jonge italiaanse mussen, lead

Zeldzame broedvogels in 2022

Sovon Vogelonderzoek Nederland
30-DEC-2022 - Het jaar 2022 leverde veel bijzondere broedgevallen van vogels op, waaronder bijzondere roofvogels, meeuwen en uilen, maar ook voor het eerst een Italiaanse mus. Hieronder een eerste overzicht uit het Meetnet Broedvogels van Sovon, aangevuld met informatie van werkgroepen, waarneming.nl en dutchbirding.nl.

Nog niet alle informatie is geverifieerd. Het volledige overzicht verschijnt in het jaarrapport van Sovon dat aan alle broedvogeltellers wordt toegezonden en tegen die tijd te lezen zal zijn op de website van Sovon.

Roofvogels

In de Biesbosch broedden drie visarendparen, op de Noord-Veluwe één paar. Opgeteld brachten ze tien jongen groot. In de Sliedrechtse Biesbosch was het gehele seizoen nog een mannetje met nest aanwezig, maar hij bleef ongepaard.

Na een reeks van vier jaren met broedpogingen ontbrak de steppekiekendief in 2021 geheel. In 2022 was er een bijzonder geval in Thesinge (Groningen) waar een mannetje steppekiekendief hielp bij het aanslepen van prooien voor de vier jongen van een paartje bruine kiekendieven in een tarweveld. De vier jongen werden echter door mensen uit het nest gehaald.

Met 30 bezette nesten deed de rode wouw een stapje terug – in 2021 waren het er 32 – maar het blijft een prachtig aantal voor deze soort die pas sinds 2010 jaarlijks in ons land broedt. De paren zaten in Limburg (10), Overijssel (8), Gelderland (6), Drenthe (5) en Friesland (1).

Een kleine opsteker voor de zwarte wouw. Naast paartjes die tot broeden kwamen op bekende plekken in Oost-Brabant en Zuid-Limburg, waren er nog twee bezette nesten in Zuid-Limburg. Ook bouwde een paartje in Gelderland aan een nest, maar daarop werden geen eieren gelegd. Deze wouw is sinds 2009 een jaarlijkse broedvogel met één tot drie paren (in 2014 waren het er vier).

Er werden maar liefst 30 zeearendenparen met een nest vastgesteld, waarvan er 22 met zekerheid tot broeden kwamen. Deze paren kregen in totaal 30 jongen waarvan er 22 vliegvlug werden.

Meeuwen

Op Trintelzand in Noord-Holland zaten twee paar dwergmeeuwen met een nest met twee eieren en ook een alarmerend paar, en op de Kreupel in het IJsselmeer zat ook een alarmerend dwermeeuwenpaar.
De pontische meeuw, waarvan in 2012 het eerste nest van een mengpaar werd gevonden, doet het in het IJsselmeergebied heel goed. Op de Kreupel werden 55 nesten geteld en op een strekdam bij Lelystad 46, inclusief paren met een hybride vogel of zilvermeeuw als partner. Pontische meeuwen broedden ook op Natuureiland IJburg (Noord-Holland, drie paar), nabij Rijswijk (Gelderland), op eiland Bliek in het Haringvliet (Zuid-Holland) en op de Speelmansplaten in het Zoommeer (Zeeland) en mogelijk ook in de Fluessen (Friesland) en Weerribben (Overijssel, beide op basis van alarmerende vogels).

Uilen

Na de (Italiaanse) dwergooruil die in mei-juni 2021 in een woonwijk in Delft zat, dook de soort in mei 2022 op drie plekken op met territoria in Lelystad van 17 tot 28 mei en in Nunspeet van 23 mei tot 14 juni. Een vogel in Noord-Sleen (Drenthe) bleef er slechts drie dagen, van 27 tot 29 mei.

De populatie oehoes groeide naar minimaal 67 territoria; in 2021 waren dat er 54, in 2016 stokte de teller nog bij 17. Er werden 43 nesten gevonden, waarvan er zeven mislukten. De territoria lagen in Limburg (25), Gelderland (14), Noord-Brabant (12), Overijssel (9), Drenthe (6) en Friesland (1).

In de tweede helft van maart werd op de Veluwe minimaal één dwerguil gehoord. In Drenthe waren minstens twee vogels aanwezig. Eén vogel riep in een tuin waar deze later, op 2 februari, als raamslachtoffer werd opgeraapt. Elders in de provincie riep vanaf 15 februari tot in maart een mannetje. Het is opvallend dat er drie vogels in één jaar zijn gemeld, maar niet geheel onverwacht gezien de positieve aantalsontwikkelingen in Duitsland.

Broedgeval van een hop

Overige soorten

De vestiging van drie paar koereigers in De Wieden in 2021, waarbij zeker twee jongen vliegvlug werden, betekende het eerste geslaagde broedgeval ooit ons land. In 2022 werden in De Wieden drie nesten gevonden in de enorme kolonie van reigers, aalscholvers en lepelaars en werden minimaal acht koereigers vliegvlug. In Zeeuws-Vlaanderen broedden drie paren tussen blauwe reigers. Er werden nestjongen gezien, maar deze werden niet vliegvlug.

Er werden, net als in 2021, 46 kraanvogelparen geteld waarvan 42 paren een nest bouwden en eieren legden. In totaal werden minstens 42 kuikens geboren waarvan er 26 uitvlogen.

Na een halvering van het aantal ijsvogels door de kou in februari 2021 volgde in 2022 een herstel, zoals blijkt uit tellingen in bijvoorbeeld Gooi en Vechtstreek (36 respectievelijk 50 tot 55), Twente (25 tot 30 respectievelijk 40 tot 50) en de Gelderse Poort (6 respectievelijk 9).

In een gebied in Limburg kwamen drie paren bijeneters tot broeden waarmee het voor huidige begrippen een wat mager jaar was: in 2015 tot 2021 waren er vier tot twaalf nesten. Een mannetje en een vrouwtje werden gevangen en van een geolocator voorzien.

In 2021 werd in Noord-Limburg het derde zekere broedgeval deze eeuw van hoppen vastgesteld, na De Hamert in 2012 en Amsterdamse Waterleidingduinen in 2020. Dit jaar kwamen er twee broedgevallen bij. In het Leenderbos (Noord-Brabant) broedde een paar in een oud nest van groene spechten en vlogen minimaal twee jongen uit. Elders in Noord-Brabant werd een niet-vliegvlug jong opgeraapt op een plek waar eerder in het seizoen een roepende hop aanwezig was en een adulte vogel tegen een raam vloog. Territoria werden verder vastgesteld in Twente, Noord-Limburg en op een derde plek in Brabant.

Een vogel met uiterlijke kenmerken van een mannetje Italiaanse mus bracht met een huismus jongen groot in Garderen (Gelderland). De vogel werd op 11 mei geringd waarbij bloed en veren werden verzameld om met genetische analyses inzicht te krijgen in de ware identiteit van de vogel: huismus, Spaanse mus, Italiaanse mus of hybride daartussen.

Een mannetje noordse kwikstaart of een hybride noordse x gele kwikstaart zong en baltste van 26 mei tot en met 11 juni in een tarweperceel bij Termunten (Groningen). De vogel, waarschijnlijk een tweede kalenderjaar, zat achter andere kwikstaarten aan maar bleef ongepaard.

Voor het verzamelen van deze gegevens willen we graag alle vrijwillige tellers, professionele tellers, districtscoördinatoren, soortwerkgroepen en terreinbeheerders hartelijk bedanken voor hun inspanningen!

Tekst: Arjan Boele en Harvey van Diek, Sovon Vogelonderzoek Nederland
Foto's: Thijs Glastra (leadfoto: jonge Italiaanse mussen); Bjorn Alards