Dit was 2014
Bericht uitgegeven door Natuurpunt [land] op [publicatiedatum]
Een groep Grienden voor de Belgische kust, de verrijzenis van de Mopsvleermuis en de Europese opkomst van de Wolf: 2014 was een jaar boordevol bijzonder natuurnieuws. Een overzicht.
Het weer ging behoorlijk tekeer in 2014. Na het zachte voorjaar klom het kwik in oktober soms nog tot 20 graden. Als gevolg van die uitzonderlijk hoge temperaturen was het vliegseizoen van de vlinders uitzonderlijk lang en werden eind oktober nog opvallend hoge aantallen vlinders waargenomen. Als klap op de vuurpijl werd heel West-Europa eind juli overspoeld door de Oostelijke vos en werd midden november een exemplaar van de Silence of the lambs-achtige Doodshoofdvlinder gespot in Oostende.
En zo werden er wel nog meer straffe ontdekkingen gedaan aan de Belgische kust: op 13 november werd een groep Noord-Atlantische grienden gespot voor de kust van Blankenberge. De aanwezigheid van de grienden kon mogelijk in verband gebracht met de recente waarneming van een andere zeldzame soort: de Grote pijlinktvis, een inktvissensoort die –net als de Noord-Atlantische griend enkel voorkomt in diep water en vaak op het menu van die laatste staat. Wellicht kwamen beide soorten om een onduidelijke reden gelijktijdig in ondiepere wateren terecht of zijn grienden hun (verdwaalde) favoriete hapje gevolgd waardoor ze zelf in het zuidelijke deel van de Noordzee aanbelandden.
Golfsurfen op de Noordzee? Jazeker! Op 9 oktober kwam de bemanning van de Kotter BRA5 vlak bij de Belgische grens oog in oog te staan met een groep van naar schatting 35 Tuimelaars die naar hartenlust meesurften op de boeggolven van het schip. Waarom het talrijke acrobatische gezelschap onze kustwateren opzocht, is een raadsel.
Ter land, ter zee, maar ook in de lucht werden aan onze kust nog enkele bijzondere soorten waargenomen. Zo dook de zeldzame Tweekleurige vleermuis voor het eerst op in het luchtruim boven het Belgische deel van de Noordzee. De waterminnende soort werd bovendien ook nog aangetroffen in Oostende en in Oostduinkerke.
2014 bracht nog meer straf vleermuisnieuws. Eind augustus trof een vrijwilliger van Natuurpunt en VZW Durme namelijk een exemplaar van de Mopsvleermuis aan. De soort werd al 13 jaar niet meer waargenomen en werd eerder dit jaar in Vlaanderen uitgestorven verklaard. De ‘verrijzenis’ van de Mopsvleermuis is dan ook een verbluffende vaststelling en vormt een uitzonderlijk sprankeltje hoop voor de vleermuizen in Vlaanderen. 10 van de 17 Vlaamse vleermuissoorten zijn namelijk momenteel in gevaar.
Ook in het plantenrijk herrezen dit jaar enkele (bijna) uitgestorven soorten. Zo ontdekten twee vrijwilligers van Natuurpunt in september in Het Grote Netewoud Dennenwolfsklauw. De opvallende plant wordt met uitsterven bedreigd en komt slechts nog op enkele plaatsen voor in België. De ontdekking van de Dennenwolfsklauw is zonder meer bijzonder, aangezien het 14 jaar geleden is dat de soort hier nog werd waargenomen. Zo mogelijk nog spectaculairder was de vondst van Grote Wolfsklauw in het natuurgebied De Wijngaardberg in Wezemaal. De uiterst zeldzame plant werd zo'n 25 jaar geleden voor het laatst in het gebied waargenomen en is de laatste decennia in heel Vlaanderen fors achteruitgegaan. De vondst bewijst dat een goed beheer wel degelijk vruchten afwerpt voor fauna en flora in natuurgebieden. In 2014 werden ook verschillende nieuwe paddenstoelsoorten ontdekt in Vlaanderen. Onder meer de Violetbruine gordijnzwam en de Viooltjeswasplaat konden aan de Vlaamse soortenlijst toegevoegd worden.
Ook op vogelvlak vloog het goede nieuws ons om de oren: zo bracht een koppel Rode wouwen voor het eerst in 16 jaar met succes jongen groot. Bovendien was 2014 een grand crujaar voor de uilen. Ten slotte kregen we dit najaar een bijzondere gevederde gast op bezoek: de Steppevorkstaartplevier. Helaas werd de bijzonder zeldzame vogel na vijf dagen dood aangetroffen.
Een Egyptenaar in hartje Antwerpen, Chinezen in de Vlaamse waterlopen en Japanners op onze iepen,… 2014 was beslist een jaar met af en toe een exotisch tintje! Dit jaar werd de Iepenzigzagwesp, een wespensoort die oorspronkelijk uit China en Japan komt, in België waargenomen. Ook in onze rivieren dook er naar jaarlijkse gewoonte een oosterse vreemdeling op: de Chinese wolhandkrab, een grote zoetwaterkrab eigenlijk in de getijdenrivieren, riviermondingen en kustgebieden van Oost-Azië thuishoort. De Aziaat komt via het ballastwater van schepen in onze wateren terecht. Tot slot werd op een markt in Antwerpen een exemplaar van de Egyptische treksprinkhaan aangetroffen. Vermoedelijk belandde de grote sprinkhaan hier toevallig via goederentransport. Al lijkt het positief om nieuwe soorten te ontdekken in Vlaanderen, toch is het niet altijd goed nieuws. Sommige exotische soorten kunnen een gevaar vormen voor andere, inheemse, soorten. Zo vormt de invasieve Iepenzigzagwesp een bedreiging voor iepen, maar ook voor de Iepenpage, een vlindersoort die voor haar voortplanting volledig afhankelijk is van iepensoorten. Ook de aanwezigheid van de gulzige Chinese wolhandkrab is niet bepaald goed nieuws voor enkele inheemse vissoorten.
Wie we wel altijd met veel plezier verwelkomen, zijn de wilde roofdieren. Onder meer Lynxen, Beren en Wolven doen het de laatste tijd steeds beter in Europa. Alles wijst erop dat die laatste soort ooit terugkomt naar België. Wolven zouden -zeker in het uiterste zuiden van het land - vrij gemakkelijk moeten overleven, aangezien ze hier genoeg voedsel aantreffen, zoals reeën en wilde zwijnen. Om de terugkeer van het majestueuze roofdier ten gronde voor te bereiden, pleitte Natuurpunt in april voor het opstellen van een wolvenplan, zoals dat ook in Nederland gebeurd is.
Helaas bracht 2014 ook heel wat minder goed nieuws. Ziektes, sterfte, bedreiging… Zo ontdekten onderzoekers een gruwelijke schimmelziekte die een groot risico vormt voor onze inheemse salamandersoorten. De schimmel eet de salamanders levend op. Ook de Bruinvissen kregen het dit jaar hard te verduren. Zo spoelden er tijdens de eerste drie maanden van 2014 maar liefst 30 exemplaren dood aan langs de Belgische kust. Vaak komen ze per ongeluk in visnetten terecht, waardoor ze verdrinken. Ten slotte kwam in 2014 aan het licht dat het beslist niet goed gaat met (onder andere) de Vlaamse lieveheersbeestjes en de Kempense Heidelibel.
We sluiten af met een positieve noot. Zo keurde de Vlaamse regering het verbod op het gebruik van warrelnetten goed (een type netten waarin elk jaar heel wat Bruinvissen verstrikt geraken en verdrinken) en werden dankzij de grootste Vlaamse paddenoverzetactie ooit niet minder dan 166.129 amfibieën gered van een ‘platte dood’. Ten slotte ging netwerkbeheerder ELIA op 9 december van start met het ophangen van de eerste ‘vogelkrullen’ aan een hoogspanningsleiding om het aantal draadslachtoffers in te perken. Hopelijk zorgen maatregelen als deze voor meer goed en minder slecht natuurnieuws in 2015.
Tekst: Ben Dewitte, Natuurpunt
Foto: Ralf Gyselings, Shutterstock, Lex Peeters