30-JAN-2020 - Velduilen staan bekend als echte nomaden, die door heel Europa de populatiedynamiek van hun prooidieren (woelmuizen) op de voet volgen. Tijdens hun omzwervingen bereiken sommige uilen in de winter echter ook het Afrikaanse continent. Voor het eerst werd een Velduil die in Nederland broedde, met een GPS-zender tot naar Noord-Afrika gevolgd. Velduil 'Romke' blijkt dit jaar in Libië te overwinteren.

2019 was in grote delen van Nederland en Europa een echt piekjaar van de Veldmuis. Ineens doken op allerlei plekken grote aantallen broedende Velduilen op. In Nederland waren dat meer dan zeventig broedparen (Sovon Vogelonderzoek Nederland). Waar deze Velduilen vandaan kwamen, en hoe ze de gebieden met muizenuitbraken altijd weten te vinden, blijft een fascinerend raadsel.

Om meer kennis over de nomadische bewegingen van Velduilen op te doen – en daarnaast belangrijke gegevens over hun habitatgebruik in het agrarisch landschap te verzamelen – is Grauwe Kiekendief – Kenniscentrum Akkervogels (GKA) in 2017 in samenwerking met Vogelbescherming Nederland begonnen om Velduilen in Nederland van GPS-zenders te voorzien. Sindsdien zijn er vier Velduilen gezenderd. Ondanks technische moeilijkheden (met name batterijen die onvoldoende opladen door de geringe dagactiviteit van Velduilen) konden al interessante bewegingen worden vastgelegd. De tot nu toe meest spectaculaire gegevens kwamen vorige week binnen: Velduil 'Romke' blijkt in Libië te overwinteren!

Verplaatsing van de gezenderde Velduil 'Romke' van Friesland naar Libië. Van onderweg zijn geen GPS-posities beschikbaar.

'Romke' in Libië

'Romke' is de eerste van de vier tot nu toe door GKA in Nederland gezenderde Velduilen die naar Afrika trok. Dit volwassen mannetje broedde in 2019 in Friesland nabij Stiens; door de inzet van vrijwilligers van Sovon, de plaatselijke BFVW-vogelwacht en de boer werd zijn nest in intensief grasland tijdens het maaien gespaard. In juli werd 'Romke' door GKA van een GPS-GSM zender voorzien. De nauwkeurige GPS-locatiebepalingen worden bij deze logger via het mobiele telefoonnetwerk verstuurd, tenminste als de uil ‘bereik’ heeft.

Velduil 'Romke' tijdens het zenderen nabij Stiens in juli 2019

In de eerste drie maanden na het zenderen verplaatste 'Romke' zich nauwelijks. Tot na het uitvliegen van zijn vier tot vijf jongen bleef hij in de nestomgeving; pas eind augustus verplaatste hij zijn home range voor het eerst ongeveer twee kilometer, en half september weer circa zeven kilometer. Hij verbleef toen minstens een maand lang in de Wynserpolder, een bekend weidevogelreservaat, waar in sommige jaren ook Velduilen tot broeden komen. 

Bewegingen van 'Romke' tussen juli en oktober 2019 in Friesland tussen Stiens en Oentsjerk

Na een data-gat van drie maanden was het des te verrassender dat half januari posities van 'Romke' uit Libië binnenkwamen: 2600 kilometer van zijn laatste positie in Friesland vandaan! Het bleek dat hij al minstens sinds half december in Libië verblijft. Het grootste deel van de tijd zat hij in de woestijn ongeveer 350 kilometer zuidwestelijk van de Libische hoofdstad Tripoli. Een enkele positie lag echter 450 kilometer verder oostelijk, op 90 kilometer afstand van de kust; het lijkt er dus op dat Velduilen ook in Afrika rondzwerven.

Velduilen in Afrika

Dat Velduilen naar Afrika vliegen wisten we eigenlijk al wel. Op verschillende expedities naar de stopover- en overwinteringsgebieden van Grauwe Kiekendieven in Afrika zijn GKA-collega’s Velduilen tegengekomen. In Marokko, maar ook in Senegal, waar de uilen dus zelfs de Sahara voor moesten oversteken.

Hoeveel Velduilen daadwerkelijk naar Afrika trekken, welke omstandigheden daarvoor zorgen en waar deze uilen vandaan komen is echter onbekend. Zo zijn er maar een handvol ringvondsten van in Europa geringde Velduilen uit Noord-Afrika (Marokko, Algerije, Tunesië). Maar eind 2019 werd al een ander geval van een gezenderde, naar Afrika trekkende Velduil gepubliceerd. Eén van de uilen uit een onderzoeksproject van de British Trust for Ornithology (BTO), geringd als broedvogel op het Schotse eiland Arran, trok in november naar Marokko.

Een verklaring voor de migratie naar Afrika is in het geval van 'Romke' niet gemakkelijk te vinden. De muizenpiek in Nederland duurt nog steeds voort, voedselgebrek kan het dus eigenlijk niet zijn. Ook van een bijzonder koude winter is op dit moment in Nederland geen sprake. Er worden in Nederland ook op dit moment nog grote aantallen overwinterende Velduilen gemeld. Het lijkt dus dat individuele variatie  een aanzienlijke rol speelt.

Andere gezenderde Velduilen

De andere drie door GKA gezenderde Velduilen hebben ook indrukwekkende omzwervingen laten zien, zij het op kleinere schaal. 'Ben' zwierf in het najaar 2017 in een tijdsbestek van 19 dagen meer dan 500 kilometer door de gehele Nederlandse kustregio. 'Hubert' liet in het najaar 2019 nog uitgebreidere bewegingen zien: hij vloog meerdere keren tussen Groningen en het aangrenzende Ostfriesland heen en weer, maakte vervolgens een rondje door heel Nedersaksen en vloog uiteindelijk tot aan de Duitse Oostzeekust. En 'Caspar' trok in het voorjaar 2018 na een in Friesland doorgebrachte winter doelgericht naar het oosten, met de laatste positie komende uit noordoost-Polen, circa 1000 kilometer van het Friese wintergebied vandaan. Maar het is duidelijk dat dit slechts de eerste puzzelstukjes zijn op de weg om de nomadische Velduilen te begrijpen.

Velduil 'Caspar' tijdens het zenderen nabij Finsterwolde in september 2017

Het zenderonderzoek aan Velduilen wordt mogelijk gemaakt door RWE, het Waddenfonds, het Bettie Wiegman Fonds, het Prins Bernard Cultuurfonds en de provincies Noord-Holland en Fryslân.

Wij danken Romke Kleefstra (Sovon Vogelonderzoek Nederland) en John Calladine (BTO) voor de samenwerking en het delen van informatie, en de betrokken agrariërs in Friesland en Groningen voor hun medewerking.

Tekst: Tonio Schaub & Raymond Klaassen, Grauwe Kiekendief – Kenniscentrum Akkervogels en Jules Bos, Vogelbescherming Nederland
Foto's: Rein Hofman, Birdfocus.nl; Raymond Klaassen
Kaarten: Google Earth / GKA