Boerenknoopje symbool voor aanpassing en samenwerking

Stichting ANEMOON
16-OKT-2022 - Het rapport van Johan Remkes roept alle partijen binnen de stikstofproblematiek op tot samenwerking. Ervan uitgaande dat het lukt de problemen op te lossen, introduceren we bij deze een symbool uit de natuur voor samenwerking en aanpassing: het Boerenknoopje!

Slakje als vaandeldrager?

Remkes gaat zowel in op de urgentie voor minder stikstofuitstoot om natuurherstel mogelijk te maken, als op de noodzaak onze boeren een zo goed mogelijk perspectief te bieden. Boeren zijn onmisbaar. Niet slechts als producenten van voedsel, maar ook als beheerders van het landschap en de structuur van het landelijk gebied. Na de controverse rond stikstof worden alle partijen en sectoren opgeroepen om nu samen te werken. Een oproep die aan het denken zet. Hoewel organisaties die zich passievol met de natuur bezighouden regelmatig verweten wordt naïef te zijn, willen we toch iets opperen. Zou het nu, na alle omgekeerde vlaggen, opruiende of meer ludieke leuzen op spandoeken en andere signalen van ontevredenheid en protest, niet mooi zijn als er ook (nog) een 'natuurlijker' beeldmerk komt? Eentje waarmee welwillende partijen blijk geven van hun bereidheid tot samenwerken? Wij vonden alvast een kandidaat: een Nederlands slakje met de naam Boerenknoopje.

Knoop van zakdoek of klederdracht

Het Boerenknoopje is een klein slakje met een plat rond huisje met roodbruine banden en vlekken op een lichtere ondergrond. Deze al sinds 1857 gebruikte naam verwijst hetzij via het kleurpatroon van het slakkenhuis naar een knoop in een bonte boerenzakdoek, hetzij via de platte ronde vorm naar een kledingknoop. Maar dan een van de nette of zondagse (kleder-)dracht van onder andere boeren. Dat dit diertje best model kan staan voor veranderingen en aanpassingen die geen onoverkomelijke schade aanrichten, gaan we proberen uit te leggen. En misschien geldt dat ook wel voor het weer beter samengaan van de bewoners van stad en (platte-)land.

Links: boven- en onderaanzicht van het slakkenhuisje van het Boerenknoopje (Discus rotundatus). Rechts: Zeeuwse knoop. Onder: knoop in een boerenzakdoek; behalve geheugensteun ook een solidariteitssymbool

Aanpassing

Ooit was Discus rotundatus, zoals de wetenschappelijke naam van het Boerenknoopje luidt, vooral een bewoner van bosgebieden. Het dier werd daarnaast ook gevonden in struikgewas en onder heggen en bomenrijen zoals die vroeger om veel landerijen en boerenland aanwezig waren. Met het veranderen van het landschap wist deze soort zich echter ook uitstekend aan te passen aan de stedelijke omgeving. Hoewel het slakje weinig opvalt, gedraagt hij zich als een echte cultuurvolger. Tegenwoordig hoef je op veel plaatsen in rommelhoekjes tussen klimop en andere bodembedekkers maar een steen of stukje hout op te pakken en je komt ze tegen. Heden ten dage leven Boerenknoopjes behalve in bos en veld ook in veel parken en in voor- en achtertuinen in onze steden. Tot diep in de hoofdstad en de Haagse Hofstad aan toe.

Boerenknoopje

Geen specialist

Toen in heel Nederland de stikstofuitstoot toenam, met verschuivingen in de plantensamenstelling tot gevolg, kwamen er ook in de slakkenfauna veranderingen. Zich goed aanpassende soorten zonder specifieke biotoop- en voedselvoorkeur (ubiquisten) breidden zich fors uit in door de stikstofdepositie onder druk staande gebieden. Dit ging vaak ten koste van specialistische soorten. Op diverse oudere vindplaatsen van zeldzamere soorten, zeker waar die grenzen aan gebieden met intensieve veeteelt en sterk bemest agrarisch land, zie je nu alleen nog enkele algemene soorten. Deze zogenoemde ubiquisten hebben geen voorkeur voor een specifiek biotoop en kunnen vrijwel overal leven. Voorbeelden zijn de voor tuinders en tuinliefhebbers vervelende plaagsoorten als de Segrijnslak en meerdere naaktslakken. Ook het Boerenknoopje kun je tot deze groep rekenen. Alleen zijn van deze slak geen noemenswaardige nadelige gevolgen bekend. De dieren lijken zich goed aan te passen en leven prima samen met andere soorten. Zowel met specialistische en zeldzame soorten, als met soorten die weinig eisen stellen. Het Boerenknoopje is dus, zeker ten opzichte van de eerder genoemde plaagslakken, een onschuldig dier. 

Nuttig

Boerenknoopjes zijn prima opruimers en composteerders die zich voeden met hout, mos, rottend blad, schimmels, paddenstoelen en papier. Ze ruimen ook kadavers van insecten op. Daarnaast vervullen ze een bescheiden en onbekende rol als kalkleverancier. Dit doen ze vooral in gebieden waar door stikstofvervuiling de bodem zuurder is geworden en mineralen als calcium, magnesium en kalium zijn weggespoeld. Met dit mineralentekort krijgen uiteindelijk ook vogels te maken. Op kalkarm geworden plaatsen worden de eierschalen van koolmezen dun en broos en breken de pootjes van jonge vogels. Het Boerenknoopje, met zijn uit kalk opgebouwde huisje en inmiddels brede landelijke verspreiding, kan daarbij (iets) helpen. In de broedtijd pikken koolmezen behalve insecten en hun larven ook slakjes op om aan hun kalkbehoefte te voldoen. Vooral het Boerenknoopje wordt vaak gebruikt. Ook andere vogels, zoals de Zwarte specht, voeren Boerenknoopjes aan hun jongen.

Met wat fantasie zou je het Boerenknoopje dus een slak met een symbolische functie kunnen noemen. Bijvoorbeeld onder het motto: niet alle verandering is schadelijk of onwenselijk.

Koolmees

Verdergaan

Over hoe en waar het met de stikstof mis ging en de soms rigoreuze oplossingen, is zeker nog niet alles gezegd. Dat we inmiddels qua afname van natuurwaarden en biodiversiteit op een droevig dieptepunt zijn aanbeland, is voor vrijwel iedereen wel duidelijk. Er wordt zelfs gesproken over een afname in biodiversiteit van 85 procent ten opzichte van 1850. Behalve natuuronderzoekers en gebiedsbeheerders zijn ook boeren niet blind voor de sterk veranderende natuur. Zeker ten opzichte van 'vroeger' toen biodiversiteit nog geen eng woord was, maar een volstrekt normaal iets. Je kunt er ook moeilijk naast kijken. Leg maar een plaatjesboek uit de tijd van Heimans en Thijsse naast de foto's van een gemiddeld Nederlands boerenlandschap. De huidige situatie steekt schril af bij de natuurpracht in een album als Bonte Wei (1911) en de romantiek in een album als De Boerderij (1935). Het staat buiten kijf dat er snel iets moet gebeuren. Voor de natuur is dit de laatste kans het grote uitsterven een halt toe te roepen en hopelijk om te keren. Daarvoor zullen er, zoals Remkes aangeeft, naast met de boeren ook afspraken over stikstofaanpak moeten komen met andere sectoren, zoals de industrie, mobiliteit en bouw. Dat moet en kan. Want uiteindelijk wil iedereen toch het liefst een harmonieuze samenleving.

Toen biodiversiteit nog geen heethangijzer-woord was

Tempo

Of het huisje van een Boerenknoopje geschikt is als beeldmerk voor samenwerking en misschien ook het beter samengaan van stad en land, weten we niet. Het is zomaar een idee. Op de vraag: "Wie kiest er nu een spreekwoordelijk traag dier als symbool voor snelle oplossingen?" hebben we wél een antwoord. In plaats van 'traag' kun je namelijk net zo goed stellen dat het tempo van een slak kalm, rustig, voorzichtig en bedachtzaam, kortom weloverwogen is.

En wat is er nu beter dan weloverwogen oplossingen waar iedereen mee thuis kan komen?

Tekst: Stichting ANEMOON
Foto's: Adriaan Gmelig Meyling (leadfoto: Boerenknoopje); Alie Postma, Stichting ANEMOON; PICTAN, beeldarchief Stichting ANEMOON