Nieuwe soort zakpijp aangetroffen voor de Nederlandse Noordzee

Stichting ANEMOON
14-NOV-2021 - Recent is tijdens een wrakduik op de Bruine Bank een nieuwe soort kolonievormende zakpijp gevonden voor de Nederlandse wateren. De deftige naam voor deze roze klomp van buisjes is Morchellium argus, een Nederlandse naam ontbreekt nog. Deze meer Atlantische soort is tot nu toe alleen bekend van Britse, Ierse en Franse wateren.

Op 5 september werd in het Nederlandse deel van de Noordzee gedoken op het ‘Pispottenwrak’, gelegen tussen 25 en 30 meter diepte in het zuidoostelijke hoekje van de Bruine Bank. Dit ligt 33 mijl uit de kust van Scheveningen, oftewel een ruime vier uur varen met de Aquila. Hoewel op 26 juni van dit jaar ook een duik op hetzelfde wrak is gemaakt en de nieuwe zakpijp toen nog niet zichtbaar was, is deze nu algemeen voorkomend aangetroffen. Opvallend was dat de zakpijpen zowel op relatief open delen (zoals op de schroef) aanwezig waren, als ook op luwere plaatsen aan de binnenzijde van het wrak en onderaan de stoomketel. Dit zijn allemaal min of meer verticale oppervlakken. Een andere aardige zakpijpsoort op dit wrak is de Bretelzakpijp (Clavelina lepidaformis), die hier al enkele jaren wordt gezien.

Morchellium argus (Milne-Edwards, 1841) is een kolonievormende zakpijp die in de roze of rode basis verbonden is. De individuele vaasvormige buisjes (zoïden) kunnen tenminste vier centimeter hoog worden en de diameter van de kolonie kan tot tien centimeter breed zijn. De soort is bekend van de zuid- en westkust van Brittannië, de westkust van Ierland en uit het Kanaal bij Frankrijk. Het eenvoudigst onderscheidt M. argus zich door de aanwezigheid van vier stippen rond de ingang van de zoïde, in tegenstelling tot Aplidium punctum (Giard, 1873), die er slechts één heeft. Het ligt daarom voor de hand om dit kenmerk in de Nederlandse naam te gebruiken. Ook heeft A. punctum een langere stam waar de koloniën op bolvormige wijze op staan. Opvallend is dat bij M. argus vermeld wordt dat deze soort vaak in ondiep water voorkomt (tot tien meter), terwijl deze zakpijp op het Pispottenwrak op dertig meter diepte is waargenomen.

Iedere zoïde heeft vier roodkleurige stippen rond de ingang van het buisje

Aangezien een Nederlandse naam eenvoudiger communiceert, wordt hierbij de suggestie gedaan om Morchellium argus voortaan ‘Vierstippelige paddenstoelzakpijp’ te noemen.

Een terechte vraag is natuurlijk of het hier daadwerkelijk een nieuwe soort voor Nederland betreft of dat de soort al enige tijd (seizoensgebonden) aanwezig was en nu pas wordt gezien door een oplettende biologe. Zakpijpen zijn misschien niet de meest populaire soortgroep om te identificeren en deze organismen zijn over het algemeen ook niet zeer divers in hun voorkomen op de Noordzee, maar dit is toch een kleurrijke aanwinst. Een kleine zoektocht naar foto- en videobeelden van dit wrak leverde in ieder geval geen eerdere waarnemingen van M. argus op.

Om de eventuele verdere verspreiding van deze soort, maar ook andere interessante waarnemingen, te kunnen volgen, roepen we bij deze wrakduikers op om hun biologische waarnemingen te registreren middels het MOO-portaal. Het aantal duikers dat waarnemingen doet in de Noordzee is op dit moment zeer beperkt, dus alle informatie is waardevol!

De basis van de kolonie is roze tot rood en de totale breedte kan ongeveer 10 cm worden.

Meer weten?

Tekst: Renate Olie, Stichting ANEMOON, Stichting De Noordzee
Foto's Renate Olie, Stichting ANEMOON, Stichting De Noordzee