Natuurjournaal 4 september 2025
Nature TodaySommige planten ‘doen’ het overal, andere zijn meer gespecialiseerd en vragen specifieke omstandigheden om tot hun recht te komen. Een daarvan is de Engelse alant, een plant uit de typische stroomdalflora. Sla er een verspreidingskaart op na en je ziet dat deze plantensoort bijna uitsluitend in uiterwaarden langs de rivieren voorkomt. Dat is niet verwonderlijk: de zaden die de planten produceren zijn weinig kiemkrachtig, ze verspreiden zich voornamelijk doordat de knolletjes van de worteluitlopers losslaan en met de stroming van het water worden meegevoerd. De Engelse alant is een vrij zeldzame plant, maar de grote, goudgele hoofdjes kan je niet missen, ze staan nu volop in bloei.
Er zijn meerdere wantsen en bijvoorbeeld snuitkevers die het maar op een of enkele plantensoorten 'doen'. Dat geldt ook voor de heksenkruidsteltwants, deze wants komt voor op een heksenkruid, zoals groot heksenkruid en alpenheksenkruid. Groot heksenkruid is een plant die bijna overal in de Nederlandse loofbossen te vinden is. Heksenkruidsteltwantsen hebben enorm lange poten, waardoor ze meer weg hebben van langpootmuggen. Net als deze muggen kunnen ze vliegen. alleen is hun tweede vleugelpaar, waarmee ze vliegen, opgevouwen achter het eerste vleugelpaar, dat, deels verhard, kruislings over de rugzijde ligt. De poten zijn afgezet met zwarte ringetjes. In juni en juli hebben de vrouwtjes eieren op het heksenkruid gelegd en rond deze tijd is de nieuwe generatie wantsen te zien. Zij zullen overwinteren als volwassen insect en kruipen dan weg in de bodem.
Tekst en beeld: Mike Hirschler, IVN Deventer