zoeken eitjes sleedoornpage

Zoektocht naar ottersporen levert sleedoornpage op

De Vlinderstichting
23-FEB-2012 - Tijdens een zoekactie naar ottersporen langs het Veluwemeer werd deze winter een onbekende populatie van de zeldzame sleedoornpage gevonden. De sleedoornpage heeft een verborgen levenswijze en is het best te vinden door in de winter te zoeken naar eitjes.

Bericht uitgegeven door De Vlinderstichting [land] op [publicatiedatum]

Tijdens een zoekactie naar ottersporen langs het Veluwemeer werd deze winter een onbekende populatie van de zeldzame sleedoornpage gevonden. De sleedoornpage heeft een verborgen levenswijze en is het best te vinden door in de winter te zoeken naar eitjes.

Intensief werden sleedoornstruiken afgezocht op eitjes (foto: Kim Huskens)Om een beter beeld te krijgen van het voorkomen van otters in het rivierengebied, wordt in de winter van 2011-2012 door ARK Natuurontwikkeling en Waterschap Veluwe gezocht naar ottersporen bij beekmondingen langs de IJssel en de Randmeren. Tijdens één van de zoektochten langs het Veluwemeer werden bij de Varelse beek mooie restanten van een oude strandwal gevonden met daarin veel sleedoorn. Op het oog een geschikte locatie voor de sleedoornpage, daarom werden als steekproef twee sleedoornstruiken onderzocht. Groot was de verbazing toen een eitje van de sleedoornpage werd gevonden. Omdat één eitje van de sleedoornpage zou kunnen duiden op een populatie, is door een vijftal enthousiastelingen nog eens extra gezocht naar eitjes. De zoektocht was gericht om een beeld te krijgen van de verspreiding over de strandwal en leverde 13 eitjes op.

Ondanks de felle kleur is de sleedoornpage, door zijn verborgen gedrag, als vlinder moeilijk te zien te krijgen (foto: Kim Huskens)Het vinden van een nog onbekende populatie van een zeldzame vlinder is bijzonder te noemen. Zo zijn er op deze locatie uit het verleden geen waarnemingen bekend. Wel is er een populatie te vinden in Nunspeet op circa 4 kilometer afstand. De oorspronkelijke strandwallen zijn voor 1600 na Christrus door de Zuiderzee opgeworpen en dienden als natuurlijke bescherming voor het achterland. Op veel plaatsen zijn deze strandwallen helaas afgegraven, maar tussen de Varelse beek en de Bijsselsche beek liggen nog prachtige restanten van de oorspronkelijke strandwal. In het verleden werden hier dieren beweid waardoor een structuurrijk mozaïek is ontstaan met daarin bomen en struiken als zomereik, ruwe berk, witte abeel, meidoorn, sleedoorn en hondsroos. Door een gebrek aan begrazing treedt helaas vergrassing op, waardoor veel plantensoorten benadeeld worden en daarmee ook het nectaraanbod van vlinders en andere insecten.

De strandwal waar de eitjes zijn gevonden (foto: Kim Huskens)
Voor de sleedoornpage is het belangrijk dat de restanten van de strandwal in stand worden gehouden inclusief herstel van extensieve begrazing. Voor uitwisseling met de Nunspeetse populatie zou een verbinding gecreëerd kunnen worden langs één van de beken. De winter leent zich uitstekend voor een zoekactie naar deze fraaie dagvlinder. Op locaties waar in het verleden sleedoornpages zijn gemeld en in andere gebieden die er geschikt uitzien, kunnen eitjes worden gevonden in de maanden november tot en met maart (of totdat de sleedoorn in bloei komt, want dan zijn ze niet meer te vinden).

Tekst: Kim Huskens, De Vlinderstichting; Bart Beekers, Stichting ARK
Foto's: Kim Huskens, De Vlinderstichting