Na 40 jaar overnachten er weer Kraanvogels op de Brobbelbies

5-SEP-2014 - Het in 2013 gerestaureerde Palmven bij de Brobbelbies in Natuurgebied de Maashorst in Noordoost-Brabant blijkt een ware magneet te zijn voor zeldzame vogelsoorten. Door de vernatting van het gebied worden er soorten gezien die in de regio zeer zeldzaam zijn, zoals Kleinste jager, Kluut, Lepelaar, Kemphaan, Bonte strandloper, Purperreiger en ook de Zwarte ooievaar. Er overnachtten zelfs weer Kraanvogels, dat was al vijftig jaar niet gebeurd. Het is de bedoeling dat in de komende jaren het hele gebied aangekocht en verder vernat wordt.

Bericht uitgegeven op [publicatiedatum]

Het in 2013 gerestaureerde Palmven bij de Brobbelbies in Natuurgebied de Maashorst in Noordoost-Brabant blijkt een ware magneet te zijn voor zeldzame vogelsoorten. Door de vernatting van het gebied worden er soorten gezien die in de regio zeer zeldzaam zijn, zoals Kleinste jager, Kluut, Lepelaar, Kemphaan, Bonte strandloper, Purperreiger en ook de Zwarte ooievaar. Er overnachtten zelfs weer Kraanvogels, dat was al vijftig jaar niet gebeurd. Het is de bedoeling dat in de komende jaren het hele gebied aangekocht en verder vernat wordt.

Tot de jaren zeventig was de Brobbelbies (de naam zegt het al) en het bijbehorende Palmven een bijzonder nat gebied waar je in de herfst Kraanvogels kon horen trompetteren. Door de diepe afwateringssloten, die met de ruilverkaveling Midden-Maasland werden gegraven, is het gebied daarna ernstig ontwaterd en verdroogd geraakt. Het Palmven (op een leemlaag) is destijds dichtgeschoven, er is diep geploegd, ontwaterd en veel gemest. Sinds 2010 wordt getracht de landbouwgronden tot natuurgebied om te vormen, met de bedoeling de oorspronkelijke natheid en de bijbehorende biodiversiteit weer terug te krijgen. In 2013 is het oude Palmven weer gedeeltelijk in ere hersteld en is er een aantal sloten gedempt. De vrijkomende grond is benut voor de aanleg van een tweetal ecoducten die de Maashorst verbinden met het noordelijk gelegen Herperduin.

Kleinste jager (foto: Dirk Hilbers)

De vernatting had onmiddellijk effect en dat is goed te zien aan de hand van de waarnemingen van vogelaars van de Vogelwacht Uden e.o. Dit jaar hebben er zeker zeven paar Kleine plevieren succesvol gebroed naast de Kwartel en verscheidene Kieviten. Daarnaast is er een groot aantal steltlopers gezien die normaliter niet in de Maashorst waargenomen worden: Bontbekplevier, Bonte Strandloper, Bosruiter, Groenpootruiter, Kemphaan, Kluut, Lepelaar, Oeverloper, Tureluur, groepen Watersnippen, Witgat, Wulp, Zwarte ooievaar, Purperreiger en Grote zilverreiger. Al die vogels trokken roofvogels aan als Slechtvalk, Grauwe, Blauwe en Bruine kiekendief, Smelleken, Boomvalk en zelfs de Ransuil. De mooiste waarneming was echter de volwassen Kleinste jager, een echte zeevogel, die op 28 mei op Kieviten joeg en daar waarschijnlijk overnacht heeft; vanaf 2000 is deze soort maar zes keer in Brabant waargenomen.

Kraanvogels (foto: Herman Feenstra)

Op dinsdagavond 26 augustus zagen vogelaars twee Kraanvogels invallen bij het Palmven en de ochtend daarop weer vroeg vertrekken. Enkele uren later vlogen er nog eens twee op; ook die zullen daar dus overnacht hebben. Voor zover wij weten is het voor het eerst in veertig jaar dat er kraanvogels overnacht hebben. Een duidelijk bewijs dat vernatting van het gebied de biodiversiteit ten goede komt!

Tekst: Leo Ballering, Vogelwacht Uden e.o.
Foto's: Dirk Hilbers, Saxifraga; Herman Feenstra