Zuidelijke heidelibel beleeft topjaar

25-SEP-2013 - Het aantal waarnemingen van de Zuidelijke heidelibel neemt dit jaar een hoge vlucht. Deze van oorsprong mediterrane soort was altijd een zeldzame zwerver in België en Nederland, maar dit jaar laat ze zich opvallend veel opmerken. De hogere waarnemingsintensiteit speelt daarbij een rol, maar wellicht hebben ook de warmere zomers er iets mee te maken.

Bericht uitgegeven door Libellenvereniging Vlaanderen [land] op [publicatiedatum]

Het aantal waarnemingen van de Zuidelijke heidelibel neemt dit jaar een hoge vlucht. Deze van oorsprong mediterrane soort was altijd een zeldzame zwerver in België en Nederland, maar dit jaar laat ze zich opvallend veel opmerken. De hogere waarnemingsintensiteit speelt daarbij een rol, maar wellicht hebben ook de warmere zomers er iets mee te maken.

De Zuidelijke heidelibel is en blijft in ons land een zeldzame verschijning. Er zijn een aantal waarnemingen geweest van onvolwassen dieren en enkele malen werden pas uitgeslopen exemplaren gevonden - wat voortplanting ter plaatse aantoonde - maar van een duurzame populatie in België is er hoogstwaarschijnlijk geen sprake. Deze soort heeft haar vaste stek in het Middellandse Zeegebied en haar verspreidingsgebied loopt van daaruit verder oostelijk tot Mongolië. In Frankrijk is de libel vooral te vinden in de zuidelijke departementen, maar ook in La Brenne zijn er populaties. De soort gaat gemakkelijk op trek, zeker in warme zomers. Vanaf eind augustus en in september is er dan kans op massale dispersie waarbij vrouwtjes eitjes kunnen afzetten op nieuwe locaties.

Historische waarnemingen in België dateren al van de 19de eeuw maar tot het einde van de 20ste eeuw werd ze daarna weinig gezien in Noordwest-Europa, en dat ondanks de flink toegenomen waarnemingsintensiteit. In Nederland werd deze soort tot het jaar 2000 maar tweemaal gevonden. Inmiddels is dat beeld helemaal veranderd.

De Zuidelijke heidelibel beleeft een topjaar. (foto: Waarnemingen.be)

Vrijwel zeker speelt de hogere waarnemingsintensiteit een rol. Bovendien worden tegenwoordig meer libellen herkend op zicht of op foto. Maar waarschijnlijk trekt de soort ook door de warmere jaren gemakkelijker naar het noorden. Eens zo’n proces zich in gang zet kan het wel eens voor een sneeuwbaleffect zorgen, denk maar aan de Gaffelwaterjuffer.

2013 is duidelijk een sterk jaar voor de Zuidelijke heidelibel. In België zijn er dit jaar al 35 waarnemingen, terwijl dat aantal de voorbije jaren gewoonlijk 3 tot 8 bedroeg (2010 en 2011 gingen daarboven tot 14). In Nederland is de opmars nog spectaculairder. Daar bedraagt het aantal vondsten in 2013 al 330 terwijl het de voorbije jaren ging over 1 tot 40 vondsten. Kanttekening voor Nederland is wel dat daar nogal frequent dezelfde dieren en plaatsen door een reeks waarnemers en fotografen gemeld worden.

In Noordwest-Europa wordt het grootste aantal dieren gezien in augustus en september, wat trouwens typisch is voor de heidelibellen in het algemeen. Als er in de komende weken nog voldoende goed weer is, bestaat de kans dat er dit jaar nog wel meer vondsten zullen zijn van deze mediterrane gast.Als het nog even goed weer blijft, dan bestaat de kans dat deze Zuidelijke heidelibel zich nog laat opmerken. (foto: Jaap Bouwman)

In principe zou men deze heidelibel zowat overal kunnen vinden, maar het overgrote deel van de vondsten bij ons situeert zich aan de kust, in de streek ten noorden van Antwerpen en ietwat verspreid over de Kempen en Limburg.

Heidelibellen, de meest algemene groep libellen in de nazomer en de herfst, kenmerken zich zo’n beetje door rode en gele kleuren, met meer of minder zwart. De kleur hangt verder nog af van geslacht en leeftijd. Dat zorgt ervoor dat het op naam brengen toch wel enige extra aandacht en moeite vraagt van een waarnemer.

De Zuidelijke heidelibel heeft nu net als kenmerk een weinig opvallende tekening. Er is nauwelijks zwart op de zijkanten van het borststuk, de poten zijn bruingeel met meestal slechts een smalle zwarte streep. Bij volwassen mannetjes is het achterlijf lichtrood. Dat alles bezorgt het dier een lichtere indruk dan de andere heidelibellen. Maar er is wel enige variatie in kleur met soms 'zwartere' exemplaren. Het geslachtsapparaat is bij het mannetje het meest zekere kenmerk, maar dat is in de praktijk moeilijk te zien. Typisch is ook dat ze vaker dan andere heidelibellen parasitaire mijten op vleugels of borststuk meedraagt.

Blijf dus de komende weken maar goed uitkijken naar deze en andere soorten heidelibellen. Post je waarnemingen beslist op www.waarnemingen.be, liefst met bewijsfoto’s.

Recent werd in Nederland een fraaie sleutel met veel detailfoto’s online gezet. Zeker de moeite om te downloaden en te gebruiken.

Wil je in het algemeen wat meer kennis opdoen over inheemse libellen, kijk dan volgend jaar eens naar de excursiekalender van de Libellenvereniging Vlaanderen. Je leert er -geholpen door specialisten- gegarandeerd de soorten kennen.

Tekst: Marc Tailly, Libellenvereniging Vlaanderen vzw
Foto: Jaap Bouwman