dode merel

Merel-virus nadert grens Nederland

Vogelbescherming Nederland
9-OKT-2012 - Dit jaar stierven in Duitsland al honderdduizenden merels aan het Usutu-virus. In sommige steden hakte het virus er zodanig dat er in hele wijken bijna geen merel meer in de tuinen te vinden was. Het lijkt een kwestie van tijd voordat het Usutu virus in Nederland opduikt. Het virus vormt geen bedreiging voor de volksgezondheid.

Bericht uitgegeven door Vogelbescherming Nederland [land] op [publicatiedatum]

Dit jaar stierven in Duitsland al honderdduizenden merels aan het Usutu-virus. In sommige steden hakte het virus er zodanig dat er in hele wijken bijna geen merel meer in de tuinen te vinden was. Het lijkt een kwestie van tijd voordat het Usutu virus in Nederland opduikt. Het virus vormt geen bedreiging voor de volksgezondheid.

Dode merel (foto: Luc Verhelst)Het Usutu virus wordt overgebracht door muggen. Bij merels is de infectie vaak dodelijk, mensen lijken weinig last van het virus te ondervinden. Vooral zangvogels zijn bevattelijk voor het virus. Er zijn al bijna 50 verschillende vogelsoorten gevonden die het virus droegen, maar vooral voor merels is het fataal.

In 2001 dook het virus op in Oostenrijk en het verspreidde zich daarna over Italië, Hongarije en Duitsland. Vooral in Duitsland zijn afgelopen jaar honderdduizenden merels doodgegaan. Maar liefst een derde van de merelpopulatie werd daar weggevaagd. Aanvankelijk werden de besmettingen vooral in het zuidwesten van Duitsland gevonden, maar sinds kort ook in de deelstaat Noordrijn Westfalen die aan Nederland grenst.

Dode merels a.u.b. melden
Een merel die is besmet met het virus is vaak gemakkelijk te herkennen. Ze zien er - ook in tijden van overvloedig voedselaanbod – ongezond en verzwakt uit. Vaak zijn ze apathisch, hebben een slordig verenkleed en zijn sterk vermagerd. Verder hebben ze evenwichtstoornissen en kunnen ze soms moeilijk vliegen. Vaak zijn ze gemakkelijk te vangen. Na twee tot drie dagen zijn ze dood.

Vogelbescherming Nederland roept mensen op een net dode merel te melden bij het Dutch Wildlife Health Centre. Het DWHC doet onderzoek naar vogelziektes. Het DWHC wil dode vogels graag binnen 24 uur onderzoeken en laat dode dieren daarvoor ophalen aan huis (hier zijn geen kosten aan verbonden).

Vrijwel alle scenario’s wijzen erop dat Usutu hier zal blijven. De verwachting is dat merels uiteindelijk immuniteit tegen het virus zullen ontwikkelen.

Vogelbescherming Nederland werkt nauw samen met andere organisaties om het Usutu-virus snel op te sporen. Op de site van Sovon Vogelonderzoek Nederland kunnen zieke en dode vogels gemeld worden. Het al eerder genoemde Dutch Wildlife Health Centre in Utrecht deelt de onderzoeksgegevens ook met het RIVM en door hen wordt ook het risico voor mensen onderzocht en in de gaten gehouden. Mensen worden net als vogels besmet door muggen. Het virus is echter relatief onschuldig voor mensen.

Bron: Vogelbescherming Nederland
Foto: Luc Verhelst