waterhole

Zeldzaam geval van in Afrika overzomerende Grauwe Kiekendief

Grauwe Kiekendief - Kenniscentrum Akkervogels
26-MEI-2017 - Een volwassen mannetje Grauwe Kiekendief sloeg in 2012 een migratie over en bleef de hele zomer in West-Afrika. Dit is de enige keer in twaalf jaar zenderonderzoek dat we een overzomering meemaakten bij een volwassen vogel. Vermoedelijk was het zware broedseizoen van 2011 de reden dat dit mannetje het jaar erop niet terugging naar zijn broedgebied en dus een broedseizoen oversloeg.

Overzomering in Afrika komt vaker voor bij niet-geslachtsrijpe individuen van roofvogels. Van Grauwe Kiekendieven is bekend dat het merendeel van de onvolwassen vogels (pdf; 4,5 MB) de zomerperiode in Afrika blijft. Daarmee vermijden ze een potentieel riskante reis naar Europa. Het is echter uitzonderlijk dat een volwassen individu een migratie overslaat. Van de ongeveer 200 gezenderde Grauwe Kiekendieven in acht landen bleef alleen het Deense mannetje ‘Jeppe’ een hele zomer in Afrika over.

Links: Het verblijf van Jeppe in de Sahel. A,B,C,D overwintering van oktober 2011 tot maart 2012; E,F,G,F,H,I overzomering van maart 2012 tot november 2012, J,K,A,G overwintering van november 2012 tot maart 2013. Rechts: ‘Cornelis’, een Grauwe Kiekendief die vergeefs de migratie ondernam: hij vond dat jaar geen partner. Het komt meer voor dat een deel van de vogels die in de broedgebieden verschijnen, niet tot broeden overgaat

Kiekendieven in Denemarken

Het merendeel van de Deense broedvogels zit in de kuststrook ter hoogte van het zuidelijke Deense Waddeneiland Rømø; net als in Nederland broeden ze voornamelijk in landbouwgewassen. Sinds 1999 komt Werkgroep Grauwe Kiekendief jaarlijks in het zuidwesten van Denemarken, om aan de collega’s van de Dansk Ornitologisk Forening ervaringen door te geven over het beschermen van nesten in landbouwgewassen, prooionderzoek en het (kleur)ringen van nestjongen van de ‘Hedehøg’. Het mannetje ‘Jeppe’, een volwassen broedvogel, werd in 2011 met een GPS-logger uitgerust.

2011 was een slecht jaar voor de Deense kiekendieven. Het regende in juni ruim 70% meer dan normaal, en bij de 25 Deense broedpaartjes vlogen in totaal slechts 15 jongen uit. Jeppe wist dat jaar 3 jongen groot te brengen, een hele prestatie met zo’n laag voedselaanbod. In 2012 was de teleurstelling dan ook groot dat hij in het voorjaar niet terugkeerde. Maar tot ieders verrassing meldde hij zich in mei 2013 opeens weer bij de antennes in Denemarken. Jeppe was druk aan het baltsen en zijn logger was 100% vol. Toen de data van de logger was gedownload, bleek dat hij het jaar ervoor in Afrika had overzomerd.  

De jaarrondcyclus van Grauwe Kiekendieven. Broeden van West-Europa tot Centraal Azië, overwinteren in Afrika en India

Vakantie of overlevingsstrategie?

Jeppe had in 2011 een uitputtend broedseizoen achter de rug, en misschien heeft hij een dermate zware tol betaald dat het juist slim was om in 2012 de zomer in Afrika te blijven. In een artikel in Journal of Ornithology is in detail beschreven hoe Jeppe die zomer in de Sahel doorbracht. Uit de loggerdata bleek dat Jeppe dat voorjaar zelfs niet eens een poging had ondernomen om aan de migratie te beginnen. Het is dan ook niet waarschijnlijk dat slechte weersomstandigheden er de oorzaak van waren dat hij bleef. Mogelijk is het soms strategisch verstandig om krachten te sparen door een broedseizoen over te slaan. Migratie is niet zonder risico, en vanuit deze ecologische randvoorwaarde heeft de Deense loggervogel een begrijpelijke keuze gemaakt. In ieder geval laat langjarig onderzoek met zenders zien dat we steeds meer grip krijgen op de ‘annual cycle’ van deze zomergast.

Om dit object in te laden dien je marketing-cookies te accepteren.
Animatie van de bewegingen van Jeppe in Mauretanië, Senegal en Guinée-Bissau gedurende de periode oktober 2011 t/m maart 2013, zoals ze zijn vastgelegd door de UvA-BiTS GPS-logger (Bron: Wouter Vansteelant)

Het vrouwtje met wie Jeppe in 2011 drie jongen grootbracht, kwam in 2012 laat aan in het broedgebied en heeft dat jaar geen poging ondernomen om te broeden.

In 2013 mislukte helaas het nest van Jeppe, sindsdien is hij niet teruggezien.

Populatieonderzoek aan Grauwe Kiekendieven in Europa en Afrika

Sinds 1990 houdt Werkgroep Grauwe Kiekendief nauwkeurig het aantal broedende Grauwe Kiekendieven bij. Door het met behulp van zenders individuele vogels jarenlang te volgen, kunnen de puzzelstukjes van de subtiele interacties op populatieniveau aaneen worden gelegd.

Vanaf 2008 zijn er zes Deense Grauwe Kiekendieven met een satellietzender uitgerust, en vanaf 2011 negen Grauwe Kiekendieven met een GPS-logger. De Deense subpopulatie is een van de beter onderzochte populaties in Europa.

Satellietzenders: Een satellietzender geeft via een satelliet één of twee keer per dag zijn posities door. Je kunt daardoor op afstand individuen volgen, waardoor je ongeveer weet in welke gebieden de vogels zitten. De satellietzenders hebben een wereldwijde dekking, echter de posities kennen een afwijking van enkele honderden meters tot enkele kilometers. Een belangrijk voordeel van onderzoek met satellietzenders is dat je ook kunt zien wanneer een vogel doodgaat.

GPS-loggers (UvA Bird Tracking System): Een GPS-logger legt tot op de meter nauwkeurig de bewegingen van een vogel vast. Op afstand kun je instellen hoe frequent een positie wordt vastgelegd, bijvoorbeeld elke 10 minuten of elke 3 seconden. Het grote voordeel van deze techniek is dat je het habitatgebruik van de vogel goed kunt vastleggen. Het nadeel is dat je de logger alleen kunt uitlezen binnen een antennesysteem. Je moet dus weten waar de vogel zit om de data te kunnen downloaden. Als je een vogel niet meer ziet, weet je niet of hij dood is of dat hij elders verblijft.

Tekst: Iben H. Sørensen, DOF & Ben Koks, Werkgroep Grauwe Kiekendief. Een pdf van het artikel over dit onderzoek is aan te vragen bij Ben Koks
Foto's: Ben Koks (leadfoto: Grauwe Kiekendieven in Afrika); Werkgroep Grauwe Kiekendief
Kaart: Werkgroep Grauwe Kiekendief/Google Earth
Schema jaarrondcyclus: Jan Faber, eNitials