Natuurjournaal 8 december 2025
Nature TodayJe kunt nu overal zien dat groene bladeren van de bomen en struiken naar bruin, rood of geel verkleuren en daarna afvallen. Dat is een ingewikkeld proces. Normaal gesproken overheerst de kleur groen, het chlorophyl, ook wel bladgroen genoemd, in bladeren. Dit bladgroen stelt de plant in staat om zonlicht om te zetten in suikers. Het is de basis van ons bestaan. Omdat een boom in het voorjaar energie moet hebben om weer uit te lopen, wordt het bladgroen, de energie dus, uit de bladeren terug de boom in getrokken, vooral in de nieuwe knoppen van bladeren en bloemen en in de wortels. Dan komen de andere kleuren opeens tevoorschijn en dat geeft die mooie herfstkleuren.
Dat terugtrekken van het bladgroen gaat niet altijd goed. Op de foto is de gang van de larve van een insect te zien. Deze zogeheten mineerder zorgt ervoor dat een deel van het blad groen blijft, herfst of niet. Door al dat gegraaf in dat blad is er een nerf afgesloten, zodat het bladgroen niet weg kan. Vooral onder beuken zijn nu veel van dit soort bladeren te vinden. Maar kijk nog even goed naar dat gangetje: het is blijkbaar begonnen net aan de basis van een zijnerf van het blad. Daarna heeft het larfje (hoe plat kan je zijn?) zich zigzaggend door het blad gevreten en is duidelijk gegroeid, want de gang wordt steeds breder. Als je deze manier van graven en de ontwikkeling van de gang ziet, hebben we te maken met de zigzagbeukenmineermot. Als er andere vormen ontstaan betreft het andere mineerders, dus andere insecten. Daar waar de gang ophoudt, zal het larfje of het volwassen insect het blad hebben verlaten.
Tekst en beeld: Mike Hirschler, IVN Deventer
