enkele keer houdt een beekprikje zich ook op in zo’n nest. Vermoedelijk doet deze stiekem mee met de parende rivierprikken en zo kruisen de twee soorten toch. Dit werd lange tijd voor onmogelijk gehouden, omdat een rivierprik veel groter is dan een beekprik. Het hoogste aantal paaiende rivierprikken dat door de vrijwilligers werd gezien is 72. Van paaiende beekprikken worden meestal maar een paar exemplaren gezien. Door het warme voorjaar staat het paaiseizoen dit jaar nu al op het punt los te barsten.

Duizenden larven
Er is een uitgebreid onderzoek gedaan naar de larven van prikken in de Niers, vanaf de monding in de Maas tot ver Duitsland in. Deze larven leiden een rustig en verborgen bestaan in de modder. Daar groeien ze langzaam op door zich te voeden met allerlei micro-organismen. Verrassend was het dat de priklarven verspreid over 30 kilometer voorkwamen, veel wijder verspreid dan tot nog toe bekend. De dichtheden zijn hoog, tot wel bijna 9 larven per vierkante meter. De totale populatie bestaat waarschijnlijk uit vele duizenden dieren.

Rivierprik (foto: Jelger Herder)

Zonnige toekomst
Herstel van waterkwaliteit en verbetering van de optrekbaarheid van rivieren blijken ook de prikken in het Niersstroomgebied goed te doen. Ze krijgen tegenwoordig ook nog een helpend handje van de oprukkende bever. Deze zorgt met zijn geknaag voor meer dood hout in de beken, wat weer leidt tot stroomversnellingen en meer geschikte paaiplaatsen. Daar profiteren ook de prikken van. De waterbeheerders zijn helaas nog sterk geneigd de waterloop direct weer vrij te maken, terwijl het toelaten van zulke natuurlijke processen voor veel soorten juist heel gunstig is.

Kijk voor meer informatie op www.ravon.nl.

Tekst: Frank Spikmans, RAVON
Foto's: Frank Spikmans, Jelger Herder, RAVON