Kelkwormen op antennes van Noordzeekrab, Grevelingenmeer, 2012

Opmerkelijke samenlevingsvorm gevonden in Grevelingenmeer

Stichting ANEMOON
8-JUL-2012 - Dit voorjaar hebben sportduikers in het Grevelingenmeer Kelkwormen op Noordzeekrabben aangetroffen. Deze samenlevingsvorm wordt ook wel een epibiont genoemd en is nog niet eerder bij Stichting ANEMOON aangemeld. Het is bovendien opvallend omdat er in een paar maanden al zeker vijf Noordzeekrabben met er op groeiende Kelkwormen in het Grevelingenmeer zijn aangetroffen.

Bericht uitgegeven door Stichting ANEMOON [land] op [publicatiedatum]

Dit voorjaar hebben sportduikers in het Grevelingenmeer Kelkwormen op Noordzeekrabben aangetroffen. Deze samenlevingsvorm wordt ook wel een epibiont genoemd en is nog niet eerder bij Stichting ANEMOON aangemeld. Het is bovendien opvallend omdat er in een paar maanden al zeker vijf Noordzeekrabben met er op groeiende Kelkwormen in het Grevelingenmeer zijn aangetroffen.

Kelkwormen (what’s in a name?) behoren niet zoals de naam suggereert tot een van de stammen van de wormen. Ze zien er uit als neteldieren (hydroiden), maar daar behoren ze ook niet toe. Kelkwormen vormen een aparte stam: Entoprocta. De tentakels die in een krans op de kop staan zien er uit als die van neteldieren. Echter, ze bevatten geen netelcellen maar trilhaartjes waarmee zij plankton als voedsel vangen. Wereldwijd zijn circa 170 soorten beschreven waarvan er vijf op de Nederlandse kust voorkomen. Twee daarvan zijn exoten. De meeste soorten Kelkwormen zijn kleine kolonievormende dieren, meestal niet groter dan 5 millimeter, die op wieren, rotsen, schelpen en ander substraat groeien. De soort die recent op Noordzeekrabben is aangetroffen is waarschijnlijk de autochtone Kelkworm Pedicellina cernua en kan 2 millimeter of, zoals op onderstaande foto te zien is, nog iets groter worden.

Kelkwormen op antennes Noordzeekrab, Grevelingenmeer, 2012 (foto: Peter H. van Bragt)

We weten niet zoveel van het voorkomen van deze dieren op de Nederlandse kust. Omdat ze zo klein en onopvallend zijn worden ze slechts zelden waargenomen. Dat dit jaar al vijf keer Kelkwormen op Noordzeekrabben zijn waargenomen heeft met name te maken met de gastheer. Vastzittend op een Noordzeekrab worden het in plaats van onopvallende diertjes ineens opvallende verschijningen. Kelkwormen zijn bekende epibionten, organismen die op andere organismen groeien. Ze zijn waargenomen op een groot scala aan wieren en dieren, zoals mosdiertjes en hydroidjes. Voor zover het bij de Stichting ANEMOON bekend is, zijn er niet eerder Kelkwormen op Noordzeekrabben in de Nederlandse kustwateren aangetroffen. Elders zijn Kelkwormen ook op schaaldieren (krabben en kreeftachtigen) aangetroffen. Sommige solitaire soorten leven onder andere op borstelwormen.

Kelkwormen op antenne Noordzeekrab, Grevelingenmeer, 2012 (foto: Peter H. van Bragt)

Epibionten kunnen in een neutrale symbiose met elkaar samenleven. Hierbij dient een soort als gastheer en vestigingsplaats maar deze heeft er verder geen voordeel of last van. De epibiont kan zich er op vestigen maar heeft er verder geen extra voordeel of last van. De Kelkwormen die op de Noordzeekrabben zijn aangetroffen zaten alle op de kop van de gastheren, in de omgeving van de mond of zoals op de bovenstaande foto is te zien op de antennes van de krab. Waarom in deze vijf gevallen de Kelkwormen alleen maar op de kop zijn gevestigd is een raadsel. De gastheren zullen er daardoor vast wel last van gehad hebben. Bij de volgende vervelling van de krabben kunnen ze ervan verlost worden. Deze overlast is mogelijk dus maar tijdelijk.

Noordzeekrab zonder Kelkwormen (foto: Peter H. van Bragt)

Pedicellina cernua is een typische Noordwest-Europese soort die echter ook al op de Amerikaanse oost- en westkust is aangetroffen. De soort is voor het eerst in 1774 wetenschappelijk beschreven door Pallas. Ze kunnen zich zowel ongeslachtelijk, door middel van knopvorming, als geslachtelijk voortplanten. De Nederlandse Kelkwormen komen uitsluitend in zout water voor. Er bestaan wel zoetwatersoorten maar die zijn hier nog niet aangetroffen.

Tekst en foto’s: Peter H. van Bragt, Stichting Anemoon
Met dank aan Marco Faasse voor de determinatie en Marianne Lighart voor de eerste vier waarnemingen van dit voorjaar van Pedicellina cernua op Noordzeekrabben in het Grevelingenmeer.