rups kaasjeskruiddikkopje Zeeland - primair

Veel rupsen kaasjeskruiddikkopje in Zeeuws-Vlaanderen

De Vlinderstichting
10-OKT-2019 - Het kaasjeskruiddikkopje plant zich sinds 2009 weer voort in Nederland, en breidt zich dankzij klimaatverandering hard uit. Vanaf 2018 is hij officieel als standvlinder in ons land bijgeschreven. De eerste tien jaar werd hij voornamelijk in Zuid-Limburg waargenomen; in 2018 is de soort ook in Zeeuws-Vlaanderen ontdekt. Dit najaar zijn er daar al vele tientallen rupsen gevonden.

Het kaasjeskruiddikkopje is aan een flinke opmars bezigHet kaasjeskruiddikkopje kwam tot 1953 ook in Nederland voor. In de veertiger jaren was er een wat warmere periode waar de soort van profiteerde. Als vlinder kun je het kaasjeskruiddikkopje over het hoofd zien, maar als rups is hij goed te vinden als je weet hoe je moet zoeken. Het kaasjeskruiddikkopje wordt vooral waargenomen op droge en warme plekken zoals graslanden, hellingen, strandjes, ruderale terreinen en bermen. In Zuid-Limburg zijn dit vooral de kalkgraslanden; in Zeeland komen ze voor op de dijken en in de polder. Met dit habitat erbij is er in Nederland veel geschikt leefgebied. Het dikkopje is een zwerflustige vlinder waardoor hij aankomende jaren waarschijnlijk op meer plekken in Nederland gaat opduiken. Op korte termijn zal dit voornamelijk in het zuiden van het land zijn, maar in heel Nederland kan het lonen om de kaasjeskruiden in de gaten te houden. Controleren van kaasjeskruid op vraat en, en als je dat hebt gevonden, doorzoeken naar de rups is een goede methode, die in Zeeuws-Vlaanderen prima werkte.

Verspreiding kaasjeskruiddikkopje 2000 - 2019 en een vindplaats van rupsen op een dijk in Zeeuws-Vlaanderen

Zoek naar samengevouwen blaadjes, waarin de rupsen zich verschuilenAfgelopen weekend, 4 en 5 oktober, werd er op een stuk dijk van vijf kilometer in Zeeuws-Vlaanderen op bijna elk groot kaasjeskruid wel een rups van het kaasjeskruiddikkopje aangetroffen. De rups dankt zijn naam aan de waardplant. Zijn voornaamste voedsel bestaat uit alle soorten kaasjeskruid. Daarnaast worden de rupsen ook weleens gevonden op stokroos of heemst, die nauw verwant zijn aan kaasjeskruid. Het kan nu dus lonen om op zoek te gaan naar kaasjeskruid en de rupsen. De rupsen zijn te vinden van mei tot oktober, dus wacht niet te lang. De volgroeide rups overwintert in de strooisellaag en is dan erg lastig te vinden. Aangezien er in Zeeland ook jonge rupsen werden gevonden, is er aankomende tijd nog wel kans om de rupsen te vinden. De beste methode hiervoor is te zoeken naar dubbelgeslagen of samengevouwen blaadjes waar de rups tussen leeft. Naast rupsen van het dikkopje heb je ook goede kans om rupsen van de distelvlinder tegen te komen die ook onder andere kaasjeskruid als waardplant hebben. Wie vindt de eerste rups van het kaasjeskruiddikkopje op Zuid-Beveland of Walcheren?

Tekst: Jurriën van Deijk, De Vlinderstichting
Kaartje: NDFF
Foto’s: Jurriën van Deijk & Kars Veling