
Bossen op zandgronden: kwetsbaar door droogte en stikstof
StaatsbosbeheerDe Veluwe, de Utrechtse Heuvelrug, de Drentse bossen op de Hondsrug: een kleine greep uit de bossen die op droog zandlandschap groeien. Dat landschap heeft twee grote problemen: droogte en stikstof. Droogte slaat snel toe als regen uitblijft, omdat de bodem juist door regenwater wordt gevoed. Vooral omdat het regenwater dat eerder viel, vaak direct is afgevoerd. Het tweede probleem is het teveel aan stikstofneerslag. Dit leidt onder meer tot verzuring van de bodem, waardoor belangrijke voedingsstoffen, zoals calcium en kalium, verdwijnen. “Dat komt in deze grondsoort harder aan, omdat die stoffen van nature al minder in de bodem zitten”, zegt Martijn. “Bomen kunnen dus minder vocht opnemen door droogte en dat vocht bevat minder voedingsstoffen door de verzuring.”
Impact op bomen
Droogte en stikstof hebben impact op alle planten en dieren die op zandgronden leven, ook op de zo kenmerkende bomen die er in groten getale staan: beuk, eik, lariks, den en fijnspar. De fijnspar is al slachtoffer op grote schaal. Doordat deze boomsoort op veel plekken verzwakt is door droogte en stikstof, kan hij zich niet meer verdedigen tegen de letterzetter: een kever die zich door de bast vreet. Honderden hectares fijnsparren hebben het niet overleefd.
“Ook over de lariks maken we ons zorgen", zegt Martijn. "Die krijgt om dezelfde redenen last van de lariksbastkever. Wel op minder grote schaal dan bij de fijnspar. De schade is zorgelijk, omdat we in Nederland graag en veel gebruik maken van larikshout, voor kozijnen en schuttingen bijvoorbeeld.” Het aantal beuken op hoge zandgrond neemt nog niet significant af. “Maar we zien ze op sommige plekken wel sterven als gevolg van droogte. Ook overblijvende bomen groeien minder hard, in omvang en in hoogte.”
De eik heeft op veel meer plaatsen te kampen met een verminderde vitaliteit en sterfte. Martijn: “Een eik kan beter tegen droogte dan een beuk. Maar de bodemverzuring als gevolg van stikstofbelasting, met daarnaast vaak meerdere droge jaren, leidt duidelijk tot vitaliteitsverlies.”
Niet meer zo donker door dennensterfte
Met de den leek het lange tijd nog relatief goed te gaan, maar ook die krijgt steeds meer last van de droogte. “Als de den onderuitgaat, hebben we echt een groot probleem: circa dertig procent van de bomen in Nederlandse bossen is den. Bij droogte raakt de den verzwakt en wordt deze vatbaar voor ziektes, zoals de schimmel Sphaeropsis. In delen van Duitsland, op droge groeiplaatsen, treedt al massale dennensterfte op als gevolg van deze schimmel. In Nederland is gelukkig nog geen sprake van aantasting op deze schaal, maar we zien de schimmel wel steeds meer opduiken, waardoor er op sommige plaatsen grotere groepen bomen sterven. Bij veel naaldbomen zien we bovendien dat ze hun naalden uit eerdere jaren vaker loslaten als gevolg van droogte en stikstof. Veel naaldbossen zijn daarom ook niet meer zo donker als vroeger.”
Inzetten op weerbaar bos
Staatsbosbeheer probeert voor gezonde bossen te zorgen, met meer variatie in bomen. Martijn: “Op droogte en stikstofbelasting hebben wij geen invloed. Maar we kunnen ons wel inzetten voor weerbare bossen. Dat doen we ook. Allemaal dezelfde bomen planten op een hectare doen we allang niet meer. We zorgen voor meer variatie in boomsoorten, met ook bomen die beter tegen droogte kunnen. Denk aan tamme kastanje en ratelpopulier. Deze afwisseling beschermt het bos tegen plagen. Daarnaast houdt zandgrond beter water vast als er meer organische stof, zoals humus, in de bodem zit. Dan werkt de bodem als een spons. Humusvorming bereik je door dode bomen en takken in het bos te laten liggen. Ook dat doen we in toenemende mate. Tot slot komen we er steeds meer achter wat het belang is van het bosklimaat. Een bos is van nature koeler dan een open veld. Door het bosklimaat zoveel mogelijk in stand te houden, kan ook het effect van extreme droogte worden gedempt. Daarom beperkten we de kap van bomen in veel gevallen tot uitkap of kap van kleine groepen, zodat het omringende bos nog steeds zorgt voor een bosklimaat.”
De uitdagingen voor onze bossen zijn groot, maar niet zonder perspectief. Met minder stikstofneerslag en door gericht bosbeheer kunnen we bossen weerbaarder maken tegen de gevolgen van klimaatverandering. Het vraagt om geduld, keuzes op de lange termijn en samenwerking met onder andere onderzoekers. Dat is hard nodig om gezonde bossen, vol leven, te behouden.
Tekst: Staatsbosbeheer
Beeld: Lotte Sprenger (leadfoto: omgevallen boom in de Emmerdennen); Toine Cornelissen, Aircarus; Marco van de Burgwal, Staatsbosbeheer