Elk vleermuisje zingt zoals het gebekt is
Bericht uitgegeven door Natuurpunt [land] op [publicatiedatum]
Net als vogels kunnen vleermuizen zingen. Biologen waren daar al sinds 1974 van op de hoogte. Maar wat ze nog niet wisten, is dat de verschillende vleermuissoorten in specifieke combinaties en ritmes kwetteren en dat ze op die manier liedjes knutselen die even complex zijn als die van de zangvogels.
Sinds 1974 weten biologen dat sommige mannelijke vleermuizen zingen. De reden waarom ze dat doen, lijkt niet erg te verschillen van de reden waarom vogels hun muzikale keel openzetten: om een territorium te verdedigen en om mogelijke partners het hof te maken.
Recent hebben onderzoekers ontdekt dat het gezang van sommige vleermuizen nog ingenieuzer in elkaar zit dan eerst werd gedacht en dat het gezang qua complexiteit niet moet onderdoen voor vogelgezang. De melodieën van zingende vleermuizen zijn gestructureerd, hebben meerdere lettergrepen, zinnen, herhaalde patronen en - natuurlijk - ritme. Hun songs hebben ook een syntax: een bulk aan regels voor de manier waarop de verschillende zinnen kunnen worden gecombineerd. Maar die regels zijn flexibel en een vleermuis kan improviseren, zodat elk lied haar eigen weg kan gaan. Tot nu toe hebben wetenschappers wereldwijd bij 20 soorten vleermuizen nachtelijke troubadours geïdentificeerd. Ook de Ruige dwergvleermuis, die in Vlaanderen voorkomt, zingt een lied. Dat klinkt ongeveer zo. Voor de mens zijn die muzikale capriolen helaas niet hoorbaar: het ultrasone geluid moet eerst worden omgezet met een bat-detector.
Onderzoekers trokken van Nieuw-Zeeland naar Zuid-Amerika en van Afrika naar Europa. Ze gingen op zoek naar de nachtelijke troubadours om te weten te komen wanneer en waarom deze gevleugelde zoogdieren in gezang uitbarsten, en waarom ze überhaupt dit -complex- mentaal vermogen hebben ontwikkeld.
Studies door Kirsten Bohn, Michael Smotherman, en anderen hebben aangetoond dat de meeste zangers mannelijk zijn, dat ze leven in groepen waar mannetjes met meer dan één vrouwtje paren, en dat ze de neiging hebben om te zingen om territoria te verdedigen of als vrouwtjes in de buurt zijn. Daarmee verschillen vleermuizen niet veel van zangvogels.
De gave om hun complexe liedjes te constueren is hoogstwaarschijnlijk niet aangeboren. Dat impliceert dat het een vocaal leerproces vereist: net als vogelgezang en de menselijke spraak. Studies van deze en andere onderzoekers kunnen heel wat onthullen over de evolutie van complexe vocale capaciteiten, met inbegrip van de menselijke spraak.
Tekst: Hendrik Moeremans, Natuurpunt naar When the bat sings, Virginia Morell, Science Foto: Rollin Verlinde