bever

Beverpopulatie blijft groeien: hoe is overlast te voorkomen?

Zoogdiervereniging
13-NOV-2012 - De Nederlandse beverpopulatie is de afgelopen twee decennia hard gegroeid, en dat zal ook nog wel een tijdje zo doorgaan. Hiermee wordt de kans op overlast groter. Bijvoorbeeld door het graven in rivierdijken en het bouwen van dammen. Hoe kunnen terreinbeheerders, waterschappen en de landbouw hiermee omgaan? De Zoogdiervereniging organiseert hierover op 13 november een symposium, in samenwerking met twee waterschappen en het Faunafonds.

Bericht uitgegeven door de Zoogdiervereniging [land] op [publicatiedatum]

De Nederlandse beverpopulatie is de afgelopen twee decennia hard gegroeid, en dat zal ook nog wel een tijdje zo doorgaan. Hiermee wordt de kans op overlast groter. Bijvoorbeeld door het graven in rivierdijken en het bouwen van dammen. Hoe kunnen terreinbeheerders, waterschappen en de landbouw hiermee omgaan? De Zoogdiervereniging organiseert hierover op 13 november een symposium, in samenwerking met twee waterschappen en het Faunafonds.

Na in 1826 te zijn uitgestorven, werd de bever in 1988 weer uitgezet in de Biesbosch. Daarna volgden andere gebieden, en de bever heeft zich inmiddels verspreid over een groot deel van Nederland. Momenteel zijn het er ongeveer 600 en dit aantal zal zich de komende twee decennia waarschijnlijk vertienvoudigen tot zo’n 7000 dieren in 2035. Problemen zijn te voorkomen door tijdig maatregelen te treffen.

Geschat aantal bevers van 1988 tot 2010 (figuur: Zoogdiervereniging)

Verrijking
Voor natuurgebieden is de bever meestal een verrijking. Door zijn invloed op de waterhuishouding door het bouwen van dammen en het omknagen van bomen heeft de bever een grote invloed op zijn omgeving. Dit zorgt voor een grotere soortenrijkdom, daarom is de bever geliefd bij natuurbeheerders.

Schade
Maar dezelfde eigenschappen komen minder van pas buiten natuurgebieden, omdat zij daar tot overlast kunnen leiden. Voorbeelden zijn het aanvreten van gewassen in de akkerbouw en boomteelt, wateroverlast door de bouw van dammen op ongewenste plekken (zoals op landbouwpercelen en wegen) en het graven in dijken. De financiële schade in de landbouw blijft waarschijnlijk beperkt in verhouding tot bijvoorbeeld ganzen en muskusratten, maar het bouwen van dammen en het ondermijnen van dijken kan tot substantiële kosten leiden.

Maatregelen
Overlast is meestal te voorkomen. En ook als dit niet lukt, zijn er vaak nog genoeg mogelijkheden om dit op te lossen. Maar dan moeten waterschappen, Rijkswaterstaat, provincies, terreinbeheerders en de landbouw wel tijdig maatregelen nemen. Daarom organiseert de Zoogdiervereniging voor deze doelgroepen een symposium. Sprekers van de Zoogdiervereniging, waterschap Peel en Maasvallei en waterschap Rivierenland laten zien welke maatregelen genomen kunnen woorden. Daarnaast presenteert de Zoogdiervereniging een brochure met concrete adviezen. Tot slot wordt ook het boek ‘Bevers’ aangeboden aan de dijkgraaf van waterschap
Rivierenland.

Meer informatie
Brochure ‘Samenleven met bevers’ (pdf)

Tekst: Stefan Vreugdenhil en Vilmar Dijkstra, Zoogdiervereniging
Figuur: Zoogdiervereniging