Wilde peen, bloeiwijze zijaanzicht,
Katholieke Universiteit Leuven, www.kuleuven-kortrijk.be

Peen voor het Paard

FLORON
18-NOV-2010 - Nu de goedheiligman weer door de lage landen waart, zijn de penen voor het paard niet aan te slepen. Gelukkig zitten we ‘voor een worteltje op de eerste rij’, want wilde peen behoort tot de algemenere soorten in ons land.

Bericht uitgegeven door FLORON op [publicatiedatum]

Nu de goedheiligman weer door de lage landen waart, zijn de penen voor het paard niet aan te slepen. Gelukkig zitten we ‘voor een worteltje op de eerste rij’, want wilde peen behoort tot de algemenere soorten in ons land.

Wilde peen, zijaanzicht bloeiwijze (foto: Paul Busselen)Uit planteninventarisaties van de afgelopen decennia blijkt dat de wilde peen in grofweg één op de drie kilometerhokken in ons land is aangetroffen. Dat geeft wel aan dat het geen zeldzaamheid is. Vooral in West-Nederland en het rivierengebied is hij in veel bermen en graslanden te vinden. Ook op dijken doet peen het goed. En in de duinen en in de Limburgse kalkgraslanden. Tot genoegen van de koninginnenpage, want deze prachtige vlinder heeft peen als belangrijkste waardplant.

Peen (Daucus carota subsp. carota) is een schermbloemige. Het scherm bestaat uit vele witte (soms wat roze) bloemetjes, maar in het midden van het scherm zijn zij vaak paarszwart. Dat maakt peen in de bloeitijd tot een vrij gemakkelijk te herkennen soort; iets dat lang niet voor alle schermbloemigen gezegd kan worden. Ook na de bloei vallen de planten dikwijls op, doordat hun stekelige vruchten in elkaar klitten als de schermstralen na de bloei naar binnen krommen. Zo ontstaat als het ware een ‘vogelnestje’.

Wilde peen, vruchten (foto: Paul Busselen)Wilde peen heeft een gevulde stengel en een taaie, diepwortelende witte penwortel. Bij de gekweekte peen (Daucus carota subsp. sativus) heeft de mens op die laatste eigenschap doorgeselecteerd. Het resultaat is de cultuurvariant met een dikkere penwortel die bovendien oranje van kleur is. De beharing van de plant is tegelijk sterk afgenomen. Onderlinge bestuiving van wilde peen en cultivars kan tot uitwisseling van eigenschappen leiden. Voor kwekers betekent dat kans op verlies van smaak of voedingswaarde van hun wortelen; voor wilde peen bestaat andersom het risico dat door kwekers ingebrachte eigenschappen – zoals resistentie tegen bepaalde schimmels - ook in hun genen terecht komen. Op verschillende onderzoeksinstituten wordt dan ook al lange tijd onderzoek gedaan naar mogelijkheden om de risico’s van deze genetische vermenging te beperken.

Het paard van Sinterklaas bekommert zich waarschijnlijk minder over deze zaken. Zolang er maar een smakelijke wortel in de schoen zit, vindt deze schimmel het best.

Tekst: Wout van der Sikke, FLORON
Foto's: Paul Busselen, Katholieke Universiteit Leuven