Natuurjournaal 11 november 2025

De groene jachtspin is een spin uit de familie van de jachtkrabspinnen. Deze spin is een van de weinige soorten jachtkrabspinnen in Nederland. Het vrouwtje is heldergroen, met een duidelijke groene streep op het achterlijf. De mannetjes hebben een geelrood gestreept achterlijf. Het vrouwtje kan wel tot 1,5 centimeter groot worden, het mannetje blijft, met een afmeting tot 1 centimeter, kleiner. De naam zegt het al: groene jachtspinnen zijn echte jagers, die actief op zoek gaan naar prooien. Ze maken geen web om prooien mee te vangen. Daarin komen ze overeen met bijvoorbeeld wolfspinnen. Hoewel je misschien anders zou verwachten met die opvallende kleuren, en ondanks hun algemeenheid, zijn groene jachtspinnen niet makkelijk te vinden. Dat groen is toch wel een heel goede schutkleur. Het beste is om af en toe maar eens een tijdje stil te staan en heel secuur de bosbodem af te zoeken. Wie weet vind je er eentje.

Overal in Nederland waar zand is en waar eiken staan, kan je de doolhofzwam vinden. Doolhofzwammen zijn opeters van oud (zomer)eikenhout. Je kan ze herkennen door eens goed onder de hoed te kijken. Dan zie je een waar doolhof aan grote gaten en rare plaatjes. 'What’s in a name!' In de herfst tref je deze zwam soms aan met een paarse hoed. De kleur wordt veroorzaakt door een andere schimmel, met de mooie naam hangende zwameter. Dat is een zogenaamde biotrofe parasiet. Biotrofe parasieten leven op een levende gastheer en onttrekken er voedingstoffen aan. Zo vallen hangende zwameters ook doolhofzwammen aan. Ze gooien uiteindelijk wel hun eigen ruiten in: zodra de gastheer sterft, is het ook gedaan met de zwameter. Maar tegen die tijd hebben ze hun sporen al verspreid. De hangende zwameter is gevreesd in de paddenstoelenteelt, het staat bekend als 'cobweb mold'. 

Tekst en beeld: Mike Hirschler, IVN Deventer (leadfoto: een vrouwtje van de groene jachtspin)