Walnootboorvlieg Rhagoletis completa

Walnootboorvlieg rukt op

EIS Kenniscentrum Insecten
19-AUG-2016 - Vorig jaar werd de invasieve walnootboorvlieg voor het eerst uit Nederland gemeld. Het betroffen toen meldingen van aangetaste walnoten in Helden (Limburg) en Helmond (Noord-Brabant) en later uit Valkenswaard. Allemaal in een straal van zo’n 30 kilometer, wat zou kunnen duiden op een (nog) beperkte verspreiding. Echter, niets blijkt minder waar, dit jaar is de soort in Utrecht en Zeeland opgedoken

Walnootboorvlieg Rhagoletis completaDe walnootboorvlieg (Rhagoletis completa) komt oorspronkelijk uit Noord-Amerika en wordt daar als een milde schadesoort op walnoot (Juglans regia) en zwarte (wal)noot (J. nigra) beschouwd. In Europa is er alleen schade voor de notenteelt bekend uit het zuiden, in Italië. De larven eten van de bolsters van de noten waardoor die verkleuren en uiteindelijk verslijmen. Al in een vroeg stadium is de verkleuring zichtbaar, al is het zoeken naar de minuscule larven dan vaak niet eenvoudig. Bovendien is er nog een andere veroorzaker van verkleuring op de bolster: bacteriebrand (Pseudomonas juglandis). Deze bacterieziekte is te herkennen aan eveneens de zwarte vlekken op blad en bolster, daarnaast tast die ook de scheuten aan en bij een sterke aantasting zal het blad afvallen. Ook lijken de noten zelf te verschimmelen, terwijl dit bij aantasting van de walnootboorvlieg niet lijkt te gebeuren. Kortom verkleuring van de bolster alleen is niet voldoende om aantasting door de walnootboorvlieg vast te stellen. Daarvoor zullen de bolsters opengemaakt moeten worden om te zien of er vliegenlarven in aanwezig zijn. In het begin zijn die zeer klein en moeilijk te vinden, maar vanaf de tweede helft van augustus zouden ze meer volgroeid en dus makkelijk te vinden moeten zijn.

Aangetaste walnoot met rechts: boven een kleine en onder een volgroeide larve van de walnootboorvlieg 

Half juli werd een boom met aangetaste noten aangetroffen in Oeffelt (Noord-Brabant), daarin bleken larven van de walnootboorvlieg aanwezig te zijn. Later kwamen ook meldingen binnen uit Oostkapelle (Zeeland), Lelystad (Flevoland), Utrecht (Utrecht) en Halsteren (Noord-Brabant). In de noten van Utrecht en Oostkapelle bleken larven te zitten, maar die uit Lelystad lijken toch aangetast door bacteriebrand. Die uit Halsteren moeten nog bevestigd worden.

Mocht u aangetaste noten vinden en er blijken larven in de bolster aanwezig te zijn, dan houd ik mij ten zeerste aanbevolen voor een melding. Waarnemingen kunt u sturen naar eis@naturalis.nl, het liefst voorzien van een foto.

Tekst: John Smit EIS Kenniscentrum Insecten
Foto’s: John Smit & Roy Kleukers, beiden EIS Kenniscentrum Insecten; Rob Schaareman