Gewoon speenkruid

Speenkruid (Bron: Arnold van Vliet)

Waarnemingen voor deze soort

Ficaria verna subs. verna

Op vochtige, liefst beschaduwde plekken in loofbossen, hagen, in vochtige weilanden en langs het water, daar is het gewoon speenkruid te vinden. Het is een algemene soort in ons land en samen met klein hoefblad is het een van de eerste gele bloemen in het voorjaar. De bloem is herkenbaar aan de vele kroonblaadjes. De kelkbladen zijn groen. De plant wordt tussen de 5 en 30cm hoog.
Gewoon speenkruid is een overblijvende plant met veel rozetten van gesteelde, hartvormige, donkergroene bladen die uit ondergrondse, knotsvormige wortelknolletjes groeien. De alleenstaande, glanzend gele bloemen groeien in het voorjaar op lange stelen en veranderen de groene speenkruidmassa in een geel tapijt. Sommige vormen van deze plant produceren maar weinig bloemen, daarvoor in de plaats groeien er dan okselknolletjes in de onderste bladoksels, die voor de voortplanting zorgen. Gewoon speenkruid kan in salades en op brood gebruikt worden en de knoppen kunnen in het zuur kappertjes vervangen. Als kruid is het geschikt voor de behandeling van scheurbuik en aambeien.

Voor De Natuurkalender nemen we waar:

  • Eerste bloei

Informatie uit: Wilde bloemen, uitgegeven en bewerkt door Pamela Bristow, naar een tekst van Zdenka Podhajska.