Wegwijs in het botergebeuren

FLORON
21-JUN-2010 - Boterbloemen. Wie kent ze niet? Ze staan al weken volop in bloei en behoren tot de weinige soorten die veel Nederlanders nog wel bij naam kennen. Dat er verschillende boterbloemen zijn is al bij minder mensen bekend. Laat staan hoe je ze uit elkaar houdt. Voor velen blijft het ‘één groot botergebeuren’.

Bericht uitgegeven door FLORON op maandag 21 juni 2010

Boterbloemen. Wie kent ze niet? Ze staan al weken volop in bloei en behoren tot de weinige soorten die veel Nederlanders nog wel bij naam kennen. Dat er verschillende boterbloemen zijn is al bij minder mensen bekend. Laat staan hoe je ze uit elkaar houdt. Voor velen blijft het ‘één groot botergebeuren’.

Scherpe boterbloem (foto: Wout van der Slikke)

Toch is het aantal soorten boterbloemen bij ons redelijk beperkt en zijn er goede kenmerken om ze van elkaar te onderscheiden. Zeer algemeen zijn de Kruipende boterbloem en de Scherpe boterbloem. We vinden ze door het hele land in bermen, weilanden en slootkanten. Het zijn vooral déze boterbloemen die de velden geel kleuren en in veldboeketten opduiken.

Om ‘de scherpe’ en ‘de kruipende’ uit elkaar te houden helpt het om naar de bladen te kijken. Een blad van Scherpe boterbloem is ongedeeld, handvormig en diep ingesneden; een blad van Kruipende boterbloem is samengesteld: een blad (onderaan) bestaat uit drie deelblaadjes, waarvan het middelste duidelijk gesteeld is. Verder blijft de Kruipende boterbloem lager omdat, zoals de naam al aangeeft, de stengel deels op de grond blijft en daar ook weer wortelt. De bloemsteel is bovendien gegroefd en voelt daardoor ruw aan. De Scherpe boterbloem daarentegen heeft een rechtopgaande stengel en een gladde bloemsteel.

Knolboterbloemen, met teruggeslagen kelkbladen (foto: Wout van der Slikke)De Knolboterbloem en de Behaarde boterbloem hebben op het eerste gezicht wel wat weg van de Kruipende, maar zijn daarvan goed te onderscheiden doordat hun kelkbladen zijn teruggeslagen langs de bloemsteel. Als je de bloem van onder bekijkt is dat duidelijk genoeg. De stengelvoet van de Knolboterbloem is knolvormig verdikt, zodat die ook weer gemakkelijk van ‘de behaarde’ te onderscheiden is. Om dat te zien of voelen moet je soms even voorzichtig in de grond peuren.

De overige boterbloemsoorten zijn minder snel te verwarren. Vooral in natte graslanden en slootkanten treffen we nog een aantal meer algemene soorten aan zoals Blaartrekkende boterbloem (glanzend blad) en Egelboterbloem (lijnvormig blad) en (zeldzamer) Grote boterbloem (lijnvormig blad, hoog en grote bloemen). En dan hebben we nog een paar zeldzaamheden. Wie die tegen het lijf loopt bevindt zich in mooie natuurgebieden. Gelukkig is er dan altijd nog een Flora om ‘het botergebeuren’ tot op de bodem 'uit te smeren'.

Tekst en foto's: Wout van der Slikke, FLORON