Zwarte adders

Stichting RAVON
26-AUG-2010 - Deze zomer ontving RAVON van veel vrijwilligers waarnemingen en foto's van zwarte adders. Afwijkend gekleurde dieren doen al eeuwenlang stof opwaaien en niet zelden werden er bijzondere krachten als extra giftig of juist medicinaal aan toegekend . Soms hebben dieren met een kleurafwijking zelfs een aparte benaming gekregen zoals het Duitse Kupferotter (koperadder) voor uniform koperrode adders, en Höllenotter (helse adder) voor zwarte adders. De afwijking waarbij individuen geheel zwart zijn wordt melanisme, vergelijk met het bekendere albinisme, genoemd. Zij hebben een teveel van het donkere pigment melanine in hun huid.

Bericht uitgegeven door Stichting RAVON op donderdag 26 augustus 2010

Deze zomer ontving RAVON van veel vrijwilligers waarnemingen en foto's van zwarte adders. Afwijkend gekleurde dieren doen al eeuwenlang stof opwaaien en niet zelden werden er bijzondere krachten als extra giftig of juist medicinaal aan toegekend. Soms hebben dieren met een kleurafwijking zelfs een aparte benaming gekregen zoals het Duitse Kupferotter (koperadder) voor uniform koperrode adders, en Höllenotter (helse adder) voor zwarte adders. De afwijking waarbij individuen geheel zwart zijn wordt melanisme, vergelijk met het bekendere albinisme, genoemd. Zij hebben een teveel van het donkere pigment melanine in hun huid.

Zwarte adder (foto: Mike Melis)

In ons land zijn waarnemingen van zwarte adders schaars. Er zijn tussen 1995 en 2006 53 waarnemingen bekend (gegevens Werkgroep Adderonderzoek Nederland). Hiervan komen er maar liefst 50 uit Drenthe. Zwarte adders worden in Europa voornamelijk aangetroffen op grotere hoogte en in de noordelijkste gedeelten van het verspreidingsgebied. Er is een verband tussen melanisme en klimaatfactoren. Drenthe ligt aan de ondergrens van het zogenoemde ‘boreale’ gebied, dat gekenmerkt wordt door lagere temperaturen en een daaraan aangepaste flora en fauna. Dat is de belangrijkste verklaring waarom er in Nederland vrijwel geen zwarte adders zuidelijker dan Drenthe worden aangetroffen. Waarschijnlijk hebben zwarte adders in koude streken een voordeel bij hun temperatuursregulatie: ze warmen sneller op.

Geen van de in Nederland aangetroffen adders is volledig zwart gekleurd. De bovenlipschilden zijn bruin of wit, de buikschilden zijn grijs of bruinachtig en het oog is donkerrood. Ook is er soms op de rug zeer vaag nog iets van de zigzag-tekening te zien. De Nederlandse zwarte adders hebben een rood-zwarte of blauw-zwarte kleur. Dit wordt partieel melanistisch genoemd. Partieel melanistische adders worden meestal ‘normaal’ gekleurd geboren, maar zijn dan al wel vaak donkerder. De zwarte kleur nemen ze pas na enkele jaren aan. In bijvoorbeeld Zuid-Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk komen op grotere hoogte wel totaal melanistische adders voor, waarbij zelfs het oog zwart is. Zwarte adders zijn groter dan hun ‘normaal’ gekleurde soortgenoten.

Tekst: Pedro Janssen, Paul van Hoof en Jeroen van Delft, RAVON
Foto: Mike Melis