Bezemkruiskruid

Natuurjournaal 29 oktober 2025

Nature Today
29-OKT-2025 - Bezemkruiskruid en knoopkruid in bloei.

Een soort die je vanaf de zomer en onder zachte omstandigheden tot in de winter bloeiend kan tegenkomen, is bezemkruiskruid. Ondanks dat deze soort zich in Nederland pas sinds de jaren veertig van de vorige eeuw is gaan verspreiden, is het inmiddels wijdverspreid in het land aanwezig. De plant uit de composietenfamilie, met in de bloemhoofdjes meerdere gele buis- en lintbloemen, heeft dat met behulp van mensen kunnen doen. Origineel afkomstig uit Zuid-Afrika is bezemkruiskruid met wol meegekomen naar België. Vanuit de omgeving van Luik is het waarschijnlijk via het Maasdal verder verspreid naar Zuid-Limburg, van waaruit het via spoorlijnen – en later ook door auto’s – door de rest van Nederland is verspreid. De naam bezemkruiskruid verwijst naar het uiterlijk van de plant. Als je de plant volledig uit de grond trekt, wat je voor deze invasieve exoot niet hoeft te laten, lijkt het geheel vanuit de verhoute wortelstok op een bezem.

Knoopkruid heeft geen lintbloemen, ondanks dat de randstandige bloemen daarop kunnen lijken, maar de bouw is anders. De planten kunnen klein blijven (vanaf 10 centimeter) of relatief groot worden (tot 120 centimeter)

Ondanks het feit dat het nu herfst is, zijn er nog genoeg kleurrijke planten in bloei te vinden. Naast het gele bezemkruiskruid, staat knoopkruid ook weer met paarse bloemen in bloei. Knoopkruid is ook onderdeel van de composietenfamilie, maar heeft alleen buisvormige bloemen en geen lintbloemen. De buisbloemen aan de rand van het bloemhoofdje kunnen uitgegroeid zijn tot wijdstaande bloemen met lange kroonslippen, wat de bloemen aantrekkelijker maakt voor insecten. Aan de basis van het bloemhoofdje staan kenmerkende omwindselbladen. Deze zijn aan de basis groen en versmallen naar boven toe. Het bovenste deel is donkerbruin tot zwart en weer verbreed, en dit deel kan gaafrandig zijn, maar ook kamvormig ingesneden. De bovenste bladeren zijn doorgaans gaafrandig. Ze zijn kaal, of bedekt met spinragachtige haren. De naam van de plant verwijst mogelijk naar de verdikte en behaarde zaadhoofdjes, die enigszins op een knoop lijken, maar dat is een moeilijk zichtbaar kenmerk.

Tekst en beeld: Marco Wind, Nature Today