Kruisbladgentiaan
Foto: Wout van der Slikke

Flower power: bestrijding van rupsen

De Natuurkalender
4-DEC-2009 - Het planten van bloemen kan rupsenplagen helpen bestrijden. Het is misschien een vreemde tijd van het jaar om aan rupsenplagen te denken, maar om “plaagrupsen” te bestrijden, kan in het najaar al begonnen worden met het planten en zaaien van bloemen. De natuurlijke vijanden van rupsen zijn namelijk sluipvliegen en sluipwespen. Deze insecten gedijen zeer goed in een hoge vegetatie met veel bloemen.

Bericht uitgegeven door De Natuurkalender op vrijdag 4 december 2009

Het planten van bloemen kan rupsenplagen helpen bestrijden. Het is misschien een vreemde tijd van het jaar om aan rupsenplagen te denken, maar om “plaagrupsen” te bestrijden, kan in het najaar al begonnen worden met het planten en zaaien van bloemen. De natuurlijke vijanden van rupsen zijn namelijk sluipvliegen en sluipwespen. Deze insecten gedijen zeer goed in een hoge vegetatie met veel bloemen.

Problematische rupsen

 
  Kleine wintervlinder
Recente voorbeelden van rupsen die problemen veroorzaken, zijn de eikenprocessierups (Thaumetopoea processione) en de kleine wintervlinder (Operophtera brumata). ­De eikenprocessierups is de laatste jaren duidelijk in opmars. Dit jaar werd hij voor het eerst in Drenthe gesignaleerd en we verwachten dat hij binnen niet al te lange tijd een algemene gast in elke Nederlandse provincie zal zijn. De brandharen van deze rupsen kunnen tot serieuze gezondheidsklachten leiden bij mensen en dieren.
Voor de rups van de kleine wintervlinder is 2009 ook geen slecht jaar geweest. De grote aantallen rupsen in het voorjaar hebben er toe geleid dat er op dit moment veel kleine wintervlinders rondvliegen. Het nadeel is echter dat deze rupsen naast blad ook bloemknoppen eten. Zonder bloemknoppen kunnen er geen eikels gevormd worden. Er is op dit moment dan ook een beperkt eikelaanbod in het noordelijk deel van Nederland. Dieren als eekhoorns, reeën en Vlaamse gaaien eten deze eikels in de winter en kunnen nu dus in de problemen komen.
Zie ook de Natuurberichten Eikenprocessierupsen voor het eerst ook in Drenthe en Weinig eikels door kaalvraat rupsen in voorjaar over deze deze twee problematische rupsen.

Natuurlijke vijanden
Een van de oorzaken voor het veelvuldig voorkomen van plaagrupsen als de eikenprocessierups en de rups van de kleine wintervlinder, is de beperkte aanwezigheid van efficiënte natuurlijke bestrijders. Rupsen vinden hun natuurlijke vijanden onder andere in poppenrovers, sluipwespen en sluipvliegen. In Nederland wil het soortenbestand van deze insecten, mede dankzij de mens en het klimaat, nog wel eens wisselen.

Een voorbeeld van een zeer waarschijnlijk in Nederland uitgestorven soort is de grote poppenrover (Calosoma sycophanta), een loopkever. Zowel de larve als de kever jaagt voornamelijk op rupsen. Rond 1900 is deze kever succesvol ingezet in de VS om de plakker (Lymantria dispar), een dagactieve nachtvlinder, te bestrijden. De kleine poppenrover (Calosoma inquisitor) is nog wel als natuurlijke vijand in Nederland aanwezig, maar is wel zeldzaam. Sinds begin jaren ‘90 zijn de sluipvliegen Carcelia iliaca en Pales processioneae nieuwe soorten in Nederland. Deze nuttige sluipvliegen leggen hun eitjes in, op of naast een gastheer, zodat de larven zich onmiddellijk bij het uitkomen in het lichaam kunnen boren.

 
  Sluipwesp Trichogramma brassicae
Ook sluipwespen zijn effectieven bestrijders van rupsen. Gelukkig maken zij ongeveer een kwart van het totaal aantal Nederlandse insectensoorten uit. Met een legboor leggen deze dieren eitjes in of op hun gastheer (ei, rups of pop) en injecteren soms ook gif om hun gastheer te verlammen. De larven van de sluipwesp eten vervolgens de gastheer op. Sluipwespen en sluipvliegen zijn parasitoïden en geen parasieten. Parasitoïden hebben tijdens hun larvale stadium één gastheer en, in tegenstelling tot parasieten, doden deze altijd.

Bloemen in hoge vegetatie
Om de natuurlijke vijanden van schadelijke soorten als de eikenprocessierups en de kleine wintervlinder te stimuleren is er een geschikt habitat nodig. Sluipwespen en sluipvliegen houden van een natuurlijke omgeving met een hoge vegetatie en bloemen. In bossen voorkomen dichtgegroeide boomkronen de natuurlijke gelaagdheid in planten. Om deze leefomgeving toch te creëren zijn open plekken nodig. Buiten bossen kunnen ook stroken met bloemen worden aangelegd of boomspiegels (ruimte onder de stam en onder de kroon) met wilde bloemen worden gecreëerd. Zodoende zou het zaaien en planten van bloemen kunnen leiden tot minder plagen in Nederland.

Bronnen:
Silvia Hellingman; Rapportage monitoring eikenprocessierups 2009; Biocontrole
Karlijn Raats; Nederland wacht te lang met ingrijpen;
www.boomzorg.nl
Jeroen Voogd en Dick Groenendijk; Sluipwespen onder de loep; De Vlinderstichting

Tekst: Lysanne Snijders, De Natuurkalender
Foto gadget (kruisbladgentiaan, Gentiana cruciata): Wout van der Slikke, Floron 
Foto kleine wintervlinder: Kars Veling, De Vlinderstichting 
Foto sluipwesp: Nina Fatouros, Bugs in the picture