In een kelder in Brabant worden vleermuizen niet alleen automatisch geteld, maar ook gefotografeerd.

IR-poortjes maken verborgen vleermuizen van Fort Steendorp zichtbaar

Vleermuizenwerkgroep van Natuurpunt, Zoogdiervereniging
17-NOV-2022 - Visuele tellingen van overwinterende vleermuizen geven slechts een deel van het werkelijk aanwezige aantal vleermuizen weer. In het Fort Steendorp bij Antwerpen werd daarom een experiment opgezet met een infraroodteller. Hieruit blijkt dat slechts één op de drie aanwezige vleermuizen bij een wintertelling wordt gezien en dat het fort ook buiten de winter van groot belang is voor vleermuizen.

In Nederland en België moeten vleermuizen een winterslaap houden om energie te sparen vanwege een beperkte beschikbaarheid van voedsel (insecten). Veel vleermuissoorten doen dit in ondergrondse overwinteringsplaatsen zoals ijskelders, bunkers, mergelgroeven en forten. Jaarlijks tellen honderden vrijwilligers in Nederland en België deze objecten door visueel elke waargenomen vleermuis te registreren. Studies tonen aan dat alle vleermuissoorten tijdens de winterslaap wakker worden en zich binnen of zelfs tussen overwinteringsplaatsen verplaatsen.

Meer kennis door infrarood-lichtbarrières

Het plaatsen van infrarood-lichtbarrières bij de ingangen van een winterverblijf kan onze kennis over het belang van winterverblijfplaatsen voor vleermuizen sterk vergroten. Zo'n infrarood-lichtbarrière is een telpoortje waarbij de vleermuizen door een aantal onzichtbare lichtstralen vliegen. Iedere in- en uitvliegende vleermuis wordt dan automatisch geteld. Studies hebben aangetoond dat het verborgen aandeel van overwinterende vleermuizen varieert tussen de 22 en 99 procent. Met deze kennis gewapend werd een vergelijkbaar onderzoek opgestart in het Fort Steendorp (ten oosten van Temse, Oost-Vlaanderen, België). Dit grote, voormalige, militaire, bakstenen fort is tegenwoordig een van de belangrijkste overwinteringsplaatsen voor vleermuizen in Vlaanderen.

Fort Steendorp is één van de belangrijkste winterverblijfplaatsen van vleermuizen in België

Veel overwinterende vleermuizen worden niet opgemerkt

Van 1999 tot 2022 varieerde het totale aantal overwinterende vleermuizen tussen 734 en 1209, voor in totaal acht verschillende soorten vleermuizen, met de watervleermuis als meest voorkomende soort. Om het aandeel vleermuizen dat bij visuele tellingen wordt gemist te kwantificeren, werd een geautomatiseerd experiment opgezet. Het zogenoemde infraroodpoortje (IR-poortje) registreert de vleermuisactiviteit en bewegingen van naar binnen en naar buiten vliegende dieren in een afgeschermd deel van Fort Steendorp.

Gedurende vier opeenvolgende jaren, te beginnen vanaf april 2014, werden het hele jaar door gegevens verzameld en kon men aldus ook vleermuisactiviteitsgegevens verzamelen buiten de overwinteringsperiode. Het is niet mogelijk om met deze geautomatiseerde methode de specifieke vleermuissoorten te bepalen.

De resultaten toonden aan dat er twee uitgesproken periodes zijn van hoge activiteit in Fort Steendorp. Een eerste piek van activiteit werd waargenomen vanaf de tweede helft van mei tot de eerste helft van juni. Toen passeerden er gemiddeld honderd vleermuizen het portaal per nacht. Dit viel samen met de voorjaarszwerm-/paarperiode van de meeste vleermuissoorten. Een nog meer opvallende toename van de activiteit was te zien van half augustus tot in oktober, voorafgaand aan de winterslaap. Deze 'herfstzwermen' hadden gemiddeld vijfduizend vleermuispassages per nacht.

Twee in een spleet overwinterende watervleermuizen. Uit het onderzoek in Fort van Steendorp blijkt dat veel vleermuizen zich buiten ons zicht verstoppen

Winterverblijven zijn van grotere waarde dan eerst werd gedacht

Bij het vergelijken van visuele tellingen met gegevens van infrarood-lichtbarrières voor hetzelfde onderzochte gebied en gedurende dezelfde onderzoeksperiode, bleek dat slechts één op de drie (37 procent) van de waargenomen totale vleermuispopulatie ook visueel was waargenomen. Met andere woorden, ongeveer tweederde van de vleermuizen overwinteren in voor de vrijwilligers ontoegankelijke of verborgen plaatsen zoals watergangen, schachten, kieren en spleten en worden niet opgemerkt bij een visuele telling. Dit onderzoek toont aan dat sommige winterverblijven een veel grotere waarde voor vleermuizen hebben dan initieel gedacht en bovendien dat de winterslaap geen continu, onderbroken proces is.

Wat is het belang voor de bescherming van overwinterende vleermuizen?

Cover Lutra specialJaarlijkse tellingen van overwinterende vleermuizen in Fort Steendorp tonen aan dat als ongeveer duizend vleermuizen worden geteld, het werkelijke aantal overwinterende dieren dichterbij de drieduizend ligt. Dit vergroot het belang van het fort voor het behoud van vleermuizen sterk. Aanvullend tonen piekactiviteiten in mei-juni en in augustus-november aan dat optimale bescherming van vleermuizen van groot belang is. Beschermingsmaatregelen mogen dus niet alleen beperkt blijven tot de winterslaapperiode.

Meer informatie

Tekst: Alex Lefevre, Vleermuiswerkgroep Natuurpunt
Foto's: CHIROTEC-Karl Kugelschafter (leadfoto: grootoorvleermuis vliegt door automatisch IR-telpoort); Dirk VE & Rob Koelman, Wikipedia; Paul van Hoof, Zoogdiervereniging
Met dank aan Mignon van den Wittenboer voor het tot stand komen van dit Natuurbericht.