Wijngaardslak is wakker, gluren kan weer
Stichting ANEMOONWijngaardslakken worden wel 5 centimeter groot in doorsnee. Onder natuurliefhebbers is het een graag geziene, bijna aaibare soort. Culinair Frankrijk, België en Nederland kent deze soort ook, maar dan vooral als 'escargot', klaargemaakt met knoflookboter. Dat is ook de reden waarom de dieren beschermd zijn door de Europese Habitatrichtlijn. Daarnaast staat deze slak als kwetsbaar op de Rode Lijst van de Nederlandse Weekdieren.
Monitoren
Vorig jaar is door het Ministerie van Economische Zaken besloten om ook soorten van Bijlage 5 van de Europese Habitatrichtlijn te monitoren. Daarom zal vanaf 2016 de verspreiding van de Wijngaardslak in kaart worden gebracht. Daartoe worden inmiddels door vrijwilligers van het Atlasproject Nederlandse Mollusken (ANM) ook gerichte inventarisaties uitgevoerd in het kader van het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM).
Aan deze inventarisaties, gecoördineerd door Stichting ANEMOON, kan iedereen meedoen. Want slakken zijn zeker niet saai. Er valt zeker in dit seizoen veel met ze te beleven.
In het voorjaar begint het
Wanneer na de winter de temperatuur de 8 graden nadert en het vochtig weer is, kruipen de Wijngaardslakken uit hun holen. Want van mei tot en met juli moet het gebeuren: dan is het de tijd voor verleiden, voorspel en vooral veelvuldig paren. Zoals de meeste slakken zijn Wijngaardslakken tweeslachtig (hermafrodiet); ze hebben zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen. Aan zelfbevruchting doen ze overigens niet. Ze zoeken altijd een partner en bevruchten elkaar wederzijds. En dat gaat niet zonder slag of stoot.
Liefdesspel
Wanneer twee Wijngaardslakken elkaar ontmoeten, betasten ze elkaar met de voelhorens (ze hebben er elk vier) en met het voorste deel van hun lichaam. Dan begint het voorspel, waarbij ze zich hoog oprichten en tegen elkaar opkruipen. Opgewonden zuigen ze zich met hun 'voetzolen', het orgaan waarop ze zich normaal over de grond voortbewegen noemen we de voet, stevig en heftig bewegend aan elkaar vast, waarbij de monddelen elkaar betasten. Na een tijdje ingespannen verstrengeld heen en weer wiegen, zakken ze uitgeput weer naar de bodem. Maar na een rusttijd begint het liefdesspel opnieuw. Hoewel de daadwerkelijke bevruchting relatief kort duurt, kan het geheel soms wel 20 uur duren. Op een bepaald moment kan de ene partner een scherpe, 7 tot 11 millimeter lange kalkpijl, de zogenaamde liefdespijl, in het lijf of de voetzool van de ander schieten. De geprikte partner wordt hierdoor sterker opgewonden, maar hij/zij kan zich soms ook revancheren door eveneens een pijl af te schieten. Die pijlen zijn ze kwijt, maar in de pijlzak worden later weer nieuwe pijlen aangemaakt. Met de liefdespijl wordt een hormoonstof in de partner overgebracht. Op een gegeven moment komt uit beider geslachtsopeningen een melkwitte penis te voorschijn, die ze om elkaar heen kronkelen, om vervolgens in de vrouwelijke geslachtsopening van de partner te verdwijnen. Tijdens de paring worden zaadpakketjes aan de wederhelft overgedragen. Na deze eigenlijk paring, die hoogstens een kwartier duurt, trekken beide partners zich terug, waarna het nog enkele uren kan duren voordat de uitgestulpte penis weer geheel is ingetrokken. Relatief snel na afloop kunnen de slakken weer tot paring met een nieuwe partner overgaan.
Meedoen met de inventarisaties
Wijngaardslakken zijn interessant, ze zijn kwetsbaar en streng beschermd. Waarnemingen zijn bijzonder welkom! U kunt deze met foto doorgeven via verspreidingsatlas.nl, telmee.nl of waarneming.nl. Maar ook gewoon via 'hardcopies' (papieren formulieren) kunnen waarnemingen worden doorgeven. Maar pas op: verwar de soort niet met de Segrijnslak! Deze lijkt oppervlakkig wel op de Wijngaardslak, maar blijft kleiner (maximaal 4 centimeter) en heeft een heel ander vlekkenpatroon op het huisje. Als u mee wilt doen aan het Atlasproject Nederlandse Mollusken kunt u ook een mail sturen aan anemoon@cistron.nl. Met uw waarnemingen kunnen Wijngaardslakken en andere kwetsbare weekdieren beter worden beschermd.
Tekst: Adriaan Gmelig Meyling, Inge van Lente en Rykel de Bruyne, Stichting ANEMOON
Foto’s: Adriaan Gmelig Meyling