Otiorhynchus meridionalis, snuitkever

Nieuwe snuitkever in Maastrichtse binnentuin

De Natuurkalender
19-JUN-2009 - Nederland is weer een nieuw invasief plaaginsect rijker: de snuitkever Otiorhynchus meridionalis. Deze uit het Middellandse Zeegebied afkomstige kever werd gevonden in de binnentuin van een appartementencomplex in Maastricht, waar hij de ligusterstruiken opvrat. In Zuid-Europa veroorzaakte de kever al diverse keren schade in de tuinbouw.

Bericht uitgegeven door De Natuurkalender op vrijdag 19 juni 2009

Nederland is weer een nieuw invasief plaaginsect rijker: de snuitkever Otiorhynchus meridionalis. Deze uit het Middellandse Zeegebied afkomstige kever werd gevonden in de binnentuin van een appartementencomplex in Maastricht, waar hij de ligusterstruiken opvrat. In Zuid-Europa veroorzaakte de kever al diverse keren schade in de tuinbouw.

O. meridionalis is de zesde snuitkeversoort uit het geslacht Otiorhynchus die de afgelopen tien jaar in Nederland ontdekt is. Al deze soorten hebben hun areaal vanuit Zuid-Europa naar het noorden verlegd. Hoewel ze geen vleugels hebben, blijken deze kevers zich toch heel goed te kunnen verspreiden. Ze worden hierbij geholpen door de mens. Ze liften namelijk mee met siergewassen die door plantenhandelaren via boomkwekerijen vanuit Zuid-Europa naar het noorden getransporteerd worden.

Maastricht
De snuitkever werd in Maastricht ontdekt doordat in de binnentuin van appartementencomplex 'Résidence Cortile' opeens veel ligusterstruiken doodgingen of vraatschade hadden. Fred Verseijden, de dierplagen- en milieudeskundige van de gemeente Maastricht, vond een aantal kevers die mogelijk de veroorzakers waren. Insectendeskundigen Theodoor Heijerman en Silvia Hellingman verklaarden dat het ging om verschillende reeds bekende soorten van het snuitkevergeslacht Otiorhynchus. Ze troffen echter ook zes exemplaren van de voor Nederland nieuwe soort O. meridionalis aan.

Verspreiding
De snuitkever O. meridionalis is een middelgrote zwarte kever met zwarte of donkerbruine poten en een korte glimmende snuit. Hij komt oorspronkelijk uit het Middellandse Zeegebied. Tegenwoordig wordt hij echter steeds noordelijker aangetroffen. In de omgeving van Parijs wordt hij al dertig jaar in sering- en ligusterkwekerijen gevonden; in Duitsland is hij al op verschillende plekken aangetroffen en in Zwitserland is hij zelfs al algemeen in tuinen en parken. De soort komt ook voor in Noord en Zuid-Amerika.

Voedselplanten en schade
O. meridionalis is een polyfage soort, dat wil zeggen dat hij veel verschillende plantensoorten eet. Liguster wordt vaak als voedselplant genoemd. Daarnaast zijn verschillende tuinbouwgewassen en sierplanten zoals sering, roos, aardbei, sla en kardinaalsmuts populair. O. meridionalis staat bekend als een zeer schadelijke soort. Dit blijkt onder andere uit zijn oud Franse bijnaam ‘chaplun’ hetgeen vernieler, moller of sloper betekent. In de land- en tuinbouw is het een bekend incidenteel plaaginsect in onder andere jasmijn- en aardbeienkwekerijen en appelboomgaarden. De meeste schade die de nieuwe Otiorhynchus-soorten in ons land tot nu toe veroorzaken, is cosmetische schade aan sierplanten in tuinen, parken en stedelijke groenvoorziening, zoals sering, laurierkers (Prunus laurocerasus) en liguster.

Tekst: Sara Mulder, De Natuurkalender
Foto’s: Silvia Hellingman
Bron: ‘Otiorhynchus meridionalis, een nieuwe invasieve snuitkeversoort voor de fauna van Nederland (Coleoptera: Curculionidae)’ in Entomologische Berichten 69 (3): 95-100